Service of SURF
© 2025 SURF
OBJECTIVE: Pre-eclampsia is a complication of pregnancy characterized by systemic vascular dysfunction and pathological changes in placental arteries. Growing evidence of chronic infection as an aetiological factor in vascular diseases prompted us to study maternal periodontal disease in subjects with early-onset pre-eclampsia (<34 weeks).METHODS: A case-control study was carried out on 17 early-onset pre-eclamptic women and 35 controls with uncomplicated pregnancies in a period of 3-28 months postpartum. All were Caucasians. Full-mouth periodontal examinations were performed to determine the periodontal condition. Subgingival-plaque samples were analysed by anaerobic culture techniques for the presence of seven bacterial periodontal pathogens. Potential confounders as age, smoking, educational level and body mass index were determined.RESULTS: Severe periodontal disease was found in 82% of the pre-eclamptic and in 37% of the control group (p=0.009). After adjusting for age, smoking and educational level, the odds ratio was 7.9 (95% CI: 1.9-32.8). The periodontopathic microorganism Micromonas micros was more prevalent in the case group (p=0.040) while Campylobacter rectus was more prevalent in the control group (p=0.047).CONCLUSION: These results indicate that Caucasian women with a recent history of early-onset pre-eclampsia have a worse periodontal condition, as compared with women with uncomplicated deliveries.
OBJECTIVE: Periodontitis, mostly associated with Porphyromonas gingivalis, has frequently been related to adverse pregnancy outcomes. We therefore investigated whether lipopolysaccharides of P. gingivalis (Pg-LPS) induced pregnancy complications in the rat.METHODS: Experiment 1: pregnant rats (day 14) received increasing Pg-LPS doses (0.0-50.0 μg kg-1 bw; n = 2/3 p per dose). Maternal intra-aortic blood pressure, urinary albumin excretion, placental and foetal weight and foetal resorptions were documented. Experiment 2: 10.0 μg kg-1 bw (which induced the highest blood pressure together with decreased foetal weight in experiment 1) or saline was infused in pregnant and non-pregnant rats (n = 7/9 p per group). Parameters of experiment 1 and numbers of peripheral leucocytes as well as signs of inflammation in the kidney and placenta were evaluated.RESULTS: Pg-LPS infusion in pregnant rats increased maternal systolic blood pressure, reduced placental weight (dose dependently) and decreased foetal weight and induced foetal resorptions. It, however, did not induce proteinuria or a generalised inflammatory response. No effects of Pg-LPS were seen in non-pregnant rats.CONCLUSION: Pg-LPS increased maternal blood pressure, induced placental and foetal growth restriction, and increased foetal resorptions, without inducing proteinuria and inflammation. Pg-LPS may therefore play a role in pregnancy complications induced by periodontitis.
LINK
Het doel van dit proefschrift betrof het verkennen van attituden en afwegingen rond taakherschikking tussen tandartsen en mondhygiënisten. Daarnaast werd nagegaan welke sociale kenmerken studenten toeschrijven aan elkaar, zichzelf en beide beroepsgroepen. Vervolgens werd het effect van een psychologische interventie in een onderwijssetting onderzocht op interprofessionele communicatie en percepties ten aanzien van interprofessionele taakverdeling. Tandartsen en mondhygiënisten hebben verschillende attituden ten opzichte van taakherschikking, vooral wat betreft de vrijgevestigde praktijk van mondhygiënisten. Dit laatste wordt het minst gewenst door tandartsen. Tandartsen en mondhygiënisten hebben verschillende afwegingen wanneer men een voor- of tegenstander is van dit beleid. De interprofessionele relatie tussen tandartsen en mondhygiënisten komt tot uiting in de attributie van specifieke sociale kenmerken. Tandheelkunde en mondzorgkunde studenten zijn beide de mening toegedaan dat tandartsen meer dominant zijn dan mondhygiënisten. Het faciliteren van interprofessionele groepsvorming kan zowel interprofessionele hiërarchie als tandarts-gecentreerde taakverdeling reduceren. Tijdens het eerste onderzoek (Hoofdstuk 2) werden verschillen tussen tandartsen en mondhygiënisten ontdekt ten aanzien van de taakuitbreiding van de mondhygiënist. De helft van alle tandartsen en de meeste mondhygiënisten hebben hierover een positieve attitude. Een interprofessionele kloof werd gevonden ten aanzien van de zelfstandige praktijkvoering van mondhygiënisten. Een minderheid van alle tandartsen heeft hierover een positieve attitude vergeleken met een meerderheid van alle mondhygiënisten. Dit suggereert dat de acceptatie van een zelfstandige mondhygiënist een groot obstakel is wanneer men taakherschikking wil implementeren. Tandartsen willen controle over de mondhygiënist behouden, daarom is het waarschijnlijk dat taakdelegatie boven taaksubstitutie wordt verkozen. Dit laatste betreft taakherschikking met professionele autonomie.