Service of SURF
© 2025 SURF
From the article: Abstract Sub-chronic toxicity studies of 163 non-genotoxic chemicals were evaluated in order to predict the tumour outcome of 24-month rat carcinogenicity studies obtained from the EFSA and ToxRef databases. Hundred eleven of the 148 chemicals that did not induce putative preneoplastic lesions in the sub-chronic study also did not induce tumours in the carcinogenicity study (True Negatives). Cellular hypertrophy appeared to be an unreliable predictor of carcinogenicity. The negative predictivity, the measure of the compounds evaluated that did not show any putative preneoplastic lesion in de sub-chronic studies and were negative in the carcinogenicity studies, was 75%, whereas the sensitivity, a measure of the sub-chronic study to predict a positive carcinogenicity outcome was only 5%. The specificity, the accuracy of the sub-chronic study to correctly identify non-carcinogens was 90%. When the chemicals which induced tumours generally considered not relevant for humans (33 out of 37 False Negatives) are classified as True Negatives, the negative predictivity amounts to 97%. Overall, the results of this retrospective study support the concept that chemicals showing no histopathological risk factors for neoplasia in a sub-chronic study in rats may be considered non-carcinogenic and do not require further testing in a carcinogenicity study.
In het project ’Duurzaam vlees, natuurlijk!’ werken veehouders, keurmerken, regionale en landelijke branche- en ketenorganisaties, consumentenorganisaties en WUR samen met de vier Groene Hogescholen (Aeres, HAS, Inholland, VHL) aan een roadmap voor het meten, opwaarderen en communiceren van duurzaamheid in de veehouderij vanuit een integrale benadering. De voorliggende rapportage is het resultaat van de activiteiten in Werkpakket 1: Inventarisatie van duurzaamheidskeurmerken en logo’s in de vleesproducerende sector in Nederland, met expliciete aandacht voor blinde vlekken in het meten van duurzaamheidaspecten, ontwikkelvragen m.b.t. de communicatie richting afnemers/consumenten, en het inzichtelijk maken van de spanningsvelden. Daarbij horen ook eerste aanbevelingen voor verrijking van keurmerken t.b.v. werkpakket 2, waarbij in werkpakket 2 wordt ingezoomd op methoden, toepasbaarheid en eventuele verbindingen tussen keurmerken.