Inaugurele rede uitgesproken op 9 mei 2019 door Dr. J.E. (Judith) van de Mortel bij de benoeming tot lector “Gezonde plant op een vitale en duurzame bodem” aan HAS Hogeschool Venlo. De krant werd uitgegeven ter ere van de inaugurele rede. Dit deed ze op een bijzondere manier: alle genodigden gingen met een denkbeeldige tijdmachine vooruit naar het jaar 2030 waar ze Judith ontmoetten. Judith keek vervolgens terug naar het jaar 2019 en stelde dat ze hoopt dat de sector in de tussenliggende jaren bereikt heeft dat alle agrarische bodems in Nederland duurzaam beheerd worden door verschillende aanpakken te combineren. Om dit te illustreren schetste ze een beeld van hoe de agrarische onderneming er in 2030 uitziet. Met het lectoraat wil ze hieraan bijdragen. De krant is dan ook geschreven alsof het 9 mei 2030 is.
MULTIFILE
Uitspoeling van nutriënten uit landbouwpolders heeft een negatieve invloed op de waterkwaliteit in de Friese boezem. Deze diffuse bron levert een aanzienlijk deel van de nutriëntenbelasting op de Friese boezem. Mede hierdoor heeft Wetterskip Fryslân grote moeite de door haar gestelde doelen voor de Kaderrichtlijn Water te realiseren. Dit rapport beschrijft de uitkomsten van een theoretische verkenning van de (on)mogelijkheid om deze nutriëntenstroom af te vangen in zuiverende moerassen. Voor deze moerassen gaan we uit van gewassen die ook interessant zijn voor hun biomassaproductie, zodat de nutriënten na te zijn omgezet in biomassa weer terug kunnen worden gebracht in de agrarische productieketen, of als apart product kunnen worden vermarkt.
MULTIFILE
Uitspoeling van nutriënten uit landbouwpolders heeft een negatieve invloed op de waterkwaliteit in de Friese boezem. Deze diffuse bron levert een aanzienlijk deel van de nutriëntenbelasting op de Friese boezem. Mede hierdoor heeft Wetterskip Fryslân grote moeite de door haar gestelde doelen voor de Kaderrichtlijn Water te realiseren. Dit rapport beschrijft de uitkomsten van een theoretische verkenning van de (on)mogelijkheid om deze nutriëntenstroom af te vangen in zuiverende moerassen. Voor deze moerassen gaan we uit van gewassen die ook interessant zijn voor hun biomassaproductie, zodat de nutriënten na te zijn omgezet in biomassa weer terug kunnen worden gebracht in de agrarische productieketen, of als apart product kunnen worden vermarkt.
MULTIFILE
HAS Hogeschool wil de IMPULS-middelen benutten om de regionale samenwerking te versterken en in deze regionale triple helix van meerwaarde te zijn op het kruispunt van Agri en Food met Datascience en Technologie. Dat doen we vanuit de strategie van de HAS, door koppeling van onze lectoraten aan de regionale agenda’s en in samenwerking met complementaire kennispartners. Van oudsher heeft de HAS uitgebreide expertise op dit terrein, denk bijvoorbeeld aan de lectoraten Nieuwe Teeltsystemen, Precision Livestock Farming, Eiwittransitie in Voeding en Future Food Systems. Door het multidisciplinaire karakter van deze onderwerpen zal verbreding en verdieping, met meerwaarde voor het bedrijfsleven en de samenleving, met name plaatsvinden door slimme combinaties met expertises van andere kennisinstellingen. Die slimme combinaties zoeken we zowel binnen het CoE Groen, als daarbuiten door middel van een SPRONG-aanvraag. Met tegelijk een versnelling van de nieuwe manier van werken: ondersteuning van digitalisering van bijeenkomsten, uitwisseling van kennis en veilige vastlegging van data. De Impuls-regeling willen we daarom specifiek inzetten voor twee voor HAS hogeschool onmisbare strategische ontwikkelsporen: 1 Versterking van onze profilering als praktijkgericht onderzoekcentrum voor Hightech en Data in Agrifood met een SPRONG-aanvraag; 2 Versterking (en waar nodig aanpassing) van de infrastructuur nodig voor het goed functioneren van het CoE Groen. Meer specifiek gaat het daarbij om zowel activiteiten gericht op versterking van externe processen als interne processen, rekening houdend met de beperkingen en eisen vanwege COVID-19: - Consortiumvorming; - Netwerkbijeenkomsten; - Datamanagement; - Programmamanagement; - Vorming van expertiseclusters.
De landbouw in Nederland staat voor enorme uitdagingen om voldoende voedsel te produceren zonder de planetaire grenzen te overschrijden. Regeneratieve landbouw (RL) is een productiemethode waarbij natuurlijke hulpbronnen worden versterkt in plaats van uitgeput. Bij regeneratieve landbouw staat een gezonde bodem centraal in evenwicht met gewas en teeltsysteem met als doel het versterken van ecosysteemdiensten. Een nog maar relatief beperkte groep boeren pioniert in Nederland met regeneratieve landbouwpraktijken. De opschaling van deze praktijken blijft tot op heden beperkt doordat het huidige landbouwsysteem in een ‘locked in’ zit die gericht is op maximale productie, met name omdat een duidelijk verdienmodel ontbreekt. In dit project gaan de hogescholen Van Hall Larenstein, HAS en Aeres tezamen met een breed consortium van agrariërs, bedrijven, kennisinstellingen en overheden (provincies en waterschap) onderzoeken hoe regeneratieve landbouwpraktijk bijdraagt aan het verbeteren van de bodemkwaliteit, wat de effecten zijn op ecosysteemdiensten en wat sociaal-economische kansen zijn. Hiervoor gaan we in 3 gebieden met 5 leernetwerken aan de slag. Mede op basis van de vraagarticulatie gaat in elk gebied een verdiepingsslag gemaakt worden op de ecosysteemdiensten: waterkwaliteit en -kwantiteit, plantweerbaarheid en gewaskwaliteit, in relatie tot regeneratieve landbouw. Hierbij bouwen we voort op reeds bestaande kennis over groen-blauwe diensten en lopende initiatieven. De hogescholen en partners werken nauw met elkaar samen om verschillende kennisvragen uit de leernetwerken te kunnen beantwoorden. De opgedane kennis in dit project wordt breed gedeeld met de praktijk en toegepast in het onderwijs.