Service of SURF
© 2025 SURF
Gemeenten worstelen met nieuwe bevoegdheden en het ontbreken van kaders voor de welzijnszorg in de gemeenten. Het college van B&W, ambtenaren en gemeenteraden bedenken eigen beleidskaders, uitgangspunten en referenties om de welzijnszorg vorm en inhoud te geven. Hierdoor kunnen er grote verschillen ontstaan voor burgers. Het kan anders.
Een op de praktijk georiënteerd boek over bruikbare en praktijkgerichte onderzoeksmethoden en -technieken in welzijnszorg en gezondheidszorg was lang niet voorhanden. De noodzaak ervan lijdt echter geen twijfel. Dit boek voorziet duidelijk in een behoefte. Het boek kende sinds de eerste verschijning in 1996 13 drukken. Nu is er een nieuwe geheel herziene 13e druk. Beroepsbeoefenaren in welzijn en gezondheidszorg komen niet alleen steeds meer in aanraking met onderzoek, zij verrichten steeds vaker zelf onderzoek in hun beroepspraktijk. In het hoger beroepsonderwijs is praktijkgericht onderzoek dan ook meestal onderdeel van de reguliere onderwijsprogramma's. Op gestructureerde wijze worden in dit boek bruikbare en praktijkgerichte onderzoeksmethoden en -technieken beschreven.
Bij de aanvang van het lectoraat 'sociale infrastructuur en technologie' was onze doelstelling te komen tot een inventarisatie van ict gebruik in de sociale sector. Daarbij ging het ons om praktijken en initiatieven in de sociale sector waarbij men gebruik maakt van moderne technologie ter versterking van de sociale infrastructuur, de leefbaarheid van samenlevingsverbanden, de participatie in de publieke besluitvorming, de hulp- en dienstverlening aan cliknten en deelnemers. Met de sociale sector worden alle institutionele arrangementen bedoeld die het werken aan welzijn als primaire doelstelling hebben. Het gaat hierbij niet om een zoveelste onderzoek teneinde een volledig, kwantitatief gericht beeld te krijgen. Er werd gestreefd naar een beschrijving van veelbelovende aanpakken, niet alleen binnen de institutionele welzijnszorg, maar ook projecten en activiteiten die op initiatief van burgers buiten de sociale sector-in strikte-zin zijn opgezet.
Het creëren van gelijke kansen bij de start van het leven staat hoog op de Nederlandse agenda maar is nog niet gerealiseerd. Verschillen in perinatale uitkomsten worden veroorzaakt door cumulatie van medische én niet-medische risico’s. Armoede en achterstand hebben een substantieel effect op perinatale uitkomsten. Dit effect lijkt zwaarder te wegen bij Nederlandse zwangeren zonder migratieachtergrond. Juist in Groningen en in Limburg is vaker sprake van de combinatie zwangeren zonder migratieachtergrond en armoede. Om bovenstaand probleem het hoofd te bieden wordt gepleit voor een uitbreiding van de medisch-verloskundige zorg voor kwetsbare zwangere vrouwen met sociale en welzijnszorg: sociale verloskunde. Deze ontwikkeling wordt niet eenduidig, landelijk gestuurd maar krijgt regionaal vorm. Dit resulteert in variatie van zorg voor kwetsbare zwangere vrouwen zoals een diversiteit aan screeningsinstrumenten voor identificatie van kwetsbaarheid en bemoeilijkte samenwerking rondom doorgeleiding van kwetsbare zwangere vrouwen naar het sociale en welzijnsdomein dat per gemeente anders is georganiseerd. In Groningen is de Alpha-NL als screeningsinstrument inclusief zorgpaden voor doorgeleiding geïmplementeerd maar niet geëvalueerd. Vraagarticulatie leverde wisselende geluiden op over deze aanpak. In Zuid-Limburg is nog geen structureel beleid ingevoerd en in de vraagarticulatie kwam behoefte aan een holistisch instrument voor identificatie van kwetsbare zwangere vrouwen en aan doorgeleiding naar het sociale domein via één aanspreekpunt naar voren. Doel van dit project is om samen met professionals uit de geboortezorg en het sociale domein kennis te ontwikkelen en te delen over twee verschillende aanpakken gericht op zorg voor kwetsbare zwangeren, in twee regio’s met een vergelijkbare populatie van overwegend Nederlandse vrouwen zonder migratieachtergrond met een verhoogde kans op achterstand en armoede. We richten ons daarbij op twee - door het werkveld gesignaleerde – belangrijke vraagstukken: het identificeren van kwetsbare zwangere vrouwen enerzijds en het organiseren van een goede doorgeleiding naar en samenwerking met het sociale domein indien relevant, anderzijds.