Service of SURF
© 2025 SURF
DOEL. De laatste jaren zijn er nieuwe vormen van praktijkleren ontwikkeld binnen verpleegkundige opleidingen. Het doel van deze studie is onderzoeken of stage lopen binnen een krachtige leeromgeving leidt tot een sterkere ontwikkeling van ervaren self-efficacy bij hbo-verpleegkundestudenten dan stage lopen in een reguliere omgeving. METHODE. Een quasi experimenteel design (non-equivalent pretest-posttest control group) is toegepast, waarbij gebruik is gemaakt van de General Self Efficacy scale (GSE). De populatie bestaat uit hbo-v-stagiaires (n = 109 meting 1, n = 92 meting 2). Respondenten zijn onderverdeeld in studenten stage lopend binnen krachtige leeromgevingen en studenten stage lopend binnen reguliere stageomgevingen. Verschilscores op de GSE zijn voor beide groepen getoetst op significantie via t-toetsen. RESULTAAT. Studenten binnen krachtige leeromgevingen vertonen als totale groep en gedifferentieerd naar stage-ervaring op meer items van de GSE significante toename dan studenten binnen reguliere stageomgevingen. CONCLUSIE EN DISCUSSIE. Stage lopen binnen een krachtige leeromgeving lijkt in grotere mate bij te dragen aan de ontwikkeling van ervaren self-efficacy van hbo-verpleegkundestudenten. Het meten van self-efficacy binnen leeromgevingen is een aanvulling op bestaande uitkomstmaten voor het meten van effecten voor studenten. Verder onderzoek naar de relatie tussen de bronnen van self-efficacy en krachtige leeromgevingen binnen verpleegkundige opleidingen wordt aanbevolen.
Verpleegkundigen werken in toenemende mate volgens richtlijnen en protocollen, maar deze kunnen niet altijd worden toegepast omdat individuele zorgvragers en hun contexten variëren. Voor het vinden van een evenwicht in de verpleegkundige besluitvorming is praktische wijsheid nodig: parate vakkennis, morele sensitiviteit om situaties te doorgronden, en moed om ethisch gezien het goede te doen. Hbo-V studenten zouden bij diplomering moeten beschikken over een basis voor praktische wijsheid8,9, maar het is onduidelijk wanneer ze dit ontwikkelen. Doel van het praktijkonderzoek was aanknopingspunten vinden voor onderwijsprogramma’s en voor leren in de praktijk om het ontwikkelen van praktische wijsheid te bevorderen en verpleegkundigen te versterken in hun professionele leiderschap. In het praktijkonderzoek namen 24 laatstejaars hbo-V studenten en 14 nieuwe hbo-V’ers deel aan interviewgesprekken. Vijf thema’s zijn gevonden in het leren van praktische wijsheid.
Deze vier artikelen uit verschillende hoeken van de HU illustreren uiteenlopende ervaringen met de koppeling tussen onderwijs, onderzoek en beroepspraktijk. Uit hun verhalen blijkt dat deze verbindingen steeds meer vorm krijgen en dat de ervaringen met de HU als kennisinstelling vooral positief zin. Uitgegeven op het HU onderwijscongres 2008 als Passie & Precisie deel 02.
