Service of SURF
© 2025 SURF
Ambient intelligence technologies are a means to support ageing-in-place by monitoring clients in the home. In this study, monitoring is applied for the purpose of raising an alarm in an emergency situation, and thereby, providing an increased sense of safety and security. Apart from these technological solutions, there are numerous environmental interventions in the home environment that can support people to age-in-place. The aim of this study was to investigate the needs and motives, related to ageing-in-place, of the respondents receiving ambient intelligence technologies, and to investigate whether, and how, these technologies contributed to aspects of ageing-in-place. This paper presents the results of a qualitative study comprised of interviews and observations of technology and environmental interventions in the home environment among 18 community-dwelling older adults with a complex demand for care.
The way that innovation is currently done requires a new research methodology that enables co-creation and frequent, iterative evaluation in realworld settings. This paper describes the employment of the living lab methodology that corresponds to this need. Particularly, this paper presents the way that the Amsterdam University of Applies Sciences (HvA) incorporates living labs in its educational program with a particular focus on ambient intelligence. A number of examples are given to illustrate its place in the university’s curriculum. Drawing on from this, problems and solutions are highlighted in a ‘lessons learned’ section.
Technology is becoming omnipresent in public spaces: from CCTV cameras to smart phones, and from large public displays to RFID enabled travel cards. Although such technology comes with great potential, it also comes with apparent (privacy) threats and acceptance issues. Our research focuses on realizing technologyenhanced public spaces in a way that is acceptable and useful for the public. This paper gives a brief overview of the research that is aimed to unlock the positive potential of public spaces. This paper’s main focus is on the acceptance of sensor technology in the realm of tourism. The ITour project which investigates the potential and acceptance of using (sensor) technology and ambient media to collect, uncover and interpret data regarding tourists’ movements, behavior and experiences in the city of Amsterdam is particularly discussed as an example.
A world where technology is ubiquitous and embedded in our daily lives is becoming increasingly likely. To prepare our students to live and work in such a future, we propose to turn Saxion’s Epy-Drost building into a living lab environment. This will entail setting up and drafting the proper infrastructure and agreements to collect people’s location and building data (e.g. temperature, humidity) in Epy-Drost, and making the data appropriately available to student and research projects within Saxion. With regards to this project’s effect on education, we envision the proposal of several derived student projects which will provide students the opportunity to work with huge amounts of data and state-of-the-art natural interaction interfaces. Through these projects, students will acquire skills and knowledge that are necessary in the current and future labor-market, as well as get experience in working with topics of great importance now and in the near future. This is not only aligned with the Creative Media and Game Technologies (CMGT) study program’s new vision and focus on interactive technology, but also with many other education programs within Saxion. In terms of research, the candidate Postdoc will study if and how the data, together with the building’s infrastructure, can be leveraged to promote healthy behavior through playful strategies. In other words, whether we can persuade people in the building to be more physically active and engage more in social interactions through data-based gamification and building actuation. This fits very well with the Ambient Intelligence (AmI) research group’s agenda in Augmented Interaction, and CMGT’s User Experience line. Overall, this project will help spark and solidify lasting collaboration links between AmI and CMGT, give body to AmI’s new Augmented Interaction line, and increase Saxion’s level of education through the dissemination of knowledge between researchers, teachers and students.
Inwoners van Nederland worden steeds ouder, terwijl er minder fysieke zorg beschikbaar komt door een gebrek aan personeel en middelen. Eén van de meest voor de hand liggende manieren om toch adequate zorg te kunnen geven is het inzetten van zorgtechnologie, waaronder digitale zorgassistenten die gebruikers helpen bij het ondersteunen van een dagritme, het op tijd innemen van medicatie, en het krijgen van de juiste zorg op het juiste moment. Dit brengt de nodige uitdagingen met zich mee, op gebied van acceptatie door cliënten en mantelzorgers, geschiktheid van de technologie, en de organisatie van fysieke en digitale zorg. In het project Adaptieve Technologie voor een beter Zorgpad (AdapT-Zorg) staat de volgende onderzoeksvraag centraal: Welke factoren zijn van belang bij de (door)ontwikkeling van een zorgassistent gericht op levensloopbestendige en continue inzet bij patiënten met dementie? Het resultaat van het project is een handreiking voor (door)ontwikkeling van een slimme zorgassistent. Deze bestaat uit een patient journey, gebruiksintentie, softwarearchitectuur, concept van mogelijkheden van AI bij zorgassistenten, een impactschets, en aandachtspunten voor toekomstige projecten. Het consortium bestaat mkb-partner Tinybots en hogeschool Saxion (lectoraten Ethiek & Technologie, Ambient Intelligence en Technology, Health & Care), en ZZG Zorggroep is aangesloten als partnerorganisatie Het project bestaat uit 4 werkpakketten. In WP1 Zorgpad en organisatie wordt de huidige situatie in kaart gebracht. In WP2 Datavraag en databenutting wordt de beschikbare data voor het gebruik in een zelflerende zorgassistent onderzocht alsook de technische uitdagingen om deze data daadwerkelijk te benutten. In WP3 Impact van de adaptieve zorgassistent wordt de mogelijke impact in kaart gebracht en leggen we de basis voor verantwoorde doorontwikkeling en implementatie van een zorgassistent. Tot slot worden in WP4 Projectmanagement en Kennisbenutting de inzichten en producten vanuit het onderzoek gedeeld binnen én buiten het consortium.
Brandweermensen lopen het meeste gevaar als ze onder tijdsdruk een gebouw moeten verkennen, of een brand moeten blussen terwijl de situatie nog niet goed kan worden overzien. Omvallende muren, instortende plafonds of gewoon gestruikeld over door de rook onzichtbare brokstukken leiden tot vermijdbare letsels of zelfs slachtoffers. Met name de inzet bij branden in stedelijke parkeergarages onder woontorens vormen een enorm risico. Het inzetten van onbemande, op afstand bestuurbare voertuigen voor verkenning en bluswerk is een oplossing die binnen de brandweer breed wordt gedragen. De brandweer moet deze innovatieve technologie echter zien te omarmen. Zij werken nu vanuit hun intuïtie en weten direct hoe te acteren op basis van wat zij waarnemen. Praktijkgericht onderzoek heeft echter uitgewezen dat scepsis over de inzet van blusplatforms bij incidenten plaats heeft gemaakt voor zeker vertrouwen. Een blusplatform, voorzien van juiste sensoren kan de Officier van Dienst (OVD) ondersteunen bij het nemen van een beslissing om al dan niet tot een ‘aanval’ over te gaan. Praktijktesten hebben echter laten zien dat de huidige blusplatforms nog niet optimaal functioneren om als volwaardig ‘teamlid’ te kunnen worden ingezet. Dit heeft enerzijds met technologische ontwikkelingen (sensoren en communicatieverbindingen) te maken, maar anderzijds moet de informatievoorziening (human-machine interfacing) naar de brandweer beter worden afgestemd. In dit project gaan Saxion, het instituut fysieke veiligheid, de universiteit Twente, het bedrijfsleven en vijf veiligheidsregio’s onderzoeken hoe en wanneer innovatieve blusplatforms op een intuïtieve manier kunnen worden ingezet door training én (kleine) productaanpassing zodat deze een volwaardig onderdeel kunnen zijn van het brandweerkorps. Een blusplatform kan letselschade en slachtoffers voorkomen, mits goed ingezet en vertrouwd door de mensen die daarvan afhankelijk zijn. Het vak van brandweer, als beroeps of vrijwilliger, is een van de gevaarlijkste die er is. Laten we er samen voor zorgen dat het iets veiliger kan worden.