De literatuurstudie maakt duidelijk dat verreweg het meeste onderzoek op het gebied van uitgebreid onderwijs in de VS wordt uitgevoerd. In Nederland is er nog geen stevige onderzoeksmatige onderbouwing van de effecten van verlengde onderwijstijd. De bestudeerde bronnen laten zien dat er verschillende bewijzen zijn dat naschoolse programma’s effectief zijn voor schoolprestaties, sociale vaardigheden en het tegengaan van delinquent gedrag. Ook kinderen uit kansarme gezinnen lijken baat te hebben bij het naschoolse aanbod. De positieve resultaten zijn in veel gevallen echter matig of doen zich alleen onder bepaalde specifieke randvoorwaarden voor.
De literatuurstudie maakt duidelijk dat verreweg het meeste onderzoek op het gebied van uitgebreid onderwijs in de VS wordt uitgevoerd. In Nederland is er nog geen stevige onderzoeksmatige onderbouwing van de effecten van verlengde onderwijstijd. De bestudeerde bronnen laten zien dat er verschillende bewijzen zijn dat naschoolse programma’s effectief zijn voor schoolprestaties, sociale vaardigheden en het tegengaan van delinquent gedrag. Ook kinderen uit kansarme gezinnen lijken baat te hebben bij het naschoolse aanbod. De positieve resultaten zijn in veel gevallen echter matig of doen zich alleen onder bepaalde specifieke randvoorwaarden voor.
De Q-sort is een manier om objecten (bv. stimuli, uitspraken, attitudes, woorden, foto's, opstelkenmerken, persoonlijkheidstrekken, etc. etc.) door één of meer personen te laten rangordenen. De resultaten van één of meer Q-sorteringen kunnen objectief geanalyseerd worden. Een onderzoeker vraagt zich bijvoorbeeld af: a) op welke opstelkenmerken letten docenten vooral wanneer zij opstellen nakijken? b) welke typen opstelbeoordelaars kan men onderscheiden? Teneinde deze vragen te beantwoorden, verzamelt de onderzoeker (bv. via literatuurstudie, via interviews, etc.) een groot aantal opstelkenmerken. Een aantal voorbeelden van opstelkenmerken zijn: 1) Ik let op "grammaticale fouten" 2) Ik let op "foutieve samentrekkingen" 3) Ik let er op "of zinnen voor tweeërlei uitleg vatbaar zijn 4) Ik let op "de originaliteit van het opstel" 5) Ik let op de "leesbaarheid van het opstel" 6) Ik let op de "overredingskracht van het opstel"
Het verhogen van engagement bij gebruikers/zo waarheidsgetrouw mogelijk invullen door gebruikers van een lange survey die ook ingewikkelde onderwerpen raakt (in dit geval in de gezondheidszorg). Doel Jongeren van 13-15 verleiden om een vragenlijst over mentale, sociale, fysieke, en seksuele gezondheid zo waarheidsgetrouw mogelijk in te vullen. We zoeken uit in welke mate real-time clusteranalyse van hun gedrag (tijd per vraag/wisselen van antwoord, etc.) tijdens het invullen van de enquête aan dat doel bijdraagt. Resultaten Een slimme interface die op basis van gedragsdata de gebruiker actief probeert te verleiden tot het zo waarheidsgetrouw en zo geconcentreerd mogelijk doorlopen van een lange vragenlijst. Looptijd 01 juni 2019 - 01 juni 2021 Aanpak Op basis van de jongeren zelf zijn motivaties geformuleerd om een vragenlijst wel of niet eerlijk in te vullen. Vervolgens zijn op basis van die motivaties datapatronen geïdentificeerd bij proefpersonen. Die datapatronen zijn input voor het initiëren van nudges die jongeren moeten verleiden een antwoord te geven dat misschien moeilijk is, maar dichter bij de realiteit ligt. Relevantie van het onderzoek Een belangrijk probleem voor mensen die met behulp van vragenlijsten onderzoek uitvoeren, is de betrouwbaarheid van deze self-report/reflectievragen. Dit onderzoek breidt op een datagedreven manier het onderzoek in dit domein verder uit.
