Service of SURF
© 2025 SURF
Leerlingbegeleiding wordt veelal omschreven als het geheel van activiteiten binnen de school, dat erop gericht is leerlingen optimaal van het onderwijs te laten profiteren. Hoewel leerlingbegeleiding gerelateerd is aan discussies over de pedagogische functie van de school (waarom en hoe onderwijzen en begeleiden we leerlingen?), wordt zij momenteel toch vooral omschreven in organisatorische termen (wie doet wat wanneer?). Vanuit het idee om meer preventief te werken wordt veelal gesproken over integratie van het onderwijssysteem en het begeleidingssysteem: geontegreerde leerlingbegeleiding of tegenwoordig ook integrale leerlingbegeleiding. In dit artikel wordt dit integratie-begrip verwarrend genoemd, zeker wanneer gesteld wordt dat onderwijs en begeleiding hetzelfde zijn. Wij spreken liever van begeleidend onderwijs als overkoepelend doel voor zowel de leerlingbegeleiding als het onderwijs in de klas. Voorgesteld wordt leerlingbegeleiding te blijven benoemen als aparte discipline in de school, maar de functie en taak daarvan te herdefinikren Het zou moeten gaan om ontwikkelingsgerichte leerlingbegeleiding, primair gericht op de ondersteuning van docenten bij het realiseren van begeleidend handelen in de klas. Begeleidend onderwijs (1) is gericht op de ontwikkeling van de sociale, persoonlijke in intellectuele vorming van alle leerlingen, (2) waardeert individuele verschillen en stimuleert de zelfverantwoordelijkheid van leerlingen en (3) vindt plaats in een schoolklimaat dat de behoeften van alle leerlingen respecteert. In dit artikel wordt aangegeven hoe ontwikkelingsgerichte leerlingbegeleiding daaraan kan bijdragen.
Wat is leerlingbegeleiding?, Hoe verhoudt leerlingbegeleiding zich ten opzichte van andere taken van de school? Hoe kan men leerlingbegeleiding verbeteren? In scholen voor secundair onderwijs leven veel vragen over leerlingbegeleiding. Vaak houden die vragen verband met de aanpak die gevolgd kan worden om op die vragen een antwoord te geven. Toepassing van nieuw geleerde - door anderen ontwikkelde - kennis blijkt vaak teleurstellend. Docenten met begeleidende taken hebben behoefte aan een aanpak waarbij hun eigen praktijkkennis erkend wordt en waarbij zij gestimuleerd worden deze praktijkkennis verder te ontwikkelen. Een aanpak die betrokkenen uitdaagt tot het denken en doen over de grenzen van hun eigen routines en gewoontes heen. Dit boek laat aan de hand van vele praktische voorbeelden zien hoe docenten en lerarenopleiders in internationale project TRIO samenwerkten om op hun vragen een antwoord te vinden. Zij gingen daarbij uit van een nieuwe, ontwikkelingsgerichte visie op leerlingbegeleiding in de vier betrokken landen (Nederland, Rusland, Amerika en Engeland). Het 'op zoek gaan' hield in: actief en onderzoeksmatig de eigen situatie in kaart brengen en systematisch nadenken over mogelijke oplossingen. De in dit boek gegeven praktische voorbeelden zijn ingebed in meer theoretische beschrijvingen van leerlingbegeleiding in de vier deelnemende landen en een meer theoretische beschrijving van de onderzoeksmatige methode om het eigen handelen in de praktijk te begrijpen en te verbeteren. Op basis van de ervaringen worden tenslotte beroepskenmerken van de begeleidende docent aan de orde gesteld.