Service of SURF
© 2025 SURF
Het project Wireless Sensor Technologie bij Calamiteiten is een samenwerkingsverband tussen Saxion, Thales Nederland (de dochterondernemingen D-CIS Lab en Iseti), Ambient Systems, Ti-WMC, het beveiligingsbedrijf Vigilat, het Regionaal Centrum Criminaliteitspreventie en Veiligheidsregio’s Twente, Noord en Oost Gelderland, Gelderland Midden en Zuid. Dit project wordt ondersteund door de Stichting Innovatie Alliantie (SIA) vanuit het RAAK MKB fonds. Binnen het werkpakket Proximity wordt onderzoek gedaan naar de stand van zaken van indoorlokalisatie. De motivatie voor dit deelproject komt voort uit het streven het risico voor de hulpverlener in actie te verminderen. Elke dag wagen brandweermannen hun leven bij het blussen van branden en het redden van mensen uit brandende gebouwen. Hierbij wil het wel eens gebeuren dat een brandweerman in problemen komt door de gevaarlijke en onoverzichtelijke situatie, de weg kwijtraakt of het contact verliest met zijn collega’s. Op zulke momenten is het moeilijk voor deze brandweerman om zijn collega’s te vinden en andersom is het moeilijk voor zijn collega’s om hem te vinden. Dit resulteert soms in de dood van een of meer brandweermannen. Daarom zal onderzocht worden welke rol technologie kan spelen om de veiligheid van een brandweermannen te verhogen bij de uitvoering van hun taak en wel voornamelijk door het realtime bepalen van zijn locatie en positie in een brandend gebouw. Allereerst zal het probleem behandeld worden, daarna wordt onderzocht welke technieken en technologie er beschikbaar zijn. Deze zullen gewaardeerd worden op basis van de praktijkcriteria: betrouwbaarheid, snelle operationele inzetbaarheid, nauwkeurigheid en kosten. Aan de hand daarvan wordt een onderzoeksvraag geformuleerd. Op basis van geschiktheid van de oplossingsrichtingen zal in het vervolg een prototype ontworpen en gebouwd worden.
MULTIFILE
Posterpresentatie ORD 2014 Deze studie is onderdeel van het promotieonderzoek aan de Universiteit Utrecht onder de naam "Grip krijgen op moreel auteurschap van beginnende leraren in het primair onderwijs". De metafoor “moreel auteurschap” wordt gebruikt om vanuit een narratief perspectief het intentioneel moreel leren door de beginnende leraar te kunnen beschrijven en te kunnen onderzoeken. Deze deelstudie is een verkennende studie naar de morele oriëntatie van de beginnende leraar in het primair onderwijs.
De Nederlandse samenleving is multicultureel met burgers, die afkomstig zijn uit meerdere werelddelen. In Deze openbare les zullen wij grondig naar hun onderlinge omgangsvormen kijken. Meer specifiek ga ik zowel in op de vraag of men elkaar als medeburger accepteert als op de vraag hoe wit en zwart tegen elkaar aankijken. Ik maak duidelijk dat diverse blokkades die de onderlinge omgang belemmeren, niet herkend of onderkend worden. Mijn vertrekpunt is dat te verbeteren. Multiculturele competentie vraagt dan wel een visie waarin niet alleen burgers, maar ook etnische groepen gelijkwaardig zijn. Met behulp van zo’n visie kan gezocht worden naar de juiste toon in het multiculturele debat en naar de juiste aanpak van multiculturele vraagstukken. Multiculturele competentie kan dan relaties versoepelen en onderlinge goodwill bevorderen, waardoor de kans op succesvol of resultaatgericht handelen groter wordt. Dit is van groot belang voor de werkvelden waarvoor Hogeschool De Horst haar professionals opleidt. Vanuit dit gezichtspunt wil het lectoraat ‘Diversiteit en de multiculturele competentie’ educatieve activiteiten ontwikkelen om multiculturele competentie te bevorderen. Dit doen wij niet door in leersituaties hapklare brokken te serveren of standaardrecepten aan te reiken, maar wel door vanuit onze visie, in dialoog met deelnemers, te zoeken naar aanknopingspunten en richtlijnen voor multiculturele competentie. Bij competentie spelen altijd de concrete situatie, kennis-, vaardigheden- en houdingsdimensies een rol (Cluitmans, 2002).