Service of SURF
© 2025 SURF
This paper presents a report of some of the activities of the International Energy Agency's (IEA) Wind TCP Task 39. By identifying best practices in an international collaboration, Task 39 hopes to provide the scientific evidence to inform improved regulations and standards, increasing the effectiveness of quiet wind turbine technology. Task 39 is divided into five separate work packages, which address the broad wind turbine noise topic in successive steps; from wind turbine noise generation (WP2), to airborne noise propagation over large distances (WP3). The assessment of wind turbine noise and its impact on humans is addressed in WP4, while WP5 is dealing with other aspects of perception and acceptance, which may be related to noise. All WPs contribute to a dedicated Work Package on dissemination (WP1). This paper provides an update of activities primarily associated with the socio-psychological aspects of wind turbine noise (WP4 and WP5). Through the consideration of a wide variety of factors, including measurement technologies, auralisation and psychology, the effects on noise perception, annoyance and its impact on wellbeing and health is being further investigated. This paper presents a discussion of the activities of each member country and highlights some of the key research questions that need to be further considered.
LINK
Martien Visser neemt het Net-Zero scenario van het IEA onder de loep. “Het geeft een goede indruk van de uitdagingen die we voor ons hebben. Hoe gaan wie die waarmaken of zelfs overtreffen?”
LINK
To support the implementation of the Ecosystem Based approach to Management (EBM), ICES strives to provide evidence-based scientific advice and relevant management options that also assess potential trade-offs among sectors or between environmental status and human uses. To help achieve this, the Workshop on Challenges, Opportunities, Needs and Successes in including human dimensions in Integrated Ecosystem Assessments (IEAs) (WKCONSERVE) focused on economic, social, and interdisciplinary research and data needed to inform on the societal drivers and objectives of marine resource use as context for advice. More specifically, the workshop goals were to a) summarize social and economic data, indicators and relevant research done across ICES IEA regions and other IEA regions, b) Identify goals for including social and economic data and analyses in different IEAs, and c) to develop a roadmap for including social and economic data and analyses in IEAs, identifying common needs across groups and unique priorities of each region. Discussion across IEA groups made clear that while great strides have been made in ICES IEA groups to identify and provide important ecological measures relevant to EBM, far less attention has been given to providing comparable economic and social information. WKCONSERVE identified a number of practical steps to take to include more societal measures relevant to EBM. These differ among regions, depending on data availability and ecosystem context, and are detailed in IEA roadmaps developed during the workshop. However, in general, the first step involves including social scientists in the IEA groups. Key topics and data for each IEA region were identified. It was, however, repeatedly noted that more interaction with stakeholders will help both IEA and human dimensions Expert Groups to better develop research and data collection efforts to address stakeholder needs. A lack of funding is a key obstacle to the development of IEAs, both regarding science and advisory products. It is now up to each IEA group to use the developed roadmaps to include the human dimension in IEAs. Furthermore, to support the development of methods for integration, follow-up workshops should be organized on a regular basis (e.g. every other year).
LINK
Deze subsidieaanvraag richt zich op het onderzoeken van de hergebruikmogelijkheden van structuren van incourante kantoorgebouwen. Grofweg 10% van alle leegstaande kantoorgebouwen is incourant. De structuren van deze gebouwen (de constructies) zijn echter meestal niet incourant en in de meeste gevallen technisch niet verouderd. Deze structuren kunnen worden ingezet als dragers voor nieuwe ontwikkelingen die aansluiten op de groeiambities van de metropoolregio Amsterdam. Op deze manier kan de levenscyclus van deze structuren worden verlengd en kunnen de grondstofstromen voor constructiematerialen worden gereduceerd. Het werkveld geeft aan behoefte te hebben aan gedetailleerde technische gegevens over deze structuren en gedetailleerd inzicht in functiemogelijkheden om op basis daarvan scenario’s te ontwikkelen om tot verdienmodellen te komen. In samenwerking met ABT en ABC Nova wordt voor 15 casestudies binnen de metropoolregio Amsterdam de structuur geïnventariseerd. Vervolgens worden voor deze gebouwen de functiemogelijkheden onderzocht. Dit project leidt tot gedetailleerde kennis over bestaande structuren en vormt daarmee de eerste stap in een te ontwikkelen 4D structurenatlas met functiemogelijkheden. De beoogde uitkomsten kunnen dienen als randvoorwaarden voor vervolgonderzoek naar een groter aantal te onderzoeken structuren en functiemogelijkheden. Ook kan naar aanleiding hiervan worden ingezoomd op specifieke constructietypen en functies.
De Thematafel Veiligheid heeft in de loop van 2023 een hernieuwde, krachtige impuls gekregen, in 2024 sloten ook het NIPV en de Politieacademie zich aan en met Defensie is het gesprek aangegaan. Vanuit deze bestuurlijke basis ziet de Thematafel voor de jaren 2025-2026 een bijzondere uitdaging door de snel veranderende geopolitieke situatie en de implicaties hiervan voor de veiligheid van de Nederlandse samenleving. De Thematafel zet stevig in op de verdere strategische ontwikkeling van het hbo-onderzoek, in verbinding met de betrokken lectoren, met Europese collega’s en in nauwe samenwerking met organisaties in het brede palet van het Nederlandse veiligheidsdomein.
Artrose is in Nederland de snelst groeiende chronische aandoening, waarbij de knie het meest vaak is aangedaan. Mensen met knieartrose ervaren forse beperkingen in het dagelijks functioneren. Mensen met knieartrose ervaren soms pijn en stijfheid in het kniegewricht als gevolg van herhaalde lokale overbelasting van de aangedane regio in de knie. De geadviseerde fysiotherapeutische behandeling voor knieartrose bestaat uit informeren, leefstijladviezen en oefentherapie, waarin het aanleren van een minder belastend looppatroon een rol speelt. Binnen de behandeling zijn therapietrouw en zelfmanagement, zoals bij elke chronische aandoening, zeer belangrijk en wordt veelal gevraagd dat men in de thuisomgeving oefentherapie uitvoert. Uit diverse studies blijkt dat therapietrouw veelal laag is bij deze groep. Dat beïnvloedt de behandeluitkomsten negatief, gezien de effectiviteit van fysiotherapeutische zorg is voor een groot deel afhankelijk van de mate van therapietrouw. Om de behandeluitkomsten te verbeteren is het belangrijk om therapietrouw en zelfmanagement te vergroten en patiënten thuis aan de slag gaan met beweegadviezen. Daarbij kan real-time feedback op het looppatroon, in de relevante context, in het dagelijks leven, patiënten helpen om hun looppatroon aan te passen. Daarmee zou behandeling van artrose-gerelateerde klachten in potentie effectiever en efficiënter ingericht kunnen worden. Binnen dit KIEM voorstel verkennen we als eerste welke gebruikerseisen en -wensen er bestaan ten aanzien van real-time feedback op het looppatroon, en onderzoeken we of het haalbaar is om met behulp van het dragen van een sensor om gunstige, en ongunstige looppatronen van elkaar te onderscheiden.