Service of SURF
© 2025 SURF
© 2025 SURF
Hoe meet je hoe kindvriendelijk een buurt is? Ouders zijn daarin een belangrijke factor, zij bepalen immers waar ze met hun kinderen gaan wonen en waar ze hun kroost laten spelen. Het is daarom van belang om te kunnen meten hoe kindvriendelijk ouders een buurt vinden, om dit vervolgens te kunnen implementeren in het ontwerp van kindvriendelijke wijken. Een universeel instrument om dit te meten, ontbrak echter nog, maar na een onderzoek van de Technische Universiteit Eindhoven (TU/e) en Fontys Hogeschool, is die er nu wel.
LINK
In de zomer en het najaar van 2022 organiseert het Van Eesteren Museum de manifestatie SuperWest 2000-2021 over de vernieuwing van de Westelijke Tuinsteden. Met een overzichtstentoonstelling, een publicatie, een reeks buurtbiografieën, wandelingen en debatavonden wordt aandacht gevraagd voor de onwaarschijnlijke operatie die in de afgelopen twee decennia in de Tuinsteden plaats vond. Deze tweede buurtbiografie in de reeks documenteert de vernieuwing van de Staalmanpleinbuurt. De bouwprojecten en de inrichting van de openbare ruimte zijn nagenoeg afgerond. Dat maakt het mogelijk om met elkaar het gesprek te voeren over de kwaliteit van de nieuwe buurt.
MULTIFILE
Onze omgeving is volop in ontwikkeling: overal in dorpen, wijken en buurten in Nederland bestaan er werkgroepen met plannen voor een meer leefbare, duurzame of gezonde wijk, oftewel een zachtere stad. Bij het werken aan de zachte stad is het belangrijk om na te denken over manieren waarop alle bewoners die met de plannen te maken krijgen, erin meegenomen kunnen worden. Met behulp van de ‘social fingerprint’-aanpak kan bewonersparticipatie zinvol worden vormgegeven.
LINK
SDDM-research heeft onderzoek gedaan naar de koopmotieven van de bewoners uit project ‘De Grachten’ te Uitwellingerga. Wat waren de beweegredenen voor de bewoners om specifiek dit project te kiezen en wat maakt dit project nu zo speciaal? Door middel van gedegen onderzoek is het gelukt de koopmotieven van de bewoners duidelijk in kaart te brengen.Studentenonderzoek in het kader van het thema Werklandschappen
Achtergrond en aanleiding De gemeente Den Haag streeft naar een sportief en vitaal Den Haag, naar een stad waarin sport voor iedereen toegankelijk is en alle Hagenaars een actieve en gezonde leefstijl hebben. Goede sportvoorzieningen met voor iedereen wat wils maken onderdeel uit van deze ambitie. Een voorbeeld van zulke sportvoorzieningen zijn de Haagse ‘fitplaatsen’: openbare sportvoorzieningen met veilige en laagdrempelige fitnesstoestellen. De gemeente heeft sinds 2010 zeven fitplaatsen aangelegd. De komende jaren wil zij het aantal fitplaatsen uitbreiden en de bestaande fitplaatsen optimaliseren. Om meer inzicht te krijgen in het gebruik en de succesfactoren van de fitplaatsen heeft het lectoraat Gezonde Leefstijl in een Stimulerende Omgeving van De Haagse Hogeschool met subsidie van de gemeente Den Haag een onderzoek uitgevoerd. In het onderzoek stonden twee vragen centraal: • Door wie, hoe vaak en voor welke doeleinden worden de fitplaatsen in Den Haag gebruikt? • Wat zijn belangrijke randvoorwaarden en succesfactoren voor het gebruik van fitplaatsen? Op basis van de onderzoeksresultaten zijn aanbevelingen geformuleerd ter optimalisatie van bestaande fitplaatsen en is een stappenplan opgesteld met aandachtspunten voor nog te realiseren fitplaatsen. Aanpak In het voorjaar van 2014 zijn zeven Haagse fitplaatsen beoordeeld aan de hand van een checklist. Hierbij is o.a. gekeken naar het aantal en soort fitnesstoestellen, staat van onderhoud, verlichting, toegankelijkheid, overige faciliteiten, beschutting etc. Het ging om de volgende fitplaatsen: • De Speelweide in het Zuiderpark; • Strand van Scheveningen bij strandpaviljoen Hart Beach; • Het Ketelplein in Laak; • Diamanthorst in