Service of SURF
© 2025 SURF
Openbare les van Prof. dr. L.W.C. Tavecchio waarin hij het lectoraatprogramma voor de komende jaren presenteert. Hij wil onderzoeken hoe informatie-uitwisseling over maatschappelijke kwesties (liefst sneller) tot stand kan komen en hoe je die kunt optimaliseren. Hij legt uit waarom actieonderzoek bijzonder geschikt is voor de ontwikkeling van een interventie of methodiek in het kader van participerende evaluatie. Ten slotte geeft hij zijn visie op de discussie over evidence based practice.
Sociaal makelaars bieden bewoners die dat nodig hebben ondersteuning om zichzelf te ontwikkelen tot actieve Utrechters die tot veel meer in staat zijn dan zij zelf dachten. Dit is een van de conclusies uit de tussentijdse evaluatie van het social makelen in Utrecht
Fysiotherapeuten in de eerste-lijn ervaren problemen met het aanleren en verbeteren van bewegingen bij mensen met neurologische en geriatrische aandoeningen. Er is namelijk relatief weinig bekend over hoe dit proces op maat kan worden vormgegeven in de praktijk. Voor mensen met neurologische en geriatrische aandoeningen is het van essentieel belang om bewegingen die zij ‘kwijt’ zijn opnieuw te leren zodat zij weer zelfstandig kunnen functioneren. Het aanleren en verbeteren van bewegingen, ook motorisch leren genoemd, is echter een complex proces, dat op veel verschillende manieren plaats kan vinden, maar waarbij altijd rekening moet worden gehouden met verschillende patiëntkenmerken (bijv. medische oorzaak, voorkeuren en persoonlijkheid). De huidige kennis op gebied van motorisch leren is vooral gericht op de theorie. Het doel van dit project is om fysiotherapeuten te helpen om deze grote hoeveelheid theoretische kennis en daarnaast de veelal standaard benaderingen te vertalen naar een goed onderbouwde gepersonaliseerde aanpak. Volgende onderzoeksvraag staat daarom centraal: Welke kennis en tools hebben fysiotherapeuten in de eerste-lijn nodig om motorische leerstrategieën gepersonaliseerd toe te passen om neurologische en geriatrische patiënten te ondersteunen bij het leren en verbeteren van dagelijkse bewegingen? Het project is onderverdeeld in drie werkpakketten. In werkpakket A zullen fysiotherapeuten, kennis toepassen en aanvullen en tools (door)ontwikkelen, evalueren en aanpassen (participatory user-centred design) in co-creatie met de patiënten, onderzoekers, docenten en studenten. Werkpakket B bestaat uit een procesevaluatie waarin het gebruik en de ervaringen met de nieuw opgedane kennis en ontwikkelde tools wordt geëvalueerd door fysiotherapeuten en patiënten. In werkpakket C wordt de potentiële maatschappelijke, economische en wetenschappelijke impact van de ontwikkelde kennis en tools bepaald (Business Model Canvas) en worden passende valorisatiestrategieën gekozen. De projectresultaten dragen bij aan de innovatiekracht binnen de fysiotherapie doordat zo veel mogelijk neurologische en geriatrische patiënten efficiënter en effectiever (opnieuw) leren bewegen.
