Service of SURF
© 2025 SURF
Hogeschool KPZ experimenteert al enige jaren met de inzet van schurende en naburige teksten (Jongstra & Van den Ende, 2021). Het gaat om een domeinoverstijgende methodiek; er wordt integraal gewerkt aan meerdere doelen zoals het versterken van leesmotivatie, mondelinge taalvaardigheid, leesvaardigheid en kennisvergroting in vakgebieden. De teksten vullen elkaar op inhoud aan, spreken elkaar enigszins tegen of kennen andere perspectieven. De teksten zijn fragmenten die uit rijke jeugdliteratuur komen. Deze literatuur wordt door de leraar gepromoot waardoor leerlingen verder kunnen lezen bij stillees momenten. Belangrijke onderdelen van de methodiek zijn het samenwerkend leren en de interactie over de tekst. Leerlingen werken in groepen en iedere leerling is verantwoordelijk voor het ontsluiten van zijn eigen tekst, maar de leerlingen hebben elkaar nodig om tot dieper begrip te komen door met elkaar in gesprek te gaan over de gelezen teksten.
Een belangrijke taak van de leraar is het ophalen van voorkennis, het verbinden van nieuwe kennis aan die voorkennis en het leggen van verbanden tussen al deze kennis. In dit artikel worden een aantal voorbeelden gegeven van de manier waarop je daarmee als leraar in de klas aan de slag kunt gaan. Rob Verra, leraar van groep 6 van basisschool de Floreant (Stichting Aves) in Luttelgeest is samen met KPZ-docent Christie Sluiter aan de slag gegaan met een kennismuur over het thema uitvinders.
In menige basisschoolklas zitten leerlingen met verschillende culturele achtergronden, leerlingen die thuis verschillende gewoonten en tradities kennen en/of andere talen spreken. Leerkrachten kunnen hun onderwijs verrijken als ze gebruik maken van de diversiteit aan (familie)culturen, (taal)achtergronden, ervaringen en kennis van leerlingen. Hiervoor is kennis over de culturele achtergrond van leerlingen van belang. Het is echter niet duidelijk wat precies wordt verstaan onder culturele kennis. Meer inzicht in het begrip culturele kennis kan leerkrachten helpen om hun cultureel responsief lesgeven te verrijken.Daarom is een scoping review uitgevoerd om het begrip culturele kennis te identificeren, structureren en concretiseren. Er is gezocht in vijf databanken. In totaal werden 1399 artikelen beoordeeld aan de hand van inclusiecriteria. In totaal zijn er 33 artikelen opgenomen in de review.In deze artikelen zijn vijftien domeinen van culturele kennis gevonden. Gevonden domeinen zijn bijvoorbeeld hobby’s, de plek waar leerlingen wonen en de sociaal economische status van de buurt. Ons verkregen inzicht in domeinen van culturele kennis kan leerkrachten helpen om zich in de culturele achtergrond van leerlingen te verdiepen. In een volgende fase willen we verder denken over de manier waarop die kennis in de klas kan worden gebruikt.
Om fit en veilig ouder te worden is het belangrijk voor ouderen om vallen te voorkomen. Er bestaan effectieve, wijkgerichte valpreventie-interventies, maar de implementatie ervan stokt. Hoe zorgen we ervoor dat deze interventies succesvol geïmplementeerd kunnen worden in de wijk? En welke kennis en expertise kunnen wij als onderzoekers opdoen op dit vlak?Doel Vanuit ZonMw is een landelijk Implementatienetwerk Sport & Bewegen opgezet, waar onderzoekers worden opgeleid tot implementatiedeskundigen. Meike van Scherpenseel neemt deel aan dit netwerk en zal opgedane ervaring en kennis opdoen en delen binnen het valpreventie-project (FRIEND) en het onderwijs. Resultaten We verwachten: - kennisvergroting van implementatieonderzoek (opzet, uitvoering, evaluatie); - meer inbedding van het thema ‘implementatie’ in zowel bachelor- als masteropleidingen binnen de HU, in eerste instantie in het Instituut voor Bewegingsstudies (IBS). Looptijd 01 september 2021 - 01 maart 2024 Aanpak Vanuit het Implementatienetwerk zijn er maandelijkse bijeenkomsten. De opgedane kennis wordt breed gedeeld, zowel binnen het valpreventie-project (FRIEND), als binnen verschillende lectoraten van het Kenniscentrum Gezond en Duurzaam Leven en met verschillende opleidingen binnen het IBS.