Het verhogen van engagement bij gebruikers/zo waarheidsgetrouw mogelijk invullen door gebruikers van een lange survey die ook ingewikkelde onderwerpen raakt (in dit geval in de gezondheidszorg). Doel Jongeren van 13-15 verleiden om een vragenlijst over mentale, sociale, fysieke, en seksuele gezondheid zo waarheidsgetrouw mogelijk in te vullen. We zoeken uit in welke mate real-time clusteranalyse van hun gedrag (tijd per vraag/wisselen van antwoord, etc.) tijdens het invullen van de enquête aan dat doel bijdraagt. Resultaten Een slimme interface die op basis van gedragsdata de gebruiker actief probeert te verleiden tot het zo waarheidsgetrouw en zo geconcentreerd mogelijk doorlopen van een lange vragenlijst. Looptijd 01 juni 2019 - 01 juni 2021 Aanpak Op basis van de jongeren zelf zijn motivaties geformuleerd om een vragenlijst wel of niet eerlijk in te vullen. Vervolgens zijn op basis van die motivaties datapatronen geïdentificeerd bij proefpersonen. Die datapatronen zijn input voor het initiëren van nudges die jongeren moeten verleiden een antwoord te geven dat misschien moeilijk is, maar dichter bij de realiteit ligt. Relevantie van het onderzoek Een belangrijk probleem voor mensen die met behulp van vragenlijsten onderzoek uitvoeren, is de betrouwbaarheid van deze self-report/reflectievragen. Dit onderzoek breidt op een datagedreven manier het onderzoek in dit domein verder uit.
Om de prehabilitatiezorg betaalbaar te houden, is het van belang om zorg op maat te leveren. De wijze van aanbod is daarnaast van cruciaal belang voor het slagen van prehabilitatie. Niet elke patiënt heeft gesuperviseerde training nodig. Sommige patiënten hebben voldoende aan leefstijladviezen via een mobiele app, terwijl anderen wél gesuperviseerde begeleiding nodig hebben van een zorgprofessional.Doel In dit project gaan we ‘prehabilitatie fenotypes’ ontwikkelen van kandidaten voor prehabilitatie op basis van persoonlijke kenmerken. Door deze subgroepen te onderscheiden kan vervolgens bepaald worden welke vorm van ondersteuning (denk bijvoorbeeld aan gesuperviseerd, digitaal of blended) per fenotype het meest geschikt is. Met behulp van deze prehabilitatie fenotypes krijgen zorgprofessionals in de praktijk concrete handvatten om prehabilitatiezorg op maat voor te schrijven. Hiermee worden er twee vliegen in één klap geslagen: gepersonaliseerde zorg én betaalbare zorg. Resultaten We gaan een cross-sectionele data-analyse uitvoeren op (in ieder geval) twee bestaande datasets. Er zal tevens geïnventariseerd worden of er aanvullende geschikte databases zijn in andere prehabilitatie-onderzoekscentra die meegenomen kunnen worden in de analyses. Beter Voorbereid: Beter Voorbereid is een multicentrum RCT naar het effect van een mobiele applicatie waarmee patiënten voor en na hun operatie adviezen krijgen over het optimaliseren van hun leefstijl en over het omgaan met stress rondom de operatie. Dit project is gesubsidieerd door SIA RAAK MKB. PAM-ONCO: PAM-ONCO is een observationele studie in het UMC Utrecht naar het verloop van het beweeggedrag en het fysiek functioneren van patiënten die een gastro-intestinale oncologische operatie ondergaan. Looptijd 15 mei 2022 - 31 december 2023 Aanpak Dit project wordt in samenwerking met het UMC Utrecht uitgevoerd en bestaat uit meerdere fases: Fase 1: Determinanten voor de analyse Op basis van consensus zal bepaald worden welke variabelen daadwerkelijk invloed kunnen hebben op de manier van ondersteuning van patiënten in de preoperatieve fase. Daarom zullen er in deze fase 1 of 2 consensusmeetings worden georganiseerd met experts om te komen tot een definitieve lijst voor de variabelen. Fase 2: Analyses De variabelen (zie fase 1) uit beide studies zullen worden gestandaardiseerd, samengevoegd en klaargemaakt voor data-analyses. Het plan voor de clusteranalyses wordt besproken met experts op dit gebied en op basis van hun adviezen geoptimaliseerd. Vervolgens zullen de analyses worden uitgevoerd om fenotypes te vormen. Fase 3: Vergelijken van klinische uitkomsten en patiëntkarakteristieken tussen fenotypes Na het bepalen van de fenotypes, zullen de klinische uitkomsten en patiëntkarakteristieken tussen de fenotypes worden vergeleken. Er zal een uitgebreidere beschrijving worden gemaakt van de kenmerken van patiënten binnen elk fenotype. De beschrijving van de fenotypes biedt de basis van de volgende fase. Fase 4: Bepalen welke fenotypes baat kunnen hebben bij welke interventies en begeleiding In vier focusgroepen (twee met patiënten en twee met experts) zal bepaald worden welk type ondersteuning/begeleiding en prehabilitatie-interventies past bij de verschillende fenotypes zoals gevonden in fase 2.