In de zorg voor mensen met de ziekte van Parkinson en hun mantelzorger(s), is samenwerken tussen professionals van verschillende disciplines essentieel, maar ook samenwerken met de cliënt en zijn of haar mantelzorger. Voor een goede samenwerking zijn ook communicatieve vaardigheden en zelfregulatie belangrijk. Onlangs (2018) is een nieuw competentieprofiel opgesteld voor ParkinsonNet zorgverleners waarin de rollen samenwerken en communiceren nader zijn uitgewerkt. Professionals werkzaam met mensen met complexe problematiek in de beroepspraktijk zijn vaak nog onvoldoende voorbereid op deze vaardigheden. De kwaliteitsmonitor van ParkinsonNet laat zien dat deze vaardigheden aandacht behoeven bij zorgverleners aangesloten bij ParkinsonNet. Daarnaast blijkt dat deze professionals zelf moeilijk in actie kunnen komen om deze punten te verbeteren. Doel van dit project is directe versterking van de samenwerkingsvaardigheden van deelnemers in een regio aangesloten bij ParkinsonNet, middels een experimenteel leertraject (leerlaboratorium). Hierbinnen zal ook aandacht worden gegeven aan de vaardigheden ‘communiceren’ en ‘zelfregulatie’. Tevens willen we inzicht krijgen in een core-set van indicatoren nodig voor ter ondersteuning van een experimenteel leertraject die bijdraagt aan samenwerken, communiceren en zelfregulatie ter verbetering van kwaliteit van zorg bij complexe problematiek. Het leerlaboratorium betreft drie bijeenkomsten in een doorlooptijd van een jaar, waarbij zorgverleners, studenten, (ervarings)deskundigen en onderzoekers samenwerken en leren. De inhoud van de bijeenkomsten wordt mede ontworpen door de deelnemers en er wordt gebruik gemaakt van eigen casuïstiek. Door het samenbrengen van de verschillende disciplines, belanghebbenden en expertise verwachten we een krachtige experimentele leeromgeving te creëren die de ontwikkeling van bovengenoemde vaardigheden versterkt. Het leerlaboratorium wordt geëvalueerd middels een responsieve evaluatie: een participatieve en democratische methode waarbij kennis, ervaringen en ideeën van de diverse belanghebbenden worden betrokken. Dit beoogt – naast evaluatieresultaten over de werkzame factoren voor een dergelijk leertraject voor netwerksamenwerking in de complexe zorg – ook een leerproces op gang te brengen onder de deelnemers.
Lerarenopleidingen staan onder druk. Ze worden geconfronteerd met snelle ontwikkelingen in de samenleving en op scholen. Bovendien wordt van hen verwacht dat ze voldoende goede leraren opleiden als antwoord op het lerarentekort. De diversiteit van studenten die instromen in de lerarenopleiding is groot. Dit vraagt om flexibiliteit en maatwerk van lerarenopleidingen, zodat ze kunnen meebewegen met die ontwikkelingen. In het mbo wordt dit responsief genoemd, maar in het hbo is er nog weinig kennis over responsiviteit. De vraag die in dit promotieonderzoek centraal staat is: Hoe kan een responsief curriculum voor lerarenopleidingen in het hbo worden vormgegeven?Doel We nemen in dit promotieonderzoek een ontwerpperspectief in, omdat er nog nauwelijks ontwerpkennis is over het ontwikkelen van responsieve beroepsgerichte curricula. Het levert wetenschappelijk gefundeerde ontwerpkennis op. Met deze ontwerpkennis kunnen lerarenopleidingen in het hbo (binnen en buiten de Hogeschool Utrecht) deze, en vergelijkbare vraagstukken aanpakken. Resultaten Het beoogde resultaat is wetenschappelijke ontwerpkennis over responsiviteit van een hbo-curriculum. Daarnaast is het de bedoeling dat er een directe doorwerking ontstaat bij de betrokken lerarenopleidingen. Er zijn een aantal lerarenopleidingen van Instituut Archimedes en de opleidingsscholen waarmee zij samenwerken, direct betrokken in dit promotieonderzoek. Voor het breder valideren van de beoogde kennis participeren ook andere lerarenopleidingen in dit promotieonderzoek. Looptijd 01 februari 2020 - 31 januari 2024 Aanpak Tijdens dit promotieonderzoek werken we met een model voor ontwerpgericht onderzoek dat uit drie ontwerpstappen bestaat: 1) analyse/exploratie, 2) ontwerp/constructie en 3) evaluatie/reflectie. We ontwikkelen interventies voor een cluster van lerarenopleidingen in een longitudinaal onderzoek. Tijdens deze ontwerpstudie worden o.a. interviewstudies verricht voor het verhogen van de kwaliteit en de beoogde overdraagbaarheid. Downloads Tool: spel Flexpore! met ook de speluitleg. Podcast: Een responsief curriculum ontwikkelen, hoe doe je dat? Een podcast over Hybride leeromgevingen van Fontys Hogescholen waarin Rieke van Bemmel samen met twee andere promovendi de vraag beantwoordt. Praktijkpublicatie: Van Bemmel, R. (2022). Flexibele keuzes binnen het curriculum. Solution Rooms 2022 Blijvend vernieuwen. Uitdagingen en oplossingsrichtingen voor het hoger onderwijs van de toekomst.