Service of SURF
© 2025 SURF
Door de nieuwe rekenrente regels lijkt de positie van pensioenfondsen te verbeteren maar de realiteit verandert er niet door.
Interview in Executive-People, nr.15, november 2014. Een appartement huren voor je vakantie doe je goedkoop bij AirBNB, een taxi bestel je voordelig via Uber. Je kinderen werken op school met een iPad, en thuis bedien je met je tablet niet alleen de thermostaat, maar ook de televisie en de verlichting. Heb je nieuwe schoenen nodig? Ook die bestel je online en laat het de volgende dag keurig thuisbezorgen. Nieuwe technologische mogelijkheden maken ons leven vaak makkelijker, leuker en in veel gevallen goedkoper. Maar, is er ook een keerzijde aan deze 'nieuwe economische realiteit'? Staan we vaak genoeg stil bij de impact die technologische ontwikkelingen hebben op onze economie en onze maatschappij? Stellen we voldoende kritische vragen, of laten we ons meeslepen door het luide 'halleluja' dat klinkt vanuit bedrijven als Google en Facebook? En hoe zou de rol van de overheid in dit debat eruit moeten zien?
Interview: Executive-People sprak over dit onderwerp met de sprekers: Arda Gerkens (lid eerste kamer SP), Kees Verhoeven (lid tweede kamer D66) en Frans van der Reep (lector 'digital world' Hogeschool Inholland, spreker over dit onderwerp, strateeg bij KPN).
Artificial Intelligence (AI) wordt realiteit. Slimme ICT-producten die diensten op maat leveren accelereren de digitalisering van de maatschappij. De grote innovaties van de komende jaren –zelfrijdende auto’s, spraakgestuurde virtuele assistenten, autodiagnose systemen, robots die autonoom complexe taken uitvoeren – zijn datagedreven en hebben een AI-component. Dit gaat de rol van professionals in alle domeinen, gezondheidzorg, bouwsector, financiële dienstverlening, maakindustrie, journalistiek, rechtspraak, etc., raken. ICT is niet meer volgend en ondersteunend (een ‘enabling’ technologie), maar de motor die de transformatie van de samenleving in gang zet. Grote bedrijven, overheidsinstanties, het MKB, en de vele startups in de Brainport regio zijn innovatieve datagedreven scenario’s volop aan het verkennen. Dit wordt nog eens versterkt door de democratisering van AI; machine learning en deep learning algoritmes zijn beschikbaar zowel in open source software als in Cloud oplossingen en zijn daarmee toegankelijk voor iedereen. Data science wordt ‘applied’ en verschuift van een PhD specialisme naar een HBO-vaardigheid. Het stadium waarin veel bedrijven nu verkeren is te omschrijven als: “Help, mijn AI-pilot is succesvol. Wat nu?” Deze aanvraag richt zich op het succesvol implementeren van AI binnen de context van softwareontwikkeling. De onderzoeksvraag van dit voorstel is: “Hoe kunnen we state-of-the-art data science methoden en technieken waardevol en verantwoord toepassen ten behoeve van deze slimme lerende ICT-producten?” De postdoc gaat fungeren als een linking pin tussen alle onderzoeksprojecten en opdrachten waarbij studenten ICT-producten met AI (machine learning, deep learning) ontwikkelen voor opdrachtgevers uit de praktijk. Door mee te kijken en mee te denken met de studenten kan de postdoc overzicht en inzicht creëren over alle cases heen. Als er overzicht is kan er daarna ook gestuurd worden op de uit te voeren cases om verschillende deelaspecten samen met de studenten te onderzoeken. Deliverables zijn rapporten, guidelines en frameworks voor praktijk en onderwijs, peer-reviewed artikelen en kennisdelingsevents.
