Service of SURF
© 2025 SURF
Maatschappelijke vraagstukken worden steeds nijpender. Van dementie tot klimaatverandering en corona; we hebben er als mensen, burgers, bewoners en stadsgebruikers – al dan niet door eigen ervaring – een gevoel bij. Het echt begrijpen en aanpakken van deze vraagstukken is echter lastig, want er is niet één eigenaar. Alles hangt samen, is verweven en ook nog eens veranderlijk. Overzicht krijgen en samen beslissingen nemen over noodzakelijke stappen blijkt lastig. Complexe vraagstukken raken zo verweesd. Design en meer specifiek co-design – creatief samenwerken met anderen – wordt steeds meer gezien als mogelijke aanpak voor dit soort vraagstukken en samenwerkingen omdat het kan omgaan met complexiteit en met onzekerheid, optimistisch is en onderzoekend van aard. Met een co-designaanpak kunnen we een gedeeld verlangen vinden en daarmee komen we in verbinding met elkaar. Door vervolgens samen te zoeken naar mechanismen die tot de gewenste waarden kunnen leiden, krijgen we inzichten hoe een problematische situatie te kantelen. Dat stelt ons in staat om alternatieve toekomsten te verbeelden. Die helpen ons op weg naar een betere, groenere en socialere wereld en maatschappelijke verandering.
Het TEACCH-curriculum (Mesibov, Shea, & Schopler, 2004) beschrijft autisme als een andere cultuur, zoals het de manier bepaalt waarop mensen denken, voelen en zich gedragen. In dit onderzoek heb ik dit vertaald naar ‘de wereld van autisme’. Mensen met autisme hebben ‘vertaling’ nodig om te kunnen begrijpen en begrepen te worden. Ik heb het model van de ijsberg (MCClelland) gebruikt om aan te geven dat ‘niets is wat het lijkt’. Aan het gedrag wat je ziet (de top van de ijsberg) liggen vele oorzaken ten grondslag (onder de waterspiegel). Om een leerling met autisme te kunnen ‘verstaan’, en een aansluiting te kunnen maken waar hij nodig is, moet je onder de waterspiegel kijken. Om professionals in de praktijk op het STIP VSO Utrecht deze vertaling te bieden, ben ik op zoek gegaan naar antwoord op de volgende vraag: Op welke manier kunnen de unieke behoeften, beperkingen en kwaliteiten van elke leerling met autisme en een verstandelijke beperking op het STIP VSO overzichtelijk in beeld gebracht worden, zodat deze informatie toegankelijk is voor de professionals die met deze leerlingen werken? Eén van de uitkomsten van dit onderzoek is de ontwikkeling van een pASSpoort. In de keuze voor relevante aspecten, invulling en vormgeving van dit pASSPoort heb ik, gesteund door een stevig theoretisch kader, praktijkonderzoek gedaan op vier scholen voor (V)SO-ZMLK. Op het STIP VSO Utrecht heb ik het kernteam, de leerkrachten en diverse onderwijsprofessionals, waaronder een aantal ouders van leerlingen met ASS en VB, bevraagd. Het (h)erkennen van de andere wereld, het andere (be)leven, van een leerling met ASS en VB, ondersteund door dit pASSpoort, zal veel over (of onder-)vraging, en hierdoor stress, voorkomen.