In this article we focus upon a division between generalized schools of philosophical and ethical thought about culture and conservation. There is an ongoing debate playing out over conservation between those who believe conservation threatens community livelihoods and traditional practices, and those who believe conservation is essential to protect nonhuman species from the impact of human development and population growth. We argue for reconciliation between these schools of thought and a cooperative push toward the cultivation of an environmentally-focused perspective that embraces not only social and economic justice but also concern for non-human species. Our goal is to underline the ethics and tangible benefits that may result from combining the cultural data and knowledge of the social sciences with understanding of environmental science and conservation. We highlight instances in which social scientists overlook their own anthropocentric bias in relationship to ecological justice, or justice for all species, in favor of exclusive social justice among people. We focus on the polemical stances of this debate in order to emphasize the importance of a middle road of cooperation that acknowledges the rights of human and nonhuman species, alike. In conclusion, we present an alternative set of ethics and research activities for social scientists concerned with conservation and offer ideas on how to reconcile the conflicting interests of people and the environment. https://doi.org/10.1016/j.biocon.2015.01.030 https://www.linkedin.com/in/helenkopnina/
MULTIFILE
In this article we focus upon a division between generalized schools of philosophical and ethical thought about culture and conservation. There is an ongoing debate playing out over conservation between those who believe conservation threatens community livelihoods and traditional practices, and those who believe conservation is essential to protect nonhuman species from the impact of human development and population growth. We argue for reconciliation between these schools of thought and a cooperative push toward the cultivation of an environmentally-focused perspective that embraces not only social and economic justice but also concern for non-human species. Our goal is to underline the ethics and tangible benefits that may result from combining the cultural data and knowledge of the social sciences with understanding of environmental science and conservation. We highlight instances in which social scientists overlook their own anthropocentric bias in relationship to ecological justice, or justice for all species, in favor of exclusive social justice among people. We focus on the polemical stances of this debate in order to emphasize the importance of a middle road of cooperation that acknowledges the rights of human and nonhuman species, alike. In conclusion, we present an alternative set of ethics and research activities for social scientists concerned with conservation and offer ideas on how to reconcile the conflicting interests of people and the environment. https://doi.org/10.1016/j.biocon.2015.01.030 https://www.linkedin.com/in/helenkopnina/
MULTIFILE
Docentonderzoeker Rob van Diepenbeek was een van de sprekers op de Intelligent Food processing & packaging Virtual Summit, een online platform waar foodprofessionals kunnen netwerken, ideeën en kennis uitwisselen en van elkaar leren waar het gaat om toekomst van ons voedsel. Rob ging onder meer in op de nauwe samenwerking van HAS Hogeschool met Food Tech Brainport in Helmond, een belangrijke experimenteerruimte als het gaat om het terugdringen van voedselverspilling en bij- en reststromen te verwaarden door middel van milde conservering en milde scheidingstechnieken. Veelbelovende productapplicatie-kansen en energiebesparingen kwamen aan bod.
MULTIFILE
Bamboe is een hoogwaardig, zeer bestendig snelgroeiend natuurproduct waarvan de productie wordt gedomineerd door Azië. Het wordt al eeuwen toegepast in Europa als decoratief en constructief materiaal voor (interieur)architectuur en gebruiksvoorwerpen. Bamboe wordt beschouwd als een duurzaam alternatief voor de toenemende schaarste aan duurzame, inheemse (hard)houtsoorten. De huidige subtropische teelt en verwerking van bamboe, gekenmerkt door mono-culturele plantages, inefficiënt watergebruik tijdens het groeiproces en het gebruik van schadelijke conserveringsmiddelen bij verwerking van bamboevezels, ondermijnen het duurzaam potentieel. Bovendien veroorzaakt het vervoer van Azië naar Europa een CO2-uitstoot die de CO2-opname van bamboe tenietdoet. Om van Europees bamboe een duurzaam materiaal te maken onderzoekt het ArtEZ-lectoraat Tactical Design op verzoek van diverse MKB-partners hoe we een nieuwe, duurzame waardeketen kunnen ontwikkelen – van teelt tot product – op basis van Europees geteelde bamboe voor toepassingen in interieur en exterieur die zowel economisch als ecologisch kan concurreren met Aziatisch bamboe en Europees hout. Aanleiding is de aanplant in 2017 van de eerste bamboeplantage in Zuid-Portugal conform Europese en lokale regelgeving rondom biodiversiteit en watergebruik. In 2021 vindt op deze plantage de eerste oogst plaats. Het is daarmee de eerste poging bamboe op grote schaal, transparant en duurzaam in Europa te telen. De vraag is hoe deze bamboe duurzaam verwerkt en de reststromen meervoudig verwaard kunnen worden binnen Europa voor bouw, interieur, meubels en textiel met gebruik van zowel de bamboestam als van lignine (voor lijmproducten), vezels en cellulose (voor garens/textiel). Om deze vragen te beantwoorden is een consortium samengesteld van innovatieve bedrijven die representatief zijn voor en kunnen bijdragen aan een duurzame keten voor bamboeproducten zoals BambooLogic (bamboeproducent), Bambooder (vezelextractie), Inducoat (duurzame coating), Miscancell (cellulose-extractie) en BSM Factory (meubelproducent) die i.s.m. met kennisinstellingen (WUR, Stichting Hout Research), productontwerpers en ontwerpstudenten duurzame prototypes zullen ontwikkelen van halffabricaten, bouw- en interieurproducten met Europees bamboe.
