Service of SURF
© 2025 SURF
This study, part of an R&D project with Dutch tour operators, assessed Dutch consumer preferences towards a carbon label for holiday trips. A general survey (n = 504) assessed the perceived importance of a CO 2 label to consumers. To determine the preferred design, two focus groups (n = 15) followed by a panel study (n = 1246) were performed. Finally, a pilot study (n = 100) assessed potential effects of the label on attitude and booking intention. The general survey's results indicate that a carbon label could impact on the travel choice of some Dutch travellers, when label information is explicit, understandable and simply designed. The focus groups in combination with the panel study showed that Dutch consumers prefer a recognisable carbon label, similar to the EU energy label. The pilot study revealed that consumers' attitudes increased significantly, but that intention to book was not significantly affected for the group that was shown the carbon label. These findings contribute to understanding consumer attitudes towards tourism eco and carbon labels, and their content and design. Implementation of a carbon label for tour packages still requires a number of barriers to be resolved. Sustainability remains a low priority during holiday decision-making.
LINK
Firms increasingly use social network sites to reach out to customers and proactively intervene with observed consumer messages. Despite intentions to enhance customer satisfaction by extending customer service, sometimes these interventions are received negatively by consumers. We draw on privacy regulation theory to theorize how proactive customer service interventions with consumer messages on social network sites may evoke feelings of privacy infringement. Subsequently we use privacy calculus theory to propose how these perceptions of privacy infringement, together with the perceived usefulness of the intervention, in turn drive customer satisfaction. In two experiments, we find that feelings of privacy infringement associated with proactive interventions may explain why only reactive interventions enhance customer satisfaction. Moreover, we find that customer satisfaction can be modeled through the calculus of the perceived usefulness and feelings of privacy infringement associated with an intervention. These findings contribute to a better understanding of the impact of privacy concerns on consumer behavior in the context of firm–consumer interactions on social network sites, extend the applicability of privacy calculus theory, and contribute to complaint and compliment management literature. To practitioners, our findings demonstrate that feelings of privacy are an element to consider when handling consumer messages on social media, but also that privacy concerns may be overcome if an intervention is perceived as useful enough.
MULTIFILE
This research explores the attitudes of children from different socio-economic backgrounds towards cars. This paper explores their projected choices and motivations in the context of (1) post-materialist values; (2) economic constraints; and (3) social status theories; and draws upon survey research among 140 upper elementary school children in the Netherlands between September 2010 and January 2011. Comparative analysis shows that there are significant differences in attitudes of children from different socio-economic backgrounds. Pupils from the affluent predominantly ethnically Dutch schools showed greater awareness of and concern about their parents’ and general use of cars, and less desire to own a car in the future, children from less economically advantaged schools demonstrated lower environmental awareness and concern and more desire to own a car in the future. This study is based on a small sample and indicates a need for large-scale follow-up study of children's attitudes towards cars. https://doi.org/10.1016/j.tranpol.2012.07.010 https://www.linkedin.com/in/helenkopnina/
MULTIFILE
Mode heeft een cruciale functie in de samenleving: zij maakt diversiteit en inclusiviteit mogelijk en is een middel voor individuen om zich uit te drukken. Desalniettemin is mode ook een raadsel op het gebied van duurzaamheid, zowel aan de sociale als aan de milieukant. Er bestaan echter alternatieven voor de huidige praktijken in de mode. Dit project heeft tot doel de ontwikkeling van een van die initiatieven te ondersteunen. In samenwerking met twee Nederlandse MKB bedrijven in de mode-industrie, willen we een of meer business modellen co-designen voor het vermarkten van circulair ontworpen laser geprinte T-shirts. Door lasertechnologie te introduceren in plaats van traditionele inktopties, kunnen de T- shirts hun CO2 voetafdruk verder verkleinen en een verstandig alternatief zijn voor individuen, die op zoek zijn naar duurzame modekeuzes. Maar hoewel de technologische haalbaarheid vaststaat, vereist het vermarkten sterke, schaalbare, bedrijfsmodellen. Via een haalbaarheidsstudie willen we dergelijke businessmodellen ontwikkelen en de commercialisering van deze producten ondersteunen. Wij zijn van plan de reacties van de consument op een dergelijke innovatie te bestuderen, evenals de belemmeringen en stimulansen vanuit het oogpunt van de consument, en de inkoop-, toeleveringsketen- en financiële kwesties die kunnen voortvloeien uit de schaalbaarheid van een potentieel bedrijfsmodel. Om praktische relevantie voor de bredere industrie te verzekeren, streven we ernaar om de resultaten te presenteren op evenementen georganiseerd door een van de consortiumpartners (in 2023), als ook om een teaching case en een wetenschappelijk artikel te ontwikkelen op basis van de resultaten van het project.