Eén van de taken van verpleegkundigen is om de kwaliteit van hun werk te monitoren via richtlijnen en protocollen. Maar in mensgerichte beroepen doen zich voortdurend omstandigheden voor waarin regels geen antwoord geven op individuele situaties en behoeften van zorgvragers. Daar waar regelgeving en protocollen haperen als instrument voor het professionele handelen, zal de professional een beroep doen op andere bronnen van inspiratie. Die bronnen zijn, naast cognitieve kaders, de normen en waarden die gevormd worden in de opvoeding, de cultuur en religie, de opleiding en de sociale context van het beroep. De diverse bronnen worden, meestal in overleg met anderen, gewogen om tot wijze besluitvorming te komen. Het verwerven en gebruiken van bronnen voor wijze besluitvorming wordt in de literatuur aangeduid als een stap in de ontwikkeling tot ‘expert’ professional. Deze ontwikkeling zou vooral ná de opleiding plaatsvinden door het opdoen van ervaringen in de beroepspraktijk. De laatste jaren is in de literatuur hernieuwde belangstelling voor deze ‘vaardigheid van wijze besluitvorming’ van professionals. Deze belangstelling lijkt een reactie op de protocollair aangestuurde beroepspraktijk en de onmogelijkheid om alle professionele handelen daarin te vatten. Data uit onderwijskundige bronnen tonen aan dat studenten al in de opleiding starten met het ontwikkelen van deze vaardigheid. Doel van het onderzoek is om meer kennis te verzamelen over deze vaardigheid van wijze besluitvorming van de hbo-verpleegkundige en hoe zij bronnen van inspiratie inzetten in hun professionele handelen. Het onderzoek beoogt 1) literatuurstudie naar het ontwikkelen van de vaardigheid van wijze besluitvorming en de rol daarin van bronnen van inspiratie, 2) kwalitatief onderzoek onder laatstejaars studenten en novice hbo-verpleegkundigen naar welke bronnen zij ontwikkelen en inzetten in de vaardigheid van wijze besluitvorming, en 3) actieonderzoek naar het gebruik van de bronnen in het handelen in de verpleegkundige praktijk en het handelingsrepertoire uit te breiden.
Maatschappelijke ontwikkelingen als een stijgende zorgvraag, burgers die zo lang mogelijk gezond en onafhankelijk willen blijven en een positieve benadering van gezondheid stimuleren een denkomslag in de gezondheidszorg. De focus op ziekte en zorg verschuift naar een focus op preventie, gezondheid en gedrag en vervolgens naar mens en maatschappij. Gemeenschappen zijn daarin belangrijk; een gezonde wijk draagt bij aan de kansen die mensen hebben om zichzelf te ontwikkelen, te participeren in de maatschappij, en mede daardoor een versterking van hun gezondheid en welzijn. Wijkverpleegkundigen kunnen als gezondheidsbevorderaar gemeenschappen hierin ondersteunen. Volgens het beroeps- en expertiseprofiel is dit zelfs één van de belangrijkste rollen van wijkverpleegkundigen. De praktische invulling van deze rol, op zowel vakinhoudelijk als procesmatig gebied, is echter tot nu toe niet (h)erkend en in beeld gebracht. Als opleiding kunnen we daardoor onze studenten, verpleegkundigen van de toekomst, niet voldoende toerusten voor deze taak. Verpleegkundigen van onze praktijkpartners ervaren een handelingsverlegenheid ten aanzien van hun rol in wijkgerichte gezondheidsbevordering. Als CHE willen we door middel van praktijkonderzoek op deze rol reflecteren, en met en door hbo-verpleegkundigen handelingsmogelijkheden onderzoeken, waarbij de nieuwe inzichten direct terug te koppelen zijn in het onderwijs en bijdragen aan het verbeteren van de professionele praktijk van onze werkveldpartners. Het hier voorgestelde onderzoek zal zich richten op de vraag hoe wijkverpleegkundigen de nieuwe rol van wijkgerichte gezondheidsbevorderaar beschouwen, en wat zij nodig hebben om hun rol van gezondheidsbevorderaar in wijken vorm te geven. Door middel van participatief actieonderzoek zullen goede voorbeelden van wijkgericht handelen worden geïnventariseerd en beschreven. Daarnaast worden de ervaren barrières, faciliterende factoren en handelingsmogelijkheden in kaart gebracht. De opbrengsten van het onderzoek zullen worden ingezet in het onderwijs aan verpleegkundestudenten en verpleegkundigen in de betrokken praktijken. Daarnaast zullen de opbrengsten worden gedeeld in (inter)nationale publicaties, waaronder een handleiding Wijkgericht werken door verpleegkundigen.