Service of SURF
© 2025 SURF
Als moderne mensen van (na) de Verlichting is het ons onmogelijk om nog één te zijn met de natuur, zoals onze voorouders dat ooit waren. Diezelfde voorouders hebben ons echter in hun sprookjes en mythen een schat aan symbolische vertellingen nagelaten, die ons aanspreken in de taal van zintuigelijke beelden, aan de natuur ontleende metaforen en van gevoelens gevulde fantasieën. De werkvorm van het dwalen in het sprookjesbos laat zien dat het ons in de verbinding van het wandelen in de natuur en het opgaan in het verhaal, wel lukt om te komen in een staat van tweede primitiviteit. Daarin maken de cognitieve controle en de reflectieve beschouwing even plaats voor een gevoelsmatige ontvankelijkheid en een daaraan verbonden symboolgevoeligheid. In de heen-en-weerbeweging tussen de symbolische vertelling en het eigen verhaal, tussen het opgaan in het sprookje en het verwoorden van eigen ervaringen, tussen het dwalen in het bos en het dwalen in het eigen gemoed, blijkt een speelruimte te ontstaan, waarin nieuwe inzichten oplichten en een diepere vorm van aanvaarding zich aandient.