Service of SURF
© 2025 SURF
Kleding vormt de interface tussen het menselijk lichaam en de leefomgeving. Kleding geeft mensen de mogelijkheid om hun identiteit en culturele achtergrond uit te drukken. Daarnaast heeft kleding vaak een beschermende rol, vooral tegen extreme weersomstandigheden zoals hoge en lage temperatuur, neerslag, wind, zonnestraling, maar ook tegen vuil, gifgas, kogels (zogenaamde ballistische bescherming), stoten, extreme druk, explosies e.d. Soms is kleding juist nodig om de omgeving af te schermen tegen vuil dat de mens produceert, zoals bij de productie van computerelektronica. Onder kleding wordt in deze verhandeling al het materiaal verstaan dat het menselijk lichaam omhult. Globaal betreft het voor het hoofd een hoofddeksel, voor de handen handschoenen of wanten, voor de voeten sokken en schoenen. Voor het boven- en onderlijf is meer keuze beschikbaar zoals een hemd, bh, Tshirt, polo, overhemd, trui, jas, onderbroek, broek en rok. Er zijn ook kledingstukken die boven- en onderlijf omspannen zoals een jurk, overall en lange jas. Bovendien is er een grote variatie binnen een categorie kledingstukken; hierbij kan onderscheid gemaakt worden in vorm, materiaal en kleur. In het lectoraat is gekozen voor drie speerpunten van onderzoek voor kleding/mode. Deze speerpunten zijn tot stand gekomen op basis van aanwezige expertise in de kenniskring van het lectoraat, analyse van kennislacunes en een inschatting van potentieel relevante maatschappelijke ontwikkelingen.
Over eenzaamheid in verpleeghuizen is relatief weinig bekend. Het doel van deze studie is inzicht krijgen in de prevalentie van sociale, emotionele en existentiële eenzaamheid onder verpleeghuisbewoners en de samenhang tussen eenzaamheid en deelname aan activiteiten en het hebben van contacten. Data is verzameld onder verpleeghuisbewoners van zorgcentra en groepswoningen in de provincie Zeeland (N = 101; leeftijdsrange = 42 tot 103 jaar; mediaan = 83 jaar; 71% = vrouw). Sociale, emotionele en existentiële eenzaamheid zijn bevraagd, alsmede persoonsgegevens en deelname aan activiteiten en het hebben van contacten. Prevalentiecijfers van eenzaamheid zijn berekend. Regressieanalyses zijn uitgevoerd om de relatie tussen eenzaamheid en persoonsgegevens, deelname aan activiteiten en het hebben van contacten te onderzoeken. De meerderheid van de respondenten voelt zich emotioneel, sociaal en/of existentieel eenzaam. Een langere verblijfsduur in het verpleeghuis en deelname aan beweegactiviteiten hangen samen met een mindere mate van sociale eenzaamheid, maar niet met emotionele of existentiële eenzaamheid. Het aanbod aan activiteiten in het verpleeghuis is gericht op sociale eenzaamheid. Voor emotionele en existentiële eenzaamheid lijkt geen aanbod te bestaan, terwijl deze vormen van eenzaamheid vaak voorkomen in het verpleeghuis.
MULTIFILE
Deze rapportage maakt deel uit van zes rapportages die zijn opgeleverd in het WHeelchair ExercisE and Lifestyle Study (WHEELS) project. In deze rapportages worden de resultaten gepresenteerd van de Intervention Mapping (IM) stappen 1 t/m 6 in het ontwikkelen van een leefstijlapp voor rolstoelgebruikers met een dwarslaesie of beenamputatie. Deze rapportage betreft de uitwerking van IM-stap 6 waarin wordt beschreven hoe de ontwikkelde leefstijlapp is geëvalueerd in een pilotstudie.
Carboxylated cellulose is an important product on the market, and one of the most well-known examples is carboxymethylcellulose (CMC). However, CMC is prepared by modification of cellulose with the extremely hazardous compound monochloracetic acid. In this project, we want to make a carboxylated cellulose that is a functional equivalent for CMC using a greener process with renewable raw materials derived from levulinic acid. Processes to achieve cellulose with a low and a high carboxylation degree will be designed.
Size measurement plays an essential role for micro-/nanoparticle characterization and property evaluation. Due to high costs, complex operation or resolution limit, conventional characterization techniques cannot satisfy the growing demand of routine size measurements in various industry sectors and research departments, e.g., pharmaceuticals, nanomaterials and food industry etc. Together with start-up SeeNano and other partners, we will develop a portable compact device to measure particle size based on particle-impact electrochemical sensing technology. The main task in this project is to extend the measurement range for particles with diameters ranging from 20 nm to 20 um and to validate this technology with realistic samples from various application areas. In this project a new electrode chip will be designed and fabricated. It will result in a workable prototype including new UMEs (ultra-micro electrode), showing that particle sizing can be achieved on a compact portable device with full measuring range. Following experimental testing with calibrated particles, a reliable calibration model will be built up for full range measurement. In a further step, samples from partners or potential customers will be tested on the device to evaluate the application feasibility. The results will be validated by high-resolution and mainstream sizing techniques such as scanning electron microscopy (SEM), dynamic light scattering (DLS) and Coulter counter.
The pressure on the European health care system is increasing considerably: more elderly people and patients with chronic diseases in need of (rehabilitation) care, a diminishing work force and health care costs continuing to rise. Several measures to counteract this are proposed, such as reduction of the length of stay in hospitals or rehabilitation centres by improving interprofessional and person-centred collaboration between health and social care professionals. Although there is a lot of attention for interprofessional education and collaborative practice (IPECP), the consortium senses a gap between competence levels of future professionals and the levels needed in rehabilitation practice. Therefore, the transfer from tertiary education to practice concerning IPECP in rehabilitation is the central theme of the project. Regional bonds between higher education institutions and rehabilitation centres will be strengthened in order to align IPECP. On the one hand we deliver a set of basic and advanced modules on functioning according to the WHO’s International Classification of Functioning, Disability and Health and a set of (assessment) tools on interprofessional skills training. Also, applications of this theory in promising approaches, both in education and in rehabilitation practice, are regionally being piloted and adapted for use in other regions. Field visits by professionals from practice to exchange experiences is included in this work package. We aim to deliver a range of learning materials, from modules on theory to guidelines on how to set up and run a student-run interprofessional learning ward in a rehabilitation centre. All tested outputs will be published on the INPRO-website and made available to be implemented in the core curricula in tertiary education and for lifelong learning in health care practice. This will ultimately contribute to improve functioning and health outcomes and quality of life of patients in rehabilitation centres and beyond.