Service of SURF
© 2025 SURF
Deel 3 van een serie artikelen over geschiedenis en didactiek. Dit artikel gaat over het werken met teksten tijdens een les geschiedenis en de waarde die deze bronnen kunnen hebben.
De afgelopen jaren is in Veerkracht veel geschreven over vakoverstijgend werken binnen de wereldoriëntatie vakken. In Veerkracht van november 2021 zijn de uitkomsten van het onderzoek in de Kenniskring Wereldgericht Onderwijs gedeeld.
Een belangrijke taak van de leraar is het ophalen van voorkennis, het verbinden van nieuwe kennis aan die voorkennis en het leggen van verbanden tussen al deze kennis. In dit artikel worden een aantal voorbeelden gegeven van de manier waarop je daarmee als leraar in de klas aan de slag kunt gaan. Rob Verra, leraar van groep 6 van basisschool de Floreant (Stichting Aves) in Luttelgeest is samen met KPZ-docent Christie Sluiter aan de slag gegaan met een kennismuur over het thema uitvinders.
Taal speelt een essentiële rol in het leren, ook in zaakvakken zoals wereldoriëntatie of geschiedenis. Soms worden deze vakken in het Engels gegeven (CLIL). We hebben lesstrategieën en lesmaterialen ontworpen om het leren in CLIL-contexten te bevorderen.Doel Nederlandse basisscholen onderwijzen (zaak)vakken steeds vaker in het Engels. Dit wordt Content and Language Integrated Learning (CLIL) genoemd. Zeker wanneer Engels de voertaal is in de klas, moeten leerkrachten zich bewust zijn van de verschillende rollen die taal speelt in het leerproces. Wij hebben daarom samen met vijf basisscholen strategieën en materialen voor CLIL-lessen ontworpen met een effectieve focus op taal. Op deze manier werkten we aan de professionele ontwikkeling van de deelnemende scholen. Met het project wilden we ook bijdragen aan bredere praktijk- en kennisontwikkeling. Resultaten Het onderzoeks- en professionaliseringsproject heeft inzichten opgeleverd over manieren waarop leraren gelijktijdig het leren van een nieuwe taal (Engels) en nieuwe inhoud kunnen stimuleren. Deze inzichten zijn ook relevant voor andere meertalige onderwijscontexten. Vier factoren bleken van grote waarde voor de professionele- en praktijkontwikkeling van de vijf consortiumscholen: • tegemoetkoming aan contextspecifieke factoren • kennis nemen en toepassen van theorie • ruimte voor reflectie • uitwisseling en samenwerking met collega’s Het project leverde ook een aantal praktijkproducten op. Deze kunt u hier downloaden (pdf): Looptijd 01 september 2018 - 30 juni 2021 Aanpak Dit is een ontwerpgericht project waarin we samen met de betrokken scholen lesstrategieën en lesmaterialen ontwierpen, implementeerden en evalueerden. Catherine van Beuningen was vanuit het lectoraat Meertaligheid en Onderwijs hoofdonderzoeker in dit project. Momenteel is zij als hoofddocent Talenonderwijs en Meertaligheid verbonden aan de Hogeschool van Amsterdam.
Taal speelt een essentiële rol in het leren, ook in zaakvakken zoals wereldoriëntatie of geschiedenis. Soms worden deze vakken in het Engels gegeven (CLIL). We hebben lesstrategieën en lesmaterialen ontworpen om het leren in CLIL-contexten te bevorderen.Doel Nederlandse basisscholen onderwijzen (zaak)vakken steeds vaker in het Engels. Dit wordt Content and Language Integrated Learning (CLIL) genoemd. Zeker wanneer Engels de voertaal is in de klas, moeten leerkrachten zich bewust zijn van de verschillende rollen die taal speelt in het leerproces. Wij hebben daarom samen met vijf basisscholen strategieën en materialen voor CLIL-lessen ontworpen met een effectieve focus op taal. Op deze manier werkten we aan de professionele ontwikkeling van de deelnemende scholen. Met het project wilden we ook bijdragen aan bredere praktijk- en kennisontwikkeling. Resultaten Het onderzoeks- en professionaliseringsproject heeft inzichten opgeleverd over manieren waarop leraren gelijktijdig het leren van een nieuwe taal (Engels) en nieuwe inhoud kunnen stimuleren. Deze inzichten zijn ook relevant voor andere meertalige onderwijscontexten. Vier factoren bleken van grote waarde voor de professionele- en praktijkontwikkeling van de vijf consortiumscholen: • tegemoetkoming aan contextspecifieke factoren • kennis nemen en toepassen van theorie • ruimte voor reflectie • uitwisseling en samenwerking met collega’s Het project leverde ook een aantal praktijkproducten op. Deze kunt u hier downloaden (pdf): Looptijd 01 september 2018 - 30 juni 2021 Aanpak Dit is een ontwerpgericht project waarin we samen met de betrokken scholen lesstrategieën en lesmaterialen ontwierpen, implementeerden en evalueerden. Catherine van Beuningen was vanuit het lectoraat Meertaligheid en Onderwijs hoofdonderzoeker in dit project. Momenteel is zij als hoofddocent Talenonderwijs en Meertaligheid verbonden aan de Hogeschool van Amsterdam.
In dit project staat de volgende praktijkvraag centraal: ‘Op welke wijze kunnen leerkrachten in het basisonderwijs hun leerlingen verbeeldingskracht bijbrengen?’ Met dit project willen we nieuwe kennis vergaren over het ontwikkelen van ‘creatief denken’, in het bijzonder het verbeelden van oplossingen voor problemen op het snijvlak tussen cultuur- en techniekeducatie, in het basisonderwijs. Zowel in cultuur als in techniek wordt gezocht naar nieuwe vormen en uitingen, naar oplossingen voor uitdagingen die de cultuur en de techniek ons stellen. Deze oplossingen moeten eerst verbeeld worden, voordat ze kunnen worden besproken, uitgewerkt en gerealiseerd. Verbeeldingskracht is daarom een belangrijke ‘21st Century Skill’ die expliciet aandacht verdient in het basisonderwijs. Het project wordt uitgevoerd door Hogeschool Windesheim Flevoland in en met de basisscholen De Driesprong in Lelystad en De Ontdekking in Almere, in samenwerking met de Flevolandse organisatie voor Cultuureducatie FleCK. Om de ontwikkeling van verbeeldingskracht in de onderwijspraktijk te kunnen initiëren en volgen, wordt op de twee basisscholen een professionele leergemeenschap ingericht. Daarin ontwikkelen leraren, geholpen door deskundigen met educatieve, technische en culturele kennis van Hogeschool Windesheim Flevoland en FleCK, zelf lessen waarin kinderen oplossingen voor problemen met zowel een technische als een culturele component moeten verbeelden, realiseren en evalueren. Hiermee worden Kerndoelen uit de domeinen Wereldoriëntatie (met name Natuur en Techniek), Kunstzinnige Oriëntatie (met name Beeldende Vorming) gecombineerd met de ontwikkeling van vaardigheden voor de 21ste eeuw. Dit onderwijs wordt op de basisscholen in de praktijk gebracht, onderzocht en geëvalueerd met de betrokken leraren.