Service of SURF
© 2025 SURF
Wanneer de deurwaarder niet zou bestaan en nu zou moeten worden uitgevonden, hoe zou die er dan uitzien? Dat is de vraag die we in de ontwerpsessies centraal hebben gezet. Met de ontwerpsessies zijn gedachten en visies samengebracht van mensen vanuit de beroepsgroep, maar ook van veel anderen die op uiteenlopende manieren betrokken zijn bij het werkveld er omheen. Ze geven een beeld van wat uit verschillende richtingen belangrijk gevonden wordt wanneer we onze blik richten op de toekomstbestendige deurwaarder. Minstens één ding lijkt tussen dat alles al glashelder te zijn: de eerste plek om het toernooimodel los te laten is bij beantwoording van de vraag 'Wanneer de deurwaarder niet zou bestaan en nu zou moeten worden uitgevonden, hoe zou die er dan uitzien?'.
Welke kansen en bedreigingen bieden maatschappelijke ontwikkelingen en daaraan gerelateerde veranderingen in de beroepspraktijk van de gerechtsdeurwaarder voor de opleiding HBO-Rechten, in het bijzonder de afstudeerrichting kandidaat-gerechtsdeurwaarder?
Met de Gerechtsdeurwaarderswet van 2001 heeft de marktwerking zijn intrede gedaan in deze juridische beroepsgroep. Het vestigingsbeleid is sindsdien geliberaliseerd en de tarieven voor de opdrachtgevers zijn vrijgegeven. Deze marktwerking heeft gevolgen gehad voor de onderlinge verhouding tussen de gerechtsdeurwaarders, die voortaan concurrenten van elkaar zijn, en voor de verhouding met de grote opdrachtgevers, die de prijs voor de aangeboden diensten kunnen bepalen. De commercialisering heeft ook gevolgen gehad voor de schuldenaar: door het gevecht om de opdrachtgevers, de manier van contracteren en de soms voorkomende voorfinanciering zijn de verhoudingen verhard. In deze context is aandacht voor hoge professionele en ethische standaarden noodzakelijk. In de opleiding tot kandidaat-gerechtsdeurwaarder moeten de kernwaarden uitdrukkelijk worden benadrukt, omdat door marktwerking de aandacht voor deze waarden vermindert en soms zelfs lijkt te verdwijnen. In dit promotie onderzoek stond de vraag centraal hoe de opleiding tot (kandidaat-)gerechtsdeurwaarder er, gezien de ontwikkelingen in de beroepsuitoefening, uit zou moeten zien.