Service of SURF
© 2025 SURF
Recent studies show that students increasingly suffer from psychological complaints, including a high degree of (study) stress. If stress persists for a long time, it can have negative consequences for your health and can lead to a burnout, for example. A possible buffer against stress and a positive counterpart of a burnout is engagement. This infographic contains the most important results of a study into stress among students.
Jongerenwerk is een voorziening in de pedagogische basisinfrastructuur. Jongerenwerkers focussen zich op de begeleiding van jongeren in de leeftijd van 10–23 jaar die steun nodig hebben bij het volwassen worden. Deze infographic geeft het jongerenwerk overzichtelijk weer.
MULTIFILE
In Overvecht zijn door de uitstroom uit opvang- en zorginstellingen steeds meer mensen komen wonen die begeleiding en ondersteuning nodig hebben. Dat heeft gevolgen voor de sociale samenhang in deze wijk waar al bovengemiddeld veel sociale problemen spelen. In de Ontwikkelwerkplaats Goede Buren Overvecht hebben we onderzocht hoe goed burencontact bevorderd kan worden.Doel Het project had tot doel kennis te ontwikkelen en te delen rond een aantal experimentele projecten die erop zijn gericht burencontact te versterken. Het gaat hier in het bijzonder om contacten tussen mensen met en zonder een vorm van ondersteuning. Aanpak Combinatie van uitwisselings- en leerbijeenkomsten én onderzoek: onderzoek voedt de bijeenkomsten (en vice versa) Deelname van bewoners, beroepskrachten werkzaam in de wijk, studenten en onderzoekers Gedeeld eigenaarschap: samen leren van en met elkaar Kortom: in de ontwikkelwerkplaats draaide het om ontmoeten en verbeteren van sociale investeringen en praktijken. Experimentele projecten In de ontwikkelwerkplaats stonden onder andere centraal: Nieuwe Buren & integrale aanpak Vulcanusdreef Sociaal Renoveren Flatcoach De rol van professionals bij bevorderen burencontact Versterking samenwerking professionals Resultaten Het project heeft verschillende inzichten opgeleverd. Wij delen ze op deze pagina via een infographic, verschillende video's en artikelen én producten die gedeeld zijn op het slotsymposium. Film Burencontact op de Vulcanusdreef Sinds 2018 hebben alle betrokken organisaties, op initiatief van woningcorporatie Woonin, hard gewerkt om de leefbaarheid op de Vulcanusdreef te verbeteren. Een belangrijk onderdeel van de aanpak was de instroom van zogenaamde Nieuwe Buren, jonge huurders die een actieve bijdrage leveren aan het versterken van burencontact in de flat. Een van deze jongeren heeft als afronding van zijn HBO opleiding Social Work onderzoek gedaan naar de aanpak die is gehanteerd op de Vulcanusdreef. De video hieronder geeft een impressie van de aanpak en resultaten. Het belang van burencontact in Overvecht Dit filmpje is gemaakt door en met buurtbewoners van Overvecht in samenwerking met 4e jaars studenten Social Work van de HU. Deze studenten deden mee in de Ontwikkelwerkplaats Goede Buren Overvecht. Zij gingen in de wijk op zoek naar wat buurtbewoners verstaan onder prettig burencontact. Buurtbewoner Hassan maakt filmpjes terwijl hij met buurtbewoners praat. Looptijd 01 januari 2020 - 31 december 2025 Artikelen over goede buren Relevantie/impact Het project draagt bij aan het versterken van de kennis en vaardigheden van professionals gericht op het werken aan inclusieve buurten. Jaarlijks werken studenten Social Work en de master Community Development mee aan het project. Downloads en links Cofinanciering De Ontwikkelwerkplaats Goede Buren wordt mogelijk gemaakt door de Gemeente Utrecht, het Agis-zorginnovatiefonds, het Oranjefonds en een bijdrage van alle deelnemende organisaties.