Mariahoeve; • Escamplaan bij korfbalvereniging Ready; • Fitplaats 55plus Vlielandsestraat in Duindorp; • Bosjes van Zanen in Benoordenhout. Het gebruik van de fitplaatsen is vervolgens op drie doordeweekse dagen en een weekenddag systematisch in kaart gebracht met behulp van de SOPARC methode (System for Observing Play and Recreation in Communities). Hierbij is in de ochtend, middag en avond een uur lang iedere vijf minuten het volgende genoteerd: aantal gebruikers, leeftijdscategorie, geslacht, etniciteit, type activiteit en intensiteit niveau van de activiteiten. In totaal hebben er 1008 (4x3x12x7) observaties plaatsgevonden. Door middel van surveyonderzoek onder 37 gebruikers en 86 niet-gebruikers van de fitplaatsen is aanvullende informatie verkregen over o.a. beweegredenen, gebruikersfrequentie, algehele mate van lichamelijke activiteit, tevredenheid over de fitplaatsen en verbeterpunten van de fitplaatsen. Tot slot hebben ook gesprekken en interviews plaatsgevonden met gebruikers, niet-gebruikers, experts en potentiële samenwerkingspartners om randvoorwaarden en succesfactoren voor het gebruik van fitplaatsen in kaart te brengen. Zo hebben er interviews plaatsgevonden met de Gelderse Sportfederatie, een (speel)toestellen leverancier (Yalp), de gemeente Den Haag, de Health Club in Den Haag en een buurtsportcoach werkzaam voor verschillende afdelingen van de gemeente Den Haag. Resultaten Fitplaats Zuiderpark is de meest succesvolle locatie van de onderzochte fitplaatsen in Den Haag. Op alle observatiemomenten was hier een aanzienlijke groep mensen actief (gemiddeld 14 per uur). Op twee andere fitplaatsen (Strand en Ketelplein) zijn af en toe actieve mensen geobserveerd, maar op de overige fitplaatsen was per uur gemiddeld minder dan 1 persoon aanwezig. Er waren hierbij nauwelijks verschillen tussen de ochtend, middag en avond. Het aantal mannelijke en vrouwelijke gebruikers was ongeveer gelijk. Het percentage volwassenen (21-55 jaar) was het hoogst (47%), gevolgd door kinderen tot 12 jaar (30%), ouderen (13%) en jongeren (10%). Het percentage gebruikers van niet-Westerse afkomst was bijna vier keer hoger dan het percentage autochtone gebruikers (78% versus 22%). De meest voorkomende beweegredenen om gebruik te maken van de fitplaatsen waren het verbeteren van gezondheid, kracht en conditie. Andere opvallende resultaten uit de enquêtes zijn: • 88% vindt de fitplaats een aanwinst voor de buurt; • 66% geeft aan veel bekenden te ontmoeten op de fitplaats; • 53% heeft nieuwe contacten opgedaan door de aanleg van de fitplaats; • 34% geeft aan meer te sporten door de aanleg van de fitplaats; • 25% sport nu op de fitplaats in plaats van het doen van een andere sportieve activiteit; • 22% vraagt andere gebruikers wel eens om plaats te maken om zelf te kunnen bewegen op de fitplaats; • 0% ondervindt meer overlast sinds de aanleg van de fitplaats. Goede bereikbaarheid, goed onderhoud, een flexibel rooster, gratis kunnen sporten, afvalbakken en bankjes vinden gebruikers erg belangrijk. Suggesties ter verbetering die gebruikers hebben gegeven, zijn: meer variatie in het aanbod van fitnesstoestellen, zwaardere toestellen, beter onderhoud, minder afval, snellere afhandeling van mankementen, sportlessen, duidelijke regels, instructieborden met oefeningen voor beginners en gevorderden en een website met aanvullende informatie. Daarnaast gaven ouderen specifiek aan behoefte te hebben aan begeleiding. Niet-gebruikers gaven aan het (te) druk te hebben, het te ver te vinden en het raar te vinden om buiten te sporten. Opvallend was ook het hoge percentage respondenten (36%) dat geen enkele fitplaats in Den Haag kende. Conclusies en aanbevelingen Het merendeel van de Haagse fitplaatsen wordt momenteel niet optimaal gebruikt. Fitplaats Zuiderpark is wel een succes. Op alle observatiemomenten was