In Achter het nepnieuws neemt de journalist en informatieprofessional Vincent Janssen je mee op een zoektocht naar de algoritmes, echokamers en complottheorieën die worden gezien als de basis voor verschillende soorten desinformatie. Die ontdekkingsreis leidt tot soms verrassende conclusies en aanbevelingen. Deze bundel bevat zes afzonderlijke bijdragen van Janssen, die oorspronkelijk zijn gepubliceerd in IP, vakblad voor informatieprofessionals. Ze zijn geselecteerd door Jos van Helvoort voor het mini-symposium Nepnieuws en het hoger onderwijs. Uitgegeven ter gelegenheid van het mini-symposium Nepnieuws en het hoger onderwijs op donderdag 30 juni 2022. Met een voorwoord van Jos van Helvoort.
In Achter het nepnieuws neemt de journalist en informatieprofessional Vincent Janssen je mee op een zoektocht naar de algoritmes, echokamers en complottheorieën die worden gezien als de basis voor verschillende soorten desinformatie. Die ontdekkingsreis leidt tot soms verrassende conclusies en aanbevelingen. Deze bundel bevat zes afzonderlijke bijdragen van Janssen, die oorspronkelijk zijn gepubliceerd in IP, vakblad voor informatieprofessionals. Ze zijn geselecteerd door Jos van Helvoort voor het mini-symposium Nepnieuws en het hoger onderwijs. Uitgegeven ter gelegenheid van het mini-symposium Nepnieuws en het hoger onderwijs op donderdag 30 juni 2022. Met een voorwoord van Jos van Helvoort.
Drie op de vier Nederlanders vinden dat investeren in natuur een onderdeel moetvormen bij de herstelplannen na de coronacrisis. Dat blijkt uit onderzoek dat het bureau Motivaction in opdracht van Vogelbescherming Nederland heeft uitgevoerd. Uit het onderzoek blijkt ook dat 62 procent van de Nederlanders de lockdownperiode beter is doorgekomen omdat het de kans gaf even te "ontsnappen" in de natuur.
MULTIFILE
Aanleiding: De belangstelling voor gezonde en veilige voeding is groot. Bij de gezondheidseffecten van voeding spelen de darmen een cruciale rol. Verschillende soorten bedrijven hebben behoefte aan natuurgetrouwe testmodellen om de effecten van voeding op de darmen te bestuderen. Ze zijn vooral op zoek naar modellen waarvan de uitkomsten direct vertaalbaar zijn naar het doelorganisme (de mens of bijvoorbeeld het varken) en die niet gebruikmaken van kostbare en maatschappelijke beladen dierproeven. Doelstelling Het project 2-REAL-GUTS heeft als doel om twee innovatieve dierproefvrije darmmodellen geschikt te maken voor onderzoek naar voedingsconcepten en -ingrediënten. De twee darmmodellen die worden toegepast zijn darmorganoïden, minidarmorgaantjes bestaande uit stamcellen, en darmexplants bestaande uit hele stukjes darm verkregen uit relevante organismen. Beide modellen hebben potentieel heel uitgebreide toepassingsmogelijkheden en hebben ook grote voordelen ten opzichte van de huidige veelgebruikte cellijnen, omdat ze meerdere in de darm aanwezige celtypen bevatten en uit verschillende specifieke darmregio's te verkrijgen zijn. Gezamenlijk gaan de partners werken aan: 1) het aanpassen van de kweekomstandigheden zodat darmmodellen geschikt worden om de vragen van partners te beantwoorden; 2) het vaststellen van de toepassingsmogelijkheden van de darmmodellen door verschillende stoffen en producten te testen. Beoogde resultaten Kennisconferenties, publicaties en exploitatie van de modellen zullen zorgen voor het verspreiden van de opgedane kennis. Omdat het project gebruikmaakt van moderne, op de toekomst gerichte laboratoriumtechnieken (kweekmethoden met stamcellen en vitaal weefsel, moleculaire analyses en microscopie), leent het zich uitstekend om geïmplementeerd te worden in het hbo-onderwijs. Als spin-off zal het project dan ook voorzien in een specifieke, voor Nederland unieke hbo-minor op het gebied van stamcel- en aanverwante technologie (zoals organ-on-a-chiptechnologie).
