Service of SURF
© 2025 SURF
Een inleiding tot argumentatie. Hoe bouw je een goede argumentatie op en wat heb je daarvoor nodig.
De capaciteit van het vervoer in de regio Groningen-Assen loopt tegen zijn grenzen aan. Om te voorkomen dat bereikbaarheid van Assen, Groningen en de omliggende dorpen een knelpunt gaat vormen, zal actie moeten worden ondernomen. Nieuwe technologie (autonoom vervoer) kan echter een interessante oplossing bieden voor het vervoersvraagstuk van de regio Groningen-Assen. In dit document wordt aangegeven hoe autonoom vervoer aansluit bij de ambities van de regio Groningen Assen en welke werkzaamheden uitgevoerd moeten worden om hier invulling aan te geven.Notitie van de HG en de RUG.
Binnen het onderwijs van Nederlandse Gebarentaal wordt in Nederland vrijwel uitsluitend gebruik gemaakt van de doeltaal, en niet van het Nederlands. In dit artikel wordt gezocht naar argumentatie voor deze praktijk, op basis van literatuur met betrekking tot gebarentalen en gesproken talen. Argumenten voor en tegen het toepassen van de moedertaal (i.c. het Nederlands) zijn in te delen in taalkundige argumenten, organisatorische argumenten en socio-culturele argumenten. Hoewel taalkundige argumenten pleiten voor het toestaan van de moedertaal in het gebarentaalonderwijs, wegen de socio-culturele argumenten zwaar. In de conclusie wordt daarom gepleit voor een tussenweg: het gesproken Nederlands weglaten en het geschreven Nederlands gedoseerd toepassen als hulpmiddel
Het creëren van een cultuur die tot gewenst gedrag van medewerkers leidt, is voor mkb-ondernemingen een grote uitdaging. Uitsluitend Hard Controls, zoals procedures, regels en richtlijnen, geven niet het beoogde resultaat. Om de gewenste cultuur te creëren zijn aanvullend ‘Soft Controls’ nodig: beheersmaatregelen die ingrijpen op c.q. appelleren aan het persoonlijk functioneren van medewerkers. Het gaat om maatregelen die van invloed zijn op bijvoorbeeld motivatie, loyaliteit, ethiek, integriteit, inspiratie en normen en waarden. Voorbeelden van Soft Controls zijn voorbeeldgedrag, ruimte om incidenten te melden en het creëren van verantwoordelijkheidsbesef. Er is weinig (wetenschappelijke) kennis over Soft Controls in de dagelijkse praktijk van mkb-ondernemingen. Tegelijkertijd hebben ondernemers in het mkb grote behoefte aan kennis. Met het project ‘Het MKB met Soft Controls in control’ is in de gewenste kennis en inzichten en in een bijbehorend instrumentarium voor het mkb voorzien. Het belangrijkste resultaat van dit project voor het mkb is een gevalideerd soft control instrument waarmee een mkb-bedrijf inzicht krijgt in de Soft Controls die het toepast en waar mogelijkheden voor verbetering liggen (diagnose): de Soft Control Scan. In het project zijn ook conform plan handreikingen voor beheersmaatregelen opgenomen om de organisatiecultuur, normen en waarden en bijbehorende houding en gedrag in het bedrijf te verbeteren: de Soft Control Toolkit. Wij willen deze Soft Control Toolkit verder uitwerken en beter koppelen aan de Soft Control Scan. Toekenning van de Top-up subsidie zou dit mogelijk maken. De argumentatie voor de noodzaak Top-up is hieronder weergegeven.
In onze moderne samenleving moeten burgers zich verhouden tot ingewikkelde vraagstukken waar natuurwetenschappelijke kennis aan ten grondslag ligt, maar waarbij ook burgerschapsaspecten een rol spelen, zoals gezondheid en duurzaamheid. Echter, mensen blijken slecht in staat om beschikbare kennis te evalueren en te interpreteren en 25% van de mensen is sceptisch over wetenschap. Deze situatie stelt het onderwijs voor een serieuze uitdaging. In de praktijk op zowel de basisschool als in het voortgezet onderwijs is het bijbrengen van kennis en vaardigheden als redeneren met wetenschappelijk bewijs en argumentatie over (burgerschaps)waarden niet vanzelfsprekend. De onderwerpen zijn complex en docenten hebben weinig handvatten om hun onderwijs hierin vorm te geven. In de lerarenopleidingen van de natuurwetenschappelijke vakken is er beperkt plek voor de didactiek die zich richt op het ontwikkelen van burgerschapsvaardigheden in combinatie met kennis over hoe wetenschap werkt. In het voorgestelde onderzoek wordt op basis van ‘concept cartoons’ een didactisch instrument ontwikkeld dat bijdraagt aan het oplossen van deze problematiek. Concept cartoons blijken redeneervaardigheden van leerlingen te kunnen stimuleren en aan te zetten tot discussie. In het postdoc-onderzoek wordt de basisvorm van concept cartoons uitgebreid tot een interactieve applicatie die het groepsgesprek reguleert en die middels eenvoudige kennisrepresentaties leerlingen ondersteunt bij het zelfstandig creëren en doordenken van hun argumentatie. Tevens wordt de effectiviteit van dit nieuwe instrument onderzocht. Middelen om leerlingen (deels) zelfstandig te laten werken aan hun kennis, wetenschappelijke redeneervaardigheden en burgerschapsvaardigheden voorzien in een belangrijke als ook omvangrijke behoefte in het onderwijs. Het in dit onderzoek ontwikkelde instrument zal op eenvoudige wijze kunnen worden gebruikt door docenten en zorgt daarmee voor inbedding in het curriculum. Dit bevordert de ontwikkeling van leerlingen naar wetenschappelijk geletterde burgers die in staat zijn onderscheid te maken tussen wetenschappelijke argumenten en normatieve overwegingen en daarover met elkaar in discussie te gaan.