Dit project richt zich op mkb-ondernemers die deelnemen aan een ondernemerscollectief in een binnenstedelijk winkelgebied en zichzelf geconfronteerd zien met een forse omzetverschuiving van offline winkelen naar online winkelen. Om tijdig en op de juiste wijze te reageren op het veranderend koopgedrag van consumenten, willen mkb-ondernemers laten onderzoeken hoe op internettechnologie gebaseerde marketing- en verkoopacties door ondernemerscollectieven kunnen bijdragen aan meer omzet voor henzelf én aan het vergroten van de consumententrekkracht en verblijfswaarde van hun winkelgebied. Het consortium wordt gevormd door de Hogeschool van Amsterdam, Universiteit Utrecht, Het Platform De Nieuwe Winkelstraat (DNWS), Stad&Co, Q&A Research & Consultancy, een mkb-ondernemer en het collectief Arnhem Winkelstad. Deelnemers zijn collectieven uit Amsterdam (drie collectieven), Arnhem, Eindhoven, Roosendaal, Wageningen en Zevenaar en per collectief telkens één of twee mkb-ondernemers. De centrale onderzoeksvraag van dit project luidt: ?Hoe kunnen ondernemerscollectieven in binnenstedelijke winkelgebieden op basis van internettechnologieën hun business model versterken waardoor de deelnemende individuele mkb-ondernemers meer omzet kunnen genereren?? Om deze vraag te kunnen beantwoorden, zijn vier deelvragen met samenhangende werkpakketten geformuleerd die door de consortiumpartners op basis van praktijkgericht onderzoek worden uitgevoerd. De nieuwe kennis die met dit project wordt gegenereerd over de opzet, inrichting en werking van collectieven in binnenstedelijke winkelgebieden en hun op internettechnologie gebaseerde interventies, is van groot belang voor de overlevingskansen van winkeliers in heel Nederland. De resultaten van de interventies die in dit project worden ontwikkeld, geïmplementeerd en getest, kunnen - na validatie - door andere collectieven worden overgenomen en ingebed in hun eigen winkelgebied. Naast state-of-the-art kennis over consumer insights, de werking van business modellen van collectieven en de effectiviteit van hun interventies, is het meest belangrijke eindproduct van het project een handboek voor ondernemerscollectieven met een concreet Plan van Aanpak voorzien van praktische tips en adviezen over hoe collectieven de verschillende onderdelen van hun business model kunnen optimaliseren. Kennisplatform De Nieuwe Winkelstraat en Stad&Co zorgen er voor dat dit handboek onder de aandacht van de collectieven komt.
De Top-up sluit aan op het onderzoeksproject ‘Verpleegkundig specialist-ggz als regiebehandelaar’ (RAAK.PUB04.044). Verpleegkundig specialisten (VS’en) zijn hbo-master-opgeleide professionals die acteren op het hoogste beheersingsniveau binnen de verpleegkunde (NLQF 7). Sinds januari 2017 mogen VS-ggz, net als psychiaters en GZ-psychologen regiebehandelaar zijn. Dit betekent dat zij de integrale verantwoordelijkheid mogen dragen over het zorgproces van een cliënt. Deze nieuwe rol is bekrachtigd in het Model Kwaliteitsstatuut, dat door elke ggz-instelling vertaald is naar een uniek kwaliteitsstatuut, passend bij de ggz-instelling. Het kwaliteitsstatuut is een globale beschrijving die veel ruimte geeft aan de invulling van de functie door VS-ggz en het team waarin zij participeren. In het onderzoeksproject is met diverse onderzoeksmethoden in kaart gebracht hoe de rol van regiebehandelaar door VS-ggz wordt ingevuld, onder ander middels multiple casestudies. Het resultaat is een handreiking voor VS-ggz om hen te ondersteunen bij het invullen en optimaliseren van de rol als regiebehandelaar binnen het multidisciplinaire team. Deze handreiking bestaat uit reflectievragen, aangevuld met theoretische, wetenschappelijke en praktische achtergronden. Onder andere wordt verwezen naar de zes cases (praktijkvoorbeelden), waarin per case beschreven staat hoe de VS-ggz invulling geeft aan het regiebehandelaarschap in zijn of haar specifieke werksetting. Deze cases zijn beschrijvingen van ongeveer vijf pagina’s tekst. Met de Top-up subsidie zijn we voornemens om de handreiking door te ontwikkelen en verder te verrijken met: 1. korte filmpjes (circa 10 minuten) waarin een VS-ggz in de rol van regiebehandelaar vertelt over hoe hij of zij succesvol invulling geeft aan de rol van regiebehandelaar. De filmpjes kunnen gebruikt worden voor intervisie onder VS-ggz in ggz-instellingen of in het onderwijs (MANP). 2. een infographic waarin beeldend zichtbaar wordt gemaakt hoe de rol van regiebehandelaar kan worden ingevuld. De VS-ggz kunnen deze gebruiken om kort en bondig informatie te geven aan (regie)behandelaren en beleidsmakers over hun functie.