Het is erg moeilijk om het welzijn van herpeten vast te stellen zonder invasieve handelingen, zoals corticosteron metingen in het bloed, te verrichten. Dit onderzoek richt zich op het gebruik van non-invasieve (observatie en ontlasting) methoden als valide indicaties van het welzijn van herpeten. Zo kunnen stesshormonen gemeten worden in ontlasting van herpeten (Scheun, Greeff, & Ganswindt, 2018) waardoor bloedonderzoek niet nodig is. Onderzoek heeft uitgewezen dat bij in het wild levende herpeten (roodwangschildpadden, Cash et al. 1997) al binnen een half uur het corticosteron gehalte in het bloed significant hoger is na een hanteersessie. Het is nog niet bekend hoelang het duurt voordat deze corticosteron in de ontlasting te vinden is. De focus van dit onderzoek ligt op de baardagame (Pogona vitticeps) als meest gehouden herpeet in gevangenschap. Na validatie van de observeerbare stressindicatoren met metingen van stresshormonen in de ontlasting, zullen er dieren worden gehuisvest volgens verschillende richtlijnen; bijvoorbeeld van LICG, PvH, het Groot Handboek Terrariumkunde. Vervolgens wordt er gekeken of er een verschil is in de uitingen van stressindicatoren bij verschillende huisvestingsmethoden. Met de metingen van stresshormonen kan tegelijkertijd de vraag beantwoord worden hoelang corticosteron in de ontlasting zichtbaar blijft. De verwachte op te leveren producten zijn; observeerbare gedragsindicatoren voor het meten van welzijn bij de Baardagame, richtlijnen voor het bepalen van welzijn van de Baardagame door professionals zoals de RVO en bijgestelde huisvestingsrichtlijnen te gebruiken door de hobbyist. Dit (praktijk)onderzoek is een samenwerking tussen drie Aeres mbo-locaties Dierverzorging, het practoraat Dierenwelzijn en -gezondheid, het lectoraat ‘Smart Animal Behaviour & Welfare Management’ van Hogeschool Van Hall Larenstein, een dierenartspraktijk en twee belangenverenigingen. De onderzoeksvraag luidt; ‘Is er een correlatie tussen observeerbare stressindicatoren en de stresshormoon spiegel van de Baardagame’?
Met een artificiële tong kunnen smaakstoffen in vloeistoffen gedetecteerd worden. Deze benadering met een unieke tong-op-een-chip technologie noemen we receptomics. Hierbij worden smaakreceptoren van de mens in gemodificeerde menselijke cellen tot expressie gebracht. De technologie is veelbelovend en verkent reeds diverse toepassingen in de voedings- en gezondheidssector. Op dit moment kunnen bittere stoffen in koffie, bier, thee, groentes en paddestoelen en farmacologisch actieve stoffen en hormonen in plantextracten en bloedserum worden gemeten. Meer toepassingen komen in beeld als de tong-op-een-chip verder kan worden verbeterd. Achtergrondsignalen uit monsters en van gastheercellen op de chip beperken nu de functionaliteit. Deze aanvraag richt zich op uitbreiding van het potentieel van de tong-op-een-chip technologie voor diverse toepassingen door de activatie van receptoren directer te meten. We willen nieuwe sensoreiwitten ontwikkelen om achtergrondsignalen van gastheercellen te voorkomen en de meetmethode aan te passen, waardoor de achtergrondsignalen uit monsters niet meer gedetecteerd worden. Hiermee kan het repertoire aan receptoren op de tong-op-een-chip worden uitgebreid. Met de KIEM- subsidie kan het lectoraat Genome-based Health (GBH) van het Leiden Centre for Applied Biosciences (LCAB) een pilot starten om samen met Wageningen Plant Research (WPR) constructen voor nieuwe receptoren en sensoreiwitten te ontwikkelen en te testen. Naast het uitvoeren van dit project wordt de KIEM-subsidie aangewend om een consortium te vormen, waarmee een gezamenlijk projectvoorstel voor de verdere ontwikkeling van de tong-op-een-chip technologie kan worden opgesteld.