‘Augmented Reality (AR) is een technologie die de realiteit en de virtuele wereld met elkaar verbindt. In het Nederlands betekent 'augmented reality' letterlijk: verrijkte werkelijkheid. Het is dus een mix van de realiteit met een virtuele toevoeging of ‘verrijking’1. De toenemende digitalisering van de automotive sector maakt dat zowel ontwikkelaars als bestuurders van de auto behoefte hebben aan extra informatie bij het uitvoeren van hun taak. Zo bestaat in de logistieke sector momenteel de wens om het proces van ‘docken’ te verbeteren via AR. Het onderliggende voorstel beschrijft daarom een haalbaarheidsstudie naar de mogelijkheden om AR, specifiek gericht op deze case en tegelijk in het bredere perspectief van lopend en toekomstig onderzoek bij HAN Automotive Research (HAN-AR). Deze haalbaarheidsstudie focust op twee aspecten: • Onderzoek naar de toepassing van AR bij rijtaakondersteuning van professionele bestuurders in vrachtwagens, gerelateerd aan RAAK-Pro onderzoek INTRALOG. • Onderzoek naar verrijking met AR van software tools (zie www.openMBD.com) die HAN-AR in eerdere RAAK projecten2 ontwikkelde. Het onderzoek levert de volgende resultaten: 1. Inzicht in de economische, organisatorische en operationele issues die een rol spelen bij de succesvol kunnen toepassen van AR in automotive onderzoek in brede zin. 2. Inzicht in technische en gebruikersaspecten van AR bij het ondersteunen van gebruikers. 3. Inzicht in verdere valorisatie van de uitkomsten van de afgeronde en lopende onderzoeken. De ervaringen die HAN lectoren (Slomp, Bakker) hebben opgedaan zijn input voor dit voorstel. Centraal bij de uitvoering van deze haalbaarheidsstudie staat de overdracht van de kennis naar de partners van HAN-AR. Dit gebeurt specifiek via ACE workshops met een groot aantal partners van HAN-AR en ACE. Bij positieve resultaten van AURA wordt het onderzoek gecontinueerd in een omvangrijker onderzoek, met als doelstelling om AR bij het MKB verder te implementeren.
Met dit project brengen we teamcompetenties in kaart bij het effectief en vitaal samenwerken op afstand door teams in het mkb. Een dergelijk overzicht is dringend gewenst vanwege de nieuwe realiteit die is ontstaan door de gevolgen van de coronapandemie voor de manier waarop mensen samenwerken. In de nieuwe realiteit wordt meer op afstand samengewerkt (Hamersma, De Haas en Faber 2020). Daarnaast blijkt uit internationaal onderzoek dat een aanzienlijk deel van de thuiswerkers verwacht na de pandemie vaker thuis te werken dan daarvoor (Barrero, Bloom & Davis 2020, McCarthy et al. 2020). Hoe blijven medewerkers na de pandemie hybride (deels op locatie en deels op afstand) op een goede manier met elkaar samenwerken? Welke vaardigheden vraagt dat? Samenwerken op afstand doet bijna vanzelfsprekend een nadrukkelijk beroep op digitale vaardigheden, maar ook andere vaardigheden zijn belangrijk, zoals die gericht op de teamprestatie, strategie en het verwerven en op peil houden van noodzakelijke kennis (vgl. Hackman & Wageman 2005). Inzicht in de huidige en gewenste samenwerkingsvaardigheden is noodzakelijk om teams (in het mkb) op afstand blijvend effectief en vitaal te kunnen laten functioneren. Medewerkers in teams (in het mkb) moeten hun vaardigheden ontwikkelen om op een goede en gezonde manier effectief met elkaar te kunnen blijven samenwerken. Gebeurt dit niet, dan kan dat leiden tot een verminderde effectiviteit van teams en daardoor tot verlies van werkgelegenheid en extra kosten. Het projectconsortium verkent en inventariseert in een learning community deze vaardigheden en maakt de ontwikkelbehoefte van de betrokkenen in de nieuwe situatie duidelijk. Uitgangspunt daarbij is de leerbehoefte per team en van de medewerkers in het team. Ook maakt het project duidelijk hoe deze behoefte (later) kan worden vormgegeven, aansluitend bij de manier van leren van het team.