Service of SURF
© 2025 SURF
Haarlem heeft en doet veel voor jong en oud. Toch is er een groot aantal jongeren dat op de middelbare schoolleeftijd stopt met sporten en actief bewegen. Vooral adolescente meiden vinden het lastig een passend sportaanbod te vinden of actief te blijven. Maar welke sport- of beweegactiviteit past bij meiden in de leeftijdsgroep 13 tot 20 jaar, hoe moet een passende sport worden aangeboden en welke barrières ervaren zij op het gebied van sport en bewegen? Deze vragen waren de basis voor een onderzoek dat is uitgevoerd door de gemeente Haarlem in samenwerking met Hogeschool Inholland, SportSupport en Voetlab (KNVB).
LINK
Vrije vismigratie in het beheergebied van Wetterskip Fryslân wordt belemmerd door verschillende barrières en kunstwerken, zoals gemalen en stuwen. Ter verbetering van de vismigratiemogelijkheden in het beheergebied van Wetterskip zijn en worden er daarom verschillende maatregelen getroffen. Deze maatregelen moeten bijdragen aan het verbeteren van de visstanden en de visvriendelijkheid van verschillende systemen. Deze maatregelen bestaan uit vistrappen (bypasses), visvriendelijke pompen, en viswerende systemen. Om te kijken of deze maatregelen wel naar behoren werken is er gemonitord om deze vraag te beantwoorden. Naast deze evaluaties is er ook gemonitord om te kijken in hoeverre een barrière voor vismigratie of systeem een maatregel nodig heeft. Van al deze gegevens is er geen duidelijk overzicht, en daarom heeft dit rapport deze gegevens op een rijtje gezet. Dit is gebeurd door een literatuurstudie aan de hand van verschillende deelvragen. Er is gekeken naar de gemonitorde locaties en de te monitoren locaties voor in de periode 2012/2013. Per gemonitorde locaties is er gekeken naar het soort barrière of passage, de locatie (watersysteem), monitoringsmethode, monitoringsresultaten en er is gekeken in hoeverre bepaalde systemen goed functioneerden of optimalisatie nodig hebben. Verder is er een programma opgezet voor te monitoren locaties voor in het najaar 2012 en voorjaar 2013 en is er een monitoringsprotocol opgezet.
MULTIFILE
De aanvraag betreft het ontwikkelen en verkennen van de marktmogelijkheden van een IT-tool dat de slaagkans van bedrijfsoverdrachten verbetert. De (emotionele) barrières die ondernemers bij de verkoop hun bedrijf tegenko-men worden inzichtelijk gemaakt. Tevens wordt getoetst of de manier waarop ondernemers nu omgaan met die barrières (coping) effectief is. De doelgroep voor het onderzoek zijn overname-adviseurs, kopende en verkopende ondernemers alsmede investeerders.
De fashion-industrie is in transitie, nu consumenten steeds meer online zoeken, kopen en communiceren. De meeste retailers hebben inmiddels een webshop gerealiseerd, maar inzicht ontbreekt hoe de fysieke winkel levensvatbaar te maken en houden. Dit betekent in de praktijk dat lastig is om fysieke winkels open te houden hetgeen in veel steden leidt tot teloorgang van winkelstraten en –gebieden. Ook hebben retailers onvoldoende handvatten om de omni-channel consument goed te herkennen en te benaderen en de verschillende kanalen goed op elkaar te laten aansluiten. Veel retailers hebben behoefte aan goede informatie op de winkelvloer over producten en klanten. Graag zouden ze snel willen weten wat consumenten in het verleden hebben gekocht, of ze de nieuwsbrief ontvangen, welke producten er online of in andere filialen nog beschikbaar zijn. Daar kan in een verkoopgesprek op worden ingespeeld. De technologische oplossingen zijn daarvoor beschikbaar, maar deze worden nog maar mondjesmaat gebruikt. Daar waar ze wel beschikbaar zijn, weten medewerkers niet altijd goed hoe ze bijvoorbeeld een medewerkersapp optimaal gebruiken en maken consumenten weinig gebruik van bijvoorbeeld loyalty apps op hun smartphone. Daarnaast bestaat er bij veel retailers wel de wil om te innoveren, maar moeten er eerst barrières worden beslecht. De beschikbare technologie moet zich liefst al in een testsituatie hebben bewezen en men heeft behoefte aan praktische handvatten hoe de technologie optimaal in te zetten. Om tot innovatie in de branche te komen is het daarom nodig om in samenwerking met enkele innovatieve retailers, technologiebedrijven en kennisinstellingen de innovatie markt-fähig te maken. Dit project heeft als doel om een bijdrage te leveren aan de duurzaamheid van de fashion-industrie door relevante klanttechnologie geschikt te maken voor marktintroductie, alsmede de toegevoegde waarde van deze technologie te onderzoeken voor de branche.
Door producten en diensten inclusief te ontwerpen kunnen deze beter bruikbaar worden voor een breed publiek of voor specifieke groepen mensen die het lastig vinden hiermee om te gaan. Ontwerpers kunnen daarmee een belangrijke bijdrage leveren aan een inclusievere samenleving. Onderzoek naar inclusief ontwerpen heeft zich in het verleden vooral gericht op het begrijpen van de behoeften van eindgebruikers, maar recent is de nadruk meer komen te liggen op wat dit vraagt van ontwerpers. Zij ervaren uiteenlopende barrières in het gehele proces van opdrachtformulering tot ontwerp en implementatie. Daarom willen ze hun vermogen voor inclusief ontwerpen versterken, zodat ze beschikbare kennis, vaardigheden, houding, ontwerpprincipes, -tools, richtlijnen en voorbeelden ‘actionable’ kunnen maken in hun eigen ontwerppraktijk. Ontwerpopleidingen willen hun studenten deze competentie ook aanleren. In het project Active Inclusive Design (AID) gaan tien MKB-ontwerpbureaus met rijke uiteenlopende ervaring over inclusief ontwerpen samen met onderzoekers, docenten en co-ontwerpers in een learning community op zoek naar antwoorden op de volgende vraag: Hoe kan het vermogen tot inclusief ontwerpen van (toekomstige) ontwerpers in hun praktijk worden versterkt? Antwoorden op deze vraag worden gevonden door middel van actieonderzoek, waarbij verschillende acties door actieteams in de eigen ontwerp- en onderwijspraktijk worden uitgevoerd. De voorziene acties spitsen zich toe op het versterken van een inclusieve houding, toepassen van bestaande tools, richtlijnen en case-beschrijvingen, volwassenheid van inclusief ontwerpen bij opdrachtgevers en onderwijs over inclusief ontwerpen. De learning community voert regie over alle acties, zal regelmatig reflecteren op de processen die door de acties ontstaan en de opbrengsten daarvan, en zal voortbestaan en zich uitbreiden na afloop van het project. De resultaten van AID in de vorm van tools, werkwijzen, handreikingen en blauwdrukken worden beschikbaar gesteld aan de ontwerp- en onderwijspraktijk middels een website, presentaties en vakpublicaties. Een wetenschappelijke publicatie zal een bijdrage leveren aan theorievorming over ontwerpend vermogen.