Service of SURF
© 2025 SURF
Het Nederlandse bedrijfsleven in het tuinbouwcluster behoort tot de wereldtop. Om die koppositie vast te houden, is het van belang dat we voortdurend blijven innoveren. Met het Innovatiepact wil de Greenport de innovatiekracht van de bedrijven versterken door focus en samenwerking te stimuleren. En daarmee de concurrentiekracht van het cluster internationaal vergroten.
Greenport West-Holland en de EconomicBoard Zuid Holland werken samen aan de ontwikkeling en uitvoering van een human capitalagenda (HCA) voor de provincie en de Greenport. Hiervoor wordt in juni –juli 2019 een Human CapitalAkkoord gesloten met meerdere sectoren waaronder de Greenport. Onderdeel van het akkoord is een gezamenlijke investering in een eerste pilot (2019 –2022) met een focus op van Werk naar Werk. Greenport West-Holland heeft aan de hand van de bestaande HCA van de topsector tuinbouw & uitgangsmaterialen, Techniek pact, Groen pact, ambities van Glastuinbouw Nederland, AVAG, handel en de inbreng vanuit de mooie voorbeelden in de regio (de pareltjes), individuele ondernemers en gemeenten een samenhangend pakket van interventies uitgewerkt. Deze interventies sluiten voor een groot deel aan op de EBZ pilot doelstellingen (VET), maar niet allemaal. De interventies maken zoveel mogelijk gebruik van bestaande oplossingen (pareltjes) die versterkt en verbonden worden.
De bollenteelt staat voor een enorme uitdaging, de sector moet overgaan van een chemisch gestuurde teelt naar een duurzame, meer natuurlijke teelt. De bodem is van cruciaal belang voor de productie van een vitaal en weerbaar gewas. Een geschikte bodem voor de tulp of elk ander gewas vereist precisie microbiologie voor het verkrijgen van de juiste op het gewas afgestemde microbiologische flora van de bodem, de zgn. bodemmicrobiota. Dit vereist maatregelen zoals de input van (micro) organismen met antagonistische werking tegen ziekten en plagen, het toevoegen van groeibevorderaars zoals mycorrhiza en andere grondverbeterings- en grondbewerkingsmethoden. Om het effect van deze maatregelen te kunnen monitoren zal een “metagenomics” platform worden ontwikkeld waarmee de bodem (micro)biologie zo volledig mogelijk taxonomisch en functioneel in kaart kan worden gebracht. Dit geeft de mogelijkheid om bodemkwaliteitsindicatoren en natuurlijke gewasbeschermingsmiddelen te ontwikkelen voor het optimaal geschikt maken van de bodem voor de teelt van tulpen. De doelstelling van dit project is het verkennen van de opties om een adviessysteem te ontwikkelen op basis van de metagenomics analyse van de bodem. We willen nagaan in hoeverre meetgegevens kunnen dienen als basis voor adviezen over het in stand houden/verbeteren van de functionele bodembiodiversiteit en vaststellen wat de praktische bruikbaarheid is van de uitkomsten bij routinematig bodemonderzoek. In het project wordt de samenwerking aangegaan met verschillende partijen. In de eerste plaats worden de eindgebruikers (tulpentelers) actief betrokken bij het project. Daarnaast wordt samengewerkt met bedrijven die producten en adviezen leveren ter verbetering van de bodem. Kennisinstellingen (Naturalis en Universiteit Leiden) zorgen voor aanvulling van de aanwezige expertise. Overige organisaties zoals KAVB, Greenport Duin- en Bollenstreek en IGH BV) zijn betrokken om de kennis die het project oplevert breed te kunnen delen.
