Service of SURF
© 2025 SURF
Op basis van onderzoek worden de vrijetijdspatronen (georganiseerde en ongeorganiseerde vrijetijd) van kinderen tussen 10 en 15 jaar uit verschillende sociale milieus beschreven. Uit de resultaten blijkt dat de ongerustheid over de te drukke agenda's van kinderen en jonge tieners niet terecht is. Nog geen 12% van de onderzochte leeftijdsgroep blijkt vier of meer vaste afspraken c.q. georganiseerde activiteiten per week te hebben (sporttraining, gitaarles, buitenschoolse opvang e.d.). Zij zijn meestal afkomstig uit gezinnen met hoogopgeleide ouders. 47% blijkt en of twee vaste afspraken te hebben en ruim 27 % neemt deel aan geen enkele activiteit die wekelijks georganiseerd wordt. Verder wordt uit het onderzoek duidelijk dat bij jonge adolescenten zeer gedifferentieerde patronen van vrijetijdsbesteding te onderscheiden zijn. Op basis van de onderzoeksgegevens wordt een typologie gegeven van ongeorganiseerde vrijetijdsbesteding (welke groepen jongeren onderscheiden naar klasse en gender doen wat?)En ook is onderzocht hoe onderscheiden groepen jongeren ongeorganiseerde activiteiten en georganiseerde activiteiten combineren.
Vanuit Fontys Hogescholen wordt veel onderzoek gedaan, met name door onderzoekers van de verschillende lectoraten. Vanzelfsprekend worden er binnen deze onderzoeken veel data verzameld en verwerkt. Fontys onderschrijft het belang van zorgvuldige omgang met onderzoeksdata en vraagt daarom van onderzoekers dat zij hun Research Data Management (RDM) op orde hebben. Denk hierbij aan veilige opslag en duurzame toegankelijkheid van data. Maar ook (open access) publiceren en archiveren van onderzoeksdata maken onderdeel uit van RDM. Hoe je hier als onderzoeker invulling aan geeft kan soms best een zoektocht zijn, mede doordat nog niet iedereen even bekend is met het onderwerp RDM. Met dit boek hopen we onderzoekers binnen Fontys de belangrijkste informatie te bieden die nodig is om goed invulling te geven aan Research Data Management en daarbij ook te wijzen op de ondersteuning die op dit gebied voorhanden is.
HKU wil Impuls 2020 inzetten voor de doorontwikkeling en versterking van de onderzoeksomgeving binnen de kunsthogeschool als onderwijs- en kennisinstelling enerzijds; Anderzijds voor de ontwikkeling en versteviging van netwerken en samenwerkingsverbanden in de regio en met andere (kunst)hogescholen in duurzame en kansrijke initiatieven met maatschappelijke impact. Het hbo-postdoc onderzoek ‘Common Ground, Praktijk, filosofie en ethiek van onderzoek aan HKU’ dat bijdraagt aan de articulatie van de verschillende methodologieën aan HKU, wordt verlengd. Om nieuwe en bestaande onderzoeksgroepen kwalitatief goed te ondersteunen, willen we het fundament van de ondersteunende onderzoeksinfrastructuur aan HKU verder versterken. Door opdrachtmatige uitbreiding van het team van kennismedewerkers zorgen we voor een goede verankering van nieuwe onderzoeksposities in het functiehuis en professionalisering van de bedrijfsvoering van het onderzoek. We brengen een versnelling op gang in ons traject “HKU Op weg naar Open Science” door een extra investering in menskracht en een online platform voor HKU Press. Strategisch zijn we actief betrokken bij het ontwikkeljaar van de pilot derde cyclus in het hbo vanuit het cluster Kunst + Creatief. HKU heeft de ambitie om de samenwerking met het brede zorgdomein in Utrecht te intensiveren. We willen investeren in een stevige onderzoeksomgeving en het regionaal kennis-ecosysteem op het gebied van Health, met aandacht en ruimte voor de specifieke rol en meerwaarde die praktijkgericht kunstonderzoek heeft in onderzoeksprojecten in (samenwerking met) dit domein. Dit doen we door een Kwartiermaker aan te trekken. Samen met AHK willen we de mogelijkheden voor meer samenwerking tussen de kunsthogescholen, en specifiek tussen onze beide instellingen concreet gaan onderzoeken. Om de thematische en methodologische raakvlakken in kaart te brengen, en kennismaking en uitwisseling tussen onderzoeksgroepen te organiseren, stellen we gezamenlijk een verkenner/aanjager aan. Onderdeel van de verkenningsopdracht is om te kijken naar aansluiting op de landelijke beleidsagenda’s en de haalbaarheid van gezamenlijke aanvragen.
In het convenant ‘Schone taxi’s voor Amsterdam’ sprak de gemeente eind 2015 met de Toegelaten Taxiorganisaties (TTO’s) af om gezamenlijk te werken aan schoner taxivervoer met als doel om eind 2025 alleen nog met schone taxi’s te rijden. De gemeente faciliteert de overgang van diesel naar elektrisch door te zorgen voor voldoende snellaadpalen, voorrangsregelingen voor schone taxi’s, vrij parkeren bij laadpalen voor elektrische taxi’s en aanschafsubsidies en reguleert door een milieuzone in te stellen voor oude dieseltaxi’s. U-SMILE (onderdeel B) onderzocht de effectiviteit van enkele van de in het convenant afgesproken maatregelen en zocht op antwoord op de volgende vragen: 1) Hoe effectief is de voorrangsregeling op Centraal Station voor het aantrekken van schone taxi’s? 2) Zijn er op uitgaansavonden bij Leidseplein voldoende schone taxi’s beschikbaar voor de grote aantallen passagiers? 3) Zijn er voldoende snelladers in de stad om elektrische taxi’s snel op te laden? 4) Hoe denken de taxichauffeurs over de maatregelen van de gemeente en hebben de maatregelen effect op het gedrag van de taxichauffeurs? Geanonimiseerde gegevens van pasjes- en kentekenscanners bij de taxistandplaatsen Centraal Station en Leidseplein werden wekelijks opgeslagen in de database van HvA en geanalyseerd. Met een web based taximonitor kan de gemeente de actuele analyseresultaten inzien. Ook interviewde U-SMILE taxichauffeurs en stuurde in samenwerking met de afdeling psychologie van Rijksuniversiteit Groningen vragenlijsten uit om te onderzoeken hoe de taxichauffeurs dachten over de maatregelen en of deze zou leiden tot ander gedrag. Wij vragen deze Top-up aan om: 1) Onderzoeksgegevens en gelieerde onderzoeksfaciliteiten beter toegankelijk te maken voor onderzoekers, zowel voor interne als externe onderzoekers; 2) Het bereik van de beschikbare onderzoeksresultaten sterk te vergroten in de taxi-sector en onder taxichauffeurs