Om fit en veilig ouder te worden is het belangrijk voor ouderen om vallen te voorkomen. Er bestaan effectieve, wijkgerichte valpreventie-interventies, maar de implementatie ervan stokt. Hoe zorgen we ervoor dat deze interventies succesvol geïmplementeerd kunnen worden in de wijk? En welke kennis en expertise kunnen wij als onderzoekers opdoen op dit vlak?Doel Vanuit ZonMw is een landelijk Implementatienetwerk Sport & Bewegen opgezet, waar onderzoekers worden opgeleid tot implementatiedeskundigen. Meike van Scherpenseel neemt deel aan dit netwerk en zal opgedane ervaring en kennis opdoen en delen binnen het valpreventie-project (FRIEND) en het onderwijs. Resultaten We verwachten: - kennisvergroting van implementatieonderzoek (opzet, uitvoering, evaluatie); - meer inbedding van het thema ‘implementatie’ in zowel bachelor- als masteropleidingen binnen de HU, in eerste instantie in het Instituut voor Bewegingsstudies (IBS). Looptijd 01 september 2021 - 01 maart 2024 Aanpak Vanuit het Implementatienetwerk zijn er maandelijkse bijeenkomsten. De opgedane kennis wordt breed gedeeld, zowel binnen het valpreventie-project (FRIEND), als binnen verschillende lectoraten van het Kenniscentrum Gezond en Duurzaam Leven en met verschillende opleidingen binnen het IBS.
Inleiding ROS, oftewel het Robot Operating System1, is een open source platform waarmee uit modulaire software (en de daarbij behorende hardware) bouwblokken snel een robot kan configureren. ROS wordt op grote schaal gebruikt in wetenschappelijk onderzoek naar robotica, maar de ROS industrial voor industriële toepassingen wordt door het MKB veel minder gebruikt, terwijl het hen juist kosteneffectief en hardware (oa robotarm) leverancier onafhankelijker maakt. Vraagsturing & Netwerkvorming Het lectoraat Mechatronica heeft met ROS diverse robot-platformen diverse en uiteenlopende functionaliteiten ontwikkeld. Tijdens diverse demonstraties en labbezoeken o.a. tijdens Space53 ‘unmannd systems’ bijeenkomsten, LEO robotics conferentie 21-april-2016 is ROS als software architectuur ter sprake gekomen, ook voor de industriële toepassingen.: “wat is ROS en wat kan het voor mijn bedrijf betekenen?” Projectdoelstelling De doelstelling van het project t-ROS is dan ook: “Onderzoek de mogelijkheden voor en de vragen rondom Robot Operating Software (ROS) voor toepassingen in de Smart Industry robotisering uitdagingen”. De hoofddoelstelling wordt binnen het project beantwoordt door de deliverables uit de volgende subdoelstellingen: 1. Kennis rondom state-of-the-art vergroten over ROS industrial 2. Awareness vergroten bij regionale MKB over mogelijkheden ROS voor industriële toepassing 3. Behoefte inventarisatie bij MKB over gezamenlijke kennisvergroting over ROS industrial 4. Schrijven van een eventueel (RAAK MKB) projectvoorstel. Bijdrage aan innovatie binnen de topsector SMART Industry Met dit en eventuele vervolgprojecten wordt beoogd de (bekendheid van de) kennispositie van de hogeschool op ROS industrial te vergroten. De op te pakken praktijkvragen sluiten direct aan bij de robotiseringsuitdagingen. Er wordt beoogd de producten (oa productiemachines en robots) efficiënter en kosteneffectiever te ontwikkelen. Activiteitenplan & Projectorganisatie Het project wordt met name uitgevoerd door de lector Mechatronica Dr. Ir. D.A.Bekke en de associate lector cyber-physical systems Wilco Boonestro en de bedrijven ESPS en RIWO en beslaat 4 fases overeenkomend met de bovengenoemde subdoelstellingen.