Telen zonder daglicht is gevestigd aan de Brightlands Greenport Campus Venlo middels het concept BrightBox, waar duurzame en veilige voeding centraal staan. De BrightBox is een systeem dat verticaal planten laat groeien met LED-verlichting, in een gecontroleerde klimaat met een bewaterings- en voedingsregime (telen zonder daglicht). Dit noemt met een ‘kweekreceptuur’. Botany, Citaverde en HAS zien in de praktijk de vraag naar een meer toegankelijkere variant. De huidige BrightBox groot van formaat, is bedoeld voor intensief testen. Dit is een groot nadeel voor bedrijven om laagdrempelig kennis te maken met ‘vertical farming’. De projectpartners willen een kleine variant ontwikkelen door de (grote) BrightBox te ‘downscalen’. Probleem 1: de huidige (grote) BrightBox wordt te weinig gebruikt, oorzaak hiervan is dat deze voor intensief en grootschalig gebruik is en daarmee vaak in eerste instantie ‘te duur’ wordt bevonden door bedrijven om kennis te maken met de mogelijkheden van telen zonder daglicht. Probleem 2: studenten van Citaverde en HAS en haar docent-onderzoekers maken minimaal kennis met telen zonder daglicht, echter omdat de faciliteiten groot en duur zijn in aanschaf, gebruik en onderhoud zijn. Dit leidt tot mondjesmaat kennis en ervaring opdoen. Een gevolg hiervan is dat men een zeer theoretische ervaring met telen zonder daglicht opbouwt, met een minimale beleving, met als resultaat geen praktisch toepasbaarheid van het onderwerp. Mogelijke oplossing: mini-BrightBox stelt in staat om laagdrempelig te experimenteren, te leren, te ontdekken en te onderzoeken. Doel Een kleine klimaat gereguleerde kast (mini-BrightBox) waar gewassen in kiemen en geteeld worden. Onderstaande figuur is het gewenste eindresultaat (Proof of Concept) naar een aantal voorbereidende sessies met de partners.
Zowel op Europees niveau, nationaal en regionaal niveau staat het tegengaan van voedselverspilling en het verduurzamen van de voedselproductie hoog op de agenda. In de glastuinbouwsector zijn ziekte tijdens de teelt van tuinbouwgroente in de kas en bederf tijdens opslag en verwerking een van de oorzaken van voedselverspilling én een aanzienlijke kostenpost. Ziekte en bederf leiden immers tot waardeverlies van producten, verspilling van grondstoffen en energie en tot overmatig gebruik van bestrijdingsmiddelen. Vroegtijdige detectie van ziekte met sensoren biedt de sector handelingsperspectief om verspilling te minimaliseren. Visuele of handmatige inspectie van tuinbouwgroente geeft echter slechts beperkte informatie en is arbeidsintensief. Toepassing van contactloze sensortechnologie en data-intelligentie biedt een alternatieve route voor gewasmonitoring tijdens teelt en het post-harvest-proces. Voor het verkrijgen van robuuste meetgegevens en heldere interpretatie van gewasparameters en post-harvest-productkwaliteit is doorontwikkeling van optische en elektromagnetische-veld sensoren voor detectie van ziekte en bederf noodzakelijk, inclusief vertaling naar beslissingsondersteuning voor de teler op welk moment te handelen bij detectie van plantziekte en bederf in de kas. Het RAAK-PRO-projectvoorstel ‘The Detectable Vegetable’ pakt deze uitdagingen aan met praktijkgericht onderzoek gericht op de (door)ontwikkeling van slimme sensoren en data-intelligentie om ziekte en bederf van tuinbouwgroente zo vroeg mogelijk te kunnen detecteren. Het project is een samenwerking tussen diverse lectoraten van De Haagse Hogeschool en HAS Hogeschool. De participerende (MKB) bedrijven zijn actief als telers en aanbieders/ontwikkelaars van sensoren, robotica en data-infrastructuur. Daarnaast zijn Wageningen UR en TU Delft betrokken als experts in data modelling en sensoriek. Greenport West-Holland, Tomatoworld en Innovation Quarter ondersteunen het project. Verankering van ontwikkelde kennis en kunde vindt plaats in onderwijs en lectoraten en draagt bij aan vergroting van de kwaliteit van docenten en afstudeerders. Er zullen circa 30 (docent)onderzoekers en 450 studenten in studentenprojecten, stages en afstudeeronderzoeken betrokken worden.