Verduurzaming van de chemische en landbouwsector is essentieel om de klimaat- en circulaire doelstellingen te halen. Eén van de mogelijkheden om de chemische sector te vergroenen is om hernieuwbare grondstoffen als feedstock voor productie te gebruiken. Met name laagwaardige reststromen uit de agrarische sector komen hiervoor in aanmerking. In dit project wordt beoogd om koeienurine, dat gescheiden is opgevangen van de ontlasting, te valoriseren richting hoogwaardige componenten voor (fijn)chemie. De focus zal in eerste instantie liggen op de isolatie van hippuurzuur en hieruit te synthetiseren benzoëzuur en glycine en de verwaarding van de resterende fractie richting natuurlijke meststoffen voor de akker/tuinbouw. De verkregen groene benzoëzuur is een goed alternatief voor het huidige uit de petrochemie gesynthetiseerde zuur en kan bijvoorbeeld als natuurlijk conserveringsmiddel in mengvoeders worden gebruikt. In een latere fase zullen ook overige waardevolle componenten (allantoine, creatinine, creatine, etc.) uit urine van koeien worden geïsoleerd en gevaloriseerd.Een succesvol project draagt bij aan het verbeteren van de business case van veetelers en maakt de scheiding van urine en ontlasting in de stallen aantrekkelijker. Additionele revenuen die uit de bioraffinage van urine worden verkregen kunnen gebruikt worden om de gedane investeringen in het “koeientoilet” terug te verdienen. De scheiding van urine en ontlasting levert een significante reductie in ammoniak-emissies op en draagt hiermee bij aan het oplossen van het “stikstofprobleem”. Reductie van CO2 wordt o.a. bewerkstelligd door verminderd gebruik van kunstmest en vervanging van uit de petrochemie afkomstige chemicaliën (benzoëzuur) door synthese uit natuurlijke (hernieuwbare) grondstoffen.
Verduurzaming van de chemische en landbouwsector is essentieel om de klimaat- en circulaire doelstellingen te halen. Eén van de mogelijkheden om de chemische sector te vergroenen is om hernieuwbare grondstoffen als feedstock voor productie te gebruiken. Met name laagwaardige reststromen uit de agrarische sector komen hiervoor in aanmerking. In dit project wordt beoogd om koeienurine, die gescheiden is opgevangen van de ontlasting, te valoriseren richting hoogwaardige componenten voor (fijn)chemie en meststoffen. De focus zal in eerste instantie liggen op de isolatie van hippuurzuur en hieruit te synthetiseren benzoëzuur en glycine en de verwaarding van de resterende fractie richting natuurlijke meststoffen (kalium en ureum) voor de akker/tuinbouw. Het verkregen groene benzoëzuur is een goed alternatief voor het huidige uit de petrochemie gesynthetiseerde zuur en kan bijvoorbeeld als natuurlijk conserveringsmiddel in mengvoeders worden gebruikt. In een latere fase zullen ook overige waardevolle componenten (allantoine, creatinine, creatine, etc.) uit urine van koeien worden geïsoleerd en gevaloriseerd. Een succesvol project draagt bij aan het verbeteren van de business case van veetelers en maakt de scheiding van urine en ontlasting in de stallen aantrekkelijker. Additionele revenuen die uit de bioraffinage van urine worden verkregen kunnen gebruikt worden om de gedane investeringen in het “koeientoilet” terug te verdienen. De scheiding van urine en ontlasting levert een significante reductie in ammoniak-emissies op en draagt hiermee bij aan het oplossen van het “stikstofprobleem”. Reductie van CO2 wordt o.a. bewerkstelligd door verminderd gebruik van kunstmest en vervanging van uit de petrochemie afkomstige chemicaliën (benzoëzuur) door synthese uit natuurlijke (hernieuwbare) grondstoffen.