The production, use, disposal and recovery of packaging not only generates massive volumes of waste, it also consumes raw materials, water and energy (Fitzpatrick et al. 2012). Simultaneously, consumers have shown an increasing interest in products incorporating sustainable and social attributes (Kletzan et al., 2006). As a result, environmentally friendly packaging, also called ecofriendly or sustainable packaging, has become mainstream. In this context, packaging is more than just ensuring the product's protection and easing transportation, it is also a communicative tool (Palmer, 2000) and it becomes associated with multiple drivers of the purchasing process. Consequently, companies face pressure to innovate responding to consumer demands, and focusing on sustainable solutions that reduce harmful materials and favour green alternatives for both, the product and the packaging. Although the above has triggered research on consumer choice for sustainable products and alternatives on sustainable packaging, the relation between sustainable packaging and consumer behaviour remains underexplored. This research unpacks this relationship, i.e., empirically verifies which dimensions (recyclability, biodegradability, reusability) of sustainable packaging are perceived and valued by consumers. Put differently, this research investigates consumer behaviour towards the functions of sustainable packaging in terms of product protection, convenience, reliability of information and promotion, and scrutinises the perceived credibility of the associated ethical responsibility claims. It aims to identify those packaging materials and/or sustainability characteristics perceived as more sustainable by consumers as well as the factors influencing actual consumer choice towards sustainable packaged products. We aim to gain more insights in the perceptual frame that different types of consumers apply when exposed to sustainable packaging. To this end, we will make use of revealed preference methods to measure consumer valuations of sustainable packaged products. This game-theoretic approach should provide a more complete depiction of consumers' perceptions and preferences.
Hybride producten, bestaande uit zowel vlees als plantaardige ingrediënten, zijn een veelbelovende optie binnen de eiwittransitie. Ze dragen bij aan een daling van vleesconsumptie en daarmee aan een lagere milieubelasting. Eerdere introducties in supermarkten mislukten, mogelijk door een verkeerde timing en onduidelijke communicatie. Het bewustzijn over de impact van dierlijke producten op het milieu groeit. De timing voor hybride producten is nu dus gunstiger. Bovendien bestaat er draagvlak voor het gedeeltelijk vervangen van vlees door plantaardige ingrediënten. Onderzoek laat echter zien dat communiceren over 'minder vlees' een averechts effect heeft op productwaardering. Er zou dus zo min mogelijk gecommuniceerd moeten worden over het hybride karakter van producten. Tegelijkertijd is transparantie ook een vereiste voor consumenten. Dit leidt tot de centrale hoofdvraag: Wat is het optimale communicatieniveau voor producenten van hybride producten bij een introductie in supermarkten, variërend van volledig informerend tot subtiel informerend over het hybride karakter van het product? Dit project onderzoekt de impact van communicatieniveaus op productattitudes, aankoopbereidheid, aandacht, emoties en productwaardering. Ook voor consortiumpartner Olijck is dit vraagstuk cruciaal. De hybride producten van Olijck (vlees en zeewier) zijn succesvol binnen de foodservice, waar communicatie een geringe rol speelt. Olijck bereidt momenteel de stap naar de supermarkt voor, waar communicatie juist wel een rol speelt. Het project omvat de volgende twee werkpakketten: 1) ontwikkeling van testverpakkingen en reclame-uitingen met verschillende communicatieniveaus (volledig informerend versus subtiel informerend), 2) onderzoek naar de invloed van communicatieniveaus op a) productattitudes (bewuste processen), b) aandachtsprocessen en emotionele reacties (onbewuste processen) en c) ervaringen tijdens het bereiden en consumeren van het product. Met behulp van co-creatie (werkpakket 1), focusgroepen, psychofysiologisch onderzoek en sensorisch onderzoek (werkpakket 2) wordt antwoord gegeven op bovenstaande hoofdvraag. Het lectoraat Purposeful Marketing werkt hierin samen met Olijck, maar ook met de Radboud Universiteit, de Consumentenbond, ProVeg en North Sea Farmers.