hier een aanzienlijke groep mensen actief. Het minimale gebruik van de overige fitplaatsen kan onder andere worden verklaard doordat inwoners niet van het bestaan van deze fitplaatsen afweten. Promotie is dus een belangrijke factor waarop ingespeeld zal moeten worden door o.a. informatie in wijkkrantjes en op de website van de gemeente, voorlichtingsavonden, kennismakingsbijeenkomsten en structurele groepslessen op de fitplaats. Verder spelen ligging (met name zichtbaarheid) en sfeer een grote rol. Als de fitplaats niet direct zichtbaar is vanaf de openbare weg wordt aangeraden om borden te plaatsen in de omgeving van de fitplaatsen die mensen wijzen op de ligging. Het is tevens van belang de fitplaats goed te onderhouden, mankementen snel te verhelpen en er voor te zorgen dat er geen afval rondslingert op de fitplaats. Daarnaast geven resultaten aan dat als er eenmaal gebruikers aanwezig zijn, dit een stimulerende werking kan hebben. Het is daarom van belang om, o.a. via samenwerkingen met omliggende instanties en professionals er voor te zorgen dat de fitplaatsen in beeld komen en blijven. Hierbij kan gedacht worden aan wooncentra voor ouderen, buurthuizen en scholen, maar ook aan professionals als fysiotherapeuten, buurtsportcoaches, combinatie-functionarissen en begeleiding die kan worden geboden vanuit de leveranciers van de toestellen. Deze begeleiding is met name van belang om de doelgroep ouderen naar de fitplaatsen te krijgen en te houden. Belangrijke randvoorwaarden voor een succesvolle fitplaats zijn: • Bekendheid; • Zichtbaarheid; • Goede bereikbaarheid en toegankelijkheid; • Goed onderhoud. Succesfactoren van de meest gebruikte fitplaatsen zijn daarnaast: • Promotie; • Begeleiding; • Combinatie van sporten en ontmoeten; • Variatie. De randvoorwaarden en succesfactoren die uit het onderzoek naar voren zijn gekomen, zijn verwerkt in een stappenplan met 6 stappen die van belang zijn bij het aanleggen van een fitplaats en 4 stappen die van belang zijn voor het bevorderen van het gebruik van een fitplaats. Stappenplan succesvolle fitplaats 1. Definieer de visie en ambities en leidt daar het doel vanaf. 2. Bepaal de primaire doelgroep. 3. Selecteer de optimale locatie. 4. Creëer helderheid over beschikbaar budget voor participatie, ontwerp, inrichting, onderhoud en promotie. 5. Voer een netwerkanalyse en behoeftepeiling uit. 6. Bepaal samen met de gebruikers en samenwerkingspartners de optimale inrichting. 7. Bepaal hoe het gebruik kan worden gestimuleerd. 8. Creëer eigenaarschap en investeer in een netwerk van samenwerkingspartners. 9. Schep randvoorwaarden voor de sociale veiligheid. 10. Maak een onderhouds- en beheerplan.
De gemeente Rotterdam heeft het lectoraat Publiek Vertrouwen in Veiligheid van Hogeschool Inholland gevraagd onderzoek te doen naar de veiligheidsbeleving in Beverwaard en de factoren die daarop van invloed zijn. Uit het onderzoek komt naar voren dat geweld een centrale rol speelt in de veiligheidsbeleving van Beverwaarders. Jongeren en ouders maken zich vooral zorgen over messengeweld door jeugdgroepen. Een steekincident in 2021, waarbij een 15-jarige jongere om het leven kwam, is van grote invloed geweest op de veiligheidsbeleving. De impact kan echter niet los worden gezien van de context waarbinnen dit incident zich voordeed. Geconcludeerd wordt dat geweld een belangrijke rol speelt in de geschiedenis van Beverwaard en zich heeft genesteld in het collectieve geheugen van de wijk. Richtingen voor de toekomst liggen onder andere in een integrale aanpak van geweldscriminaliteit en zichtbaarheid van de politie in de haarvaten van de wijk. Verder wordt nadrukkelijk geadviseerd om de bewoners zelf en de sterke sociale cohesie als startpunt te nemen van alle te ondernemen acties en de kracht van Beverwaard zichtbaar te maken en verder te versterken.