Service of SURF
© 2025 SURF
Voor de registratie van de onderzoeksdata is in 2015 een relationele database ontwikkeld met de naam Festivalmonitor. In deze blog de belangrijkste entiteiten in deze onderzoeksdatabase.
LINK
Dagelijks laten consumenten een enorme hoeveelheid aan data van zichzelf achter op het web. Zowel fysiek als digitaal moeten consumenten zich steeds vaker registreren om gebruik te kunnen maken van diverse (overheids)diensten, bedrijven of webwinkels. Online registratie hoeft niet lang te duren; via een social media-account of een app op een smartphone of tablet is dit zo gedaan.
MULTIFILE
Verpleegkundigen hebben de verantwoordelijkheid om gegevens te registreren over de kwaliteit van zorg. Potentiele verpleegproblemen als ondervoeding, valincidenten, decubitus, pijn, en delier zijn daarvoor indicatoren. Verpleegkundigen en verzorgenden vinden dit weliswaar belangrijk, maar ervaren het scoren van zulke complicatierisico’s vaak ook als een administratieve last. Welke factoren er nu precies voor zorgen dat ze meer of minder geneigd zijn om die kwaliteitsgegevens te verzamelen, was onbekend. Dit onderzoek moet daar meer licht op werpen.
Voor zorgprofessionals die met kinderen met overgewicht werken, zoals kinderdiëtisten en -fysiotherapeuten, is het moeilijk om optimale ondersteuning te bieden aan deze kinderen en hun ouders. Dit heeft te maken met de multifactoriële aard van overgewicht, de beperkte vergoede behandeltijd en de benodigde tijd die leefstijlverandering vraagt. Een waardevolle toevoeging voor de huidige zorgpraktijk zou een mHealth-applicatie zijn die zowel voor kinderen en ouders als de professionals ondersteunend werkt bij het ontwikkelen en adopteren van een duurzaam gezondere levensstijl door kinderen. Door deze ‘blended care’ aanpak te ontwikkelen wil De Haagse Hogeschool, DIO Agency, Lijfstijl Diëtisten en TiM Fysiotherapie bijdragen aan het stabiliseren of reduceren van overgewicht van kinderen. Dergelijke leefstijlinterventie-ondersteunende applicaties bestaan al voor volwassenen, maar nog niet voor kinderen in de basisschoolleeftijd. Er bestaan wel enkele stand-alone applicaties voor deze doelgroep. De Supereters app van DIO Agency is hier een voorbeeld van. Deze app is de afgelopen jaren, in samenwerking met studenten Voeding & Diëtetiek van HHS, gevuld met evidence-based leefstijl informatie. Zorgprofessionals hebben deze app positief geëvalueerd voor integratie in gecombineerde leefstijlinterventies. In dit project willen we gezamenlijk onderzoeken hoe de reguliere zorgaanpak door digitale ondersteuning verrijkt kan worden tot een blended care aanpak. Dit doen wij door in een iteratief cocreatie proces met kinderen, ouders en zorgprofessionals informatie over de wensen, behoeften en leefwereld van de verschillende gebruikers, inhoudelijke kennis over leefstijl en gedragsverandering en technische en ethische randvoorwaarden, te integreren in de Supereters app en blended care aanpak. Hiermee leggen we een goede basis voor het implementeren van de applicatie in de zorgpraktijk en het evalueren van de effecten daarvan in een opvolgend project. Daarnaast krijgt een toekomstige generatie ontwerp- en zorgprofessionals hands-on ervaring met het cocreëren van eHealth oplossingen door te participeren in dit project.
