Dienst van SURF
© 2025 SURF
Actuele ontwikkelingen maken dat er vanuit verschillende gremia hernieuwde aandacht is voor kansenongelijkheid tussen regio’s in Nederland. Het advies "" Elke regio telt" (2023) vormde hier een belangrijke aanzet toe. Echter, een inventarisatie van de focus bij het onderzoek en het onderwijs aan hogescholen binnen het sociaal-ruimtelijke domein laat zien dat er (nog) weinig expliciete aandacht is voor het platteland en haar bewoners. Netwerken, curriculaonderdelen en lectoraatsgroepen richten zich grotendeels op steden en wijken. In dit opiniërend artikel pleiten wij, gezien de stapeling van vraagstukken waarmee plattelandsregio’s en de gemeenschappen te maken krijgen voor meer aandacht voor het platteland vanuit de hbo’s. Gezien de (on) mogelijkheden van lokale dorpsgemeenschappen om hier een bepalende, lange termijn rol in tespelen, is er ook vanuit deze invalshoek meer aandacht nodig van (toekomstige) sociaal werkers en daarmee opleidingen Social Work en aanverwant praktijkonderzoek.
MULTIFILE
The sources of productivity have always been the main subject of economic debate because they are the main determinants of profitability and competitiveness. In order to improve productivity we should be able to identify the sources of productivity. This article presents a method for measuring the sources of knowledge productivity in order to give direction to knowledge management initiatives. The method is based on a theoretical framework which combines two different perspectives (economic and process) on knowledge productivity. This article presents the methodological and theoretical framework, the initial design of the method and the results of the first two case studies. The relevance of this article is that it combines the concepts of knowledge management and intellectual capital measurement in the relatively new concept of knowledge productivity.
In tijden van toenemende culturele diversiteit en arbeidsonzekerheid hebben jongeren in Nederlandse en Duitse stadswijken grote behoefte aan richting met betrekking tot hun toekomstige leven. Ouders en leraren lijken zelf vaak te worden overweldigd door de snel veranderende wereld waarin ze leven. Naast deze veranderingen neemt het gebruik van sociale media sterk toe, waardoor de al bestaande generatiekloof nog groter wordt. Deze ontwikkelingen hebben grote gevolgen voor de levensloopperspectieven van jongeren en leiden er vaak toe dat ze meer dan ooit richting zoeken bij hun leeftijdgenoten. In plaats van dit te zien als een problematische situatie, is dit project erop gericht de netwerken van jongeren te gebruiken als bron voor verbetering van de stadswijken. Het basisidee is jonge adolescenten (in de leeftijd van 12-14 jaar) te empoweren via bepaalde leeftijdgenoten die al gerespecteerd, verantwoordelijk en stabiel in het leven staan. Deze ‘homies’ (vier Nederlandse en vier Duitse jongeren) worden getraind en begeleid door experts op het gebied van oplossingsgericht denken en inspirerende communicatie. Daarna gaan de homies aan de slag in hun eigen wijk, waar ze drie maanden actief zullen zijn. De meeste communicatie met hun leeftijdgenoten zal verlopen via mobiele communicatie en sociale medianetwerken. In het begeleidende onderzoek wordt een analyse gemaakt van de leefsituatie van jongeren in de geselecteerde wijken voor en na de tussenkomst van de homies. De homies houden zelf een (mobiel) dagboek bij dat inzicht zal bieden in hoe zij zelf de veranderingen bij de jongeren in hun wijk zien.
Wetenschappers gebruiken bioorthogonale klikreacties tussen trans-cyclooctenen (TCOs) en tetrazines (Tz) om geheel nieuwe geneesmiddelen te ontwikkelen waarmee heel gericht cruciale biologische doelmoleculen kunnen worden geraakt, zodat ziektes op een veel selectievere manier kunnen worden behandeld. Recentelijk heeft de Radboud Universiteit een nieuw TCO-derivaat ontwikkeld en geoctrooieerd dat beschikt over twee orthogonale handvatten, goede stabiliteit, een snelle klik-kinetiek en een biocompatibele “click-to-release” functionaliteit. Bovendien kan deze TCO in een efficiënte synthese met hoge zuiverheid geproduceerd worden in tegenstelling tot vergelijkbare gepubliceerde stoffen. Binnen dit KIEM project zullen ‘ready-to-use’ TCO-producten ontwikkeld worden, gebaseerd op dit nieuwe TCO-derivaat. Dit is belangrijk om de drempel te verlagen voor onderzoekers om deze nieuwe technologie te benutten in hun toepassingen en versnelt daarmee de ontwikkeling van “slimme” geneesmiddelen of materialen. De werkzaamheden in dit project zullen bestaan uit literatuuronderzoek, synthetisch ontwerp van TCO-derivaten, chemische synthese, onderzoek naar de eigenschappen van de stoffen en contact leggen met potentiele gebruikers. De beoogde projectresultaten zijn chemische methoden om geactiveerde TCOs te synthetiseren, 5–10 geactiveerde eindproducten, inzicht in de chemie van TCOs, inzicht in de kinetiek en stabiliteit van de nieuwe TCOs en nieuwe samenwerkingen. In dit project wordt samengewerkt tussen de Radboud Universiteit en het biotechnologiebedrijf Synvenio. Binnen de synthetisch organische chemie afdeling van de Radboud Universiteit is de eerdergenoemde nieuwe TCO ontwikkeld. Synvenio is een jong biotechnologiebedrijf dat bioactieve stoffen beschikbaar maakt voor biochemisch- en biomedische onderzoekers. Het team bestaat uit chemici met veel affiniteit met biochemie, waaronder een van de uitvinders van de nieuwe TCO.