Service of SURF
© 2025 SURF
Sinds 2011 kunnen kerken zich aanmelden bij de GroeneKerken, een initiatief van Tearfund, Kerk in Actie en inmiddels ook Maatschappij van Welstand. Een kerk laat daarmee zien dat het ernst wil maken met de verduurzaming van de geloofsgemeenschap. Na een gestage groei van het aantal deelnemende kerken in de afgelopen jaren nam in 2020 de stijging sterker toe. De groei bevestigt het beeld dat milieu en klimaat voor steeds meer gemeenten belangrijke onderwerpen zijn. Van de gemeenten die zich geen groene kerk noemen is nog maar weinig bekend hoe zij met duurzaamheid omgaan. Om hier meer zicht op te krijgen zijn de Radboud Universiteit en de Christelijke Hogeschool Ede een gezamenlijk onderzoeksproject gestart. Door middel van een enquête willen zij zichtbaar maken wat er momenteel in Nederlandse kerken op het terrein van groen gebeurt. Doel van dit onderzoek is goede ervaringen en inspirerende voorbeelden toegankelijk te maken, zodat kerken elkaar kunnen helpen een perspectiefvol antwoord te geven op de huidige klimaatcrisis. Het eerste deel van dit project onder katholieke parochies is inmiddels uitgevoerd en in december 2019 afgerond. Het tweede deel met dezelfde vragenlijst vond plaats onder protestantse kerken en werd uitgevoerd in het vroege voorjaar van 2020. De resultaten daarvan worden in dit rapport gepresenteerd.
In onze samenleving zou niemand zich eenzaam of buitengesloten mogen voelen. Toch blijkt dit binnen de Nederlandse samenleving niet voor iedereen te gelden. Uit diverse onderzoeken blijkt hoe groot de impact van eenzaamheid is. Iedereen ervaart wel eens een gevoel van eenzaamheid, maar de impact van langdurige eenzaamheid door het gemis van diepgaande contacten is enorm. Dit kwalitatieve onderzoek gaat nader in op hoe eenzaamheid binnen de gemeente Woerden wordt ervaren. Woerden werd in het verleden als meest gemiddelde gemeente van Nederland gezien en blijkt ook op dit gebied niet enorm af te wijken van de landelijke bevindingen. Ook in Woerden ervaren veel mensen gevoelens van eenzaamheid en gebrek aan zingeving. Hoewel binnen de gemeente Woerden vele enthousiaste, kundige professionals en vrijwilligers binnen een grote verscheidenheid aan welzijnsorganisaties en kerkgemeenschappen hard werken om eenzaamheid terug te dringen of te voorkomen, zijn er volgens de onderzoekers nog stappen te zetten. Met name een zorgvuldige verwijzing en vindbaarheid van de diverse organisaties zou kunnen voorkomen dat inwoners door de bomen het bos niet meer kunnen vinden of hulp krijgen die geen recht doet aan hun persoonlijkheid en interessegebieden. Een praktische verwijskaart helpt zowel professionals, vrijwilligers als de inwoners op weg om voor iedere zorgvraag passende ondersteuning te vinden. Daarnaast kunnen ook inwoners zelf helpen bij het terugdringen van eenzaamheid door meer oog te hebben voor mensen die mogelijk kampen met gevoelens van eenzaamheid of zingeving binnen hun woonomgeving of kerkgemeenschap. Het gesprek aangaan en een oprecht luisterend oor bieden maakt al dat iemand zich gezien en gehoord voelt en weer mee gaat tellen. De onderzoekers hopen dat de aanbevelingen uit dit rapport het welzijn van de inwoners helpen te verbeteren en een bijdrage leveren aan een gezonde samenleving waarin iedereen meetelt en wordt gezien.
MULTIFILE
Vrijwilligers zijn onmisbaar bij het in leven houden van de bijna 100 monumentale kerken die eigendom zijn van de Stichting Oude Groninger Kerken (SOGK). Het is dus belangrijk om te luisteren naar de ideeën en meningen van deze vrijwilligers, naast de opvattingen van experts. Hoe denken vrijwilligers over zulke energiebesparende maatregelen? Welke cultuurhistorische waarden vinden zij het belangrijkst? In hoeverre worden deze waarden naar hun mening aangetast door energiemaatregelen? In ons onderzoek zijn vier lokale commissies van vier SOGK-kerken in Groningen benaderd. Uit het onderzoek bleek dat vrijwilligers sterk gekant waren tegen energiemaatregelen die het aanzien van de kerk sterk zouden veranderen, zoals isolatie. Ook dubbel glas kon niet op de goedkeuring van vrijwilligers rekenen. Vloerverwarming werd gezien als de beste optie, dit verandert het aanzien van de kerk niet en bovendien zijn in de onderzochte kerken de vloeren niet meer origineel. De mening over zonnepanelen op het dak van de kerk was erg verschillend, van grote weerstand tot ‘geen probleem’
LINK
Bij de ontwikkeling van kinderen speelt de omgeving waarin zij opgroeien en de wijze waarop zij zich verbonden voelen met hun buurt een belangrijke rol (Owens, 2004; 2016). Om als basisschool goed bij te kunnen dragen aan de ontwikkeling van kinderen is het van belang dat scholen de omgeving en de buurt waarin hun leerlingen opgroeien kennen en kunnen benutten voor hun onderwijs. In het bijzonder gaat het daarbij om de betekenis die deze omgeving voor hun leerlingen heeft. Voor basisscholen in wijken met een grote diversiteit aan inwoners kan de betekenis van eenzelfde omgeving voor verschillende leerlingen ook zeer verschillend zijn. Naar de wijze waarop kinderen zich verbonden voelen met de fysieke en sociale ruimte is nog weinig onderzoek gedaan (Tani, 2016). Naast inzicht in de bestaande verbinding van kinderen met hun omgeving is het voor het onderwijs belangrijk om inzicht te verkrijgen in de wijze waarop kinderen in staat kunnen worden gesteld om zich te binden aan een plek en om deze plek te benutten bij hun ontwikkeling. De capability approach (Nussbaum, 2014) en een perspectief op de veerkracht van kinderen (Enthoven, 2007) bieden een kader om naar dit vraagstuk te kijken. Het onderzoek richt zich op wat het primair onderwijs kan doen om de aan de omgeving gerelateerde vermogens van kinderen te ontwikkelen. Onderwijs waarin de leefomgeving van kinderen wordt betrokken of waarin de leefomgeving op enige wijze een rol speelt kan hiertoe een middel zijn. Dit vanuit de notie dat door het ontwikkelen van een ‘sense of place’ (Dolan, 2016) de kennis, persoonlijke verbondenheid en verantwoordelijkheid voor de lokale omgeving versterkt kunnen worden. Het onderzoek zal na een verkennende fase een ontwerpgericht karakter krijgen, waarbij op onderzoeksmatige wijze materiaal wordt ontwikkeld dat bruikbaar is op basisscholen en lerarenopleidingen basisonderwijs.