De uitbraak van het coronavirus heeft in Nederland geleid tot ongekende maatregelen, waarbij het maatschappelijke verkeer voor een groot deel werd stilgelegd op 15 maart 2020. Onder meer alle scholen, universiteiten, bibliotheken, cafés, kapperszaken, musea, bioscopen en restaurants sloten op last van de landelijke overheid hun deuren. Ook de wijze waarop fysiotherapeutische zorg aan patiënten geleverd kon worden, veranderde drastisch. Hierdoor hebben de beperkende Coronamaatregelen grote gevolgen gehad op de voortgang van het RAAK-MKB project Leren van registreren. Centraal in dit project staat het verzamelen, verwerken en analyseren van behandelinformatie van verschillende patiënten en fysiotherapiepraktijken. De Corona-uitbraak heeft op twee manieren tot negatieve consequenties geleid voor het project: 1. Veel fysiotherapeuten sloten de deuren van hun praktijk voor onbepaalde tijd, omdat de richtlijn van het bewaren van 1,5 meter afstand niet gewaarborgd kon worden. Hierdoor zijn er veel minder dossiers ingevoerd door fysiotherapeuten en praktijken. De benodigde 1200 dossiers zijn daardoor nog niet ingevoerd in het systeem en de dataverzamelingsperiode dient verlengd te worden met minimaal 3 maanden. 2. Een deel van de behandelingen kon op afstand plaatsvinden in plaats van in de behandelkamer, bijvoorbeeld via beeld(bellen), e-mail, patiëntenportaal of telefoon. Dit betrof echter een klein percentage van alle behandelingen, aangezien deze vorm van zorg niet mogelijk is bij massage, mobilisaties, taping en verschillende vormen van oefentherapie. Dit kleine percentage van alle behandelingen geeft dus geen goede, representatieve weergave van de fysiotherapeutische behandelingen die in Nederland worden uitgevoerd. Het verlengen van de dataverzameling is ook nodig om een representatiever beeld te krijgen van behandelinformatie. Deze RAAK impuls maakt het voor het consortium mogelijk om het beoogde aantal van 1200 dossiers te behalen en ook een representatieve afspiegeling te krijgen van de behandelingen.
Zelfstandig gevestigde diëtisten hebben de wens om inzicht te krijgen in resultaten van hun dieetbehandeling. Dit inzicht is noodzakelijk voor verdere professionalisering (‘wat gaat goed en wat kan beter in mijn behandeling?’) en voor onderhandelingen met zorggroepen (‘schakel mij als diëtist in, want ik lever aantoonbaar effectieve zorg’). De afgelopen jaren is getracht resultaten inzichtelijk te maken door op gestandaardiseerde wijze data te verzamelen en registreren. Dit blijkt in de dagelijkse praktijkvoering moeilijk. Een door diëtisten ervaren knelpunt is bijvoorbeeld dat gestandaardiseerde dataverzameling niet past bij elke individuele patiënt, die mogelijk heel andere doelen belangrijk vindt dan de diëtist. Het meten en registreren van sommige data kost ook teveel tijd voor de diëtist, waardoor uiteindelijk onvoldoende data beschikbaar zijn voor onderzoek naar resultaten van behandeling. Bovendien speelt binnen de diëtetiek het probleem van hoge uitval onder patiënten. In dit project wordt nagegaan of en hoe het centraal stellen van de vraag van de patiënt kan bijdragen aan betere zorg (minder uitval, meer inzicht in resultaten) en ook wat dit betekent voor de dagelijkse praktijkvoering van de vrijgevestigde diëtist. Hiertoe worden gesprekken gevoerd met diëtisten en patiënten om te komen tot een onderzoekswaardige praktijkvraag. Ook wordt onderzocht of/hoe doorontwikkeling van een app die patiënten in staat stelt zelf data te verzamelen om doelen te monitoren en evalueren, kan bijdragen aan verbetering van de dieetbehandeling. Dit project heeft als doel de vraagarticulatie helder te krijgen en een prototype app door te ontwikkelen die verder uitgetest kan worden in een vervolg traject. Het resultaat van het project is een raak-mkb subsidie aanvraag. Het is een heel nieuwe benadering van dieetbehandeling door de diëtist, waarbij de patiënt niet alleen leidend is in de doelen die gesteld worden, maar ook in het verzamelen van data om gestelde doelen te monitoren en evalueren.