Service of SURF
© 2025 SURF
Het gesprek is het instrument bij uitstek van de sociaal werker. Maar wat gebeurt er eigenlijk tijdens een professioneel gesprek? De analyse van drie gesprekssituaties in dit artikel toont aan wat we daarvan kunnen leren.
Om te kunnen leren van participatieprocessen in de praktijk en op basis daarvan een bijdrage te kunnen leveren aan het verbeteren ervan richt dit onderzoek zich op de gesprekken tussen burgers en ambtenaren en de doorwerking hiervan op participatieprocessen. Centraal staat hoe in gesprekken wordt omgegaan met verschillende perspectieven en de betekenis die participanten hieraan toekennen voor het verdere verloop van een participatieproces. De doorwerking van gesprekken wordt vanuit het perspectief van burgers onderzocht. Door de verwachtingen en ervaringen van participerende burgers te onderzoeken komt naar voren hoe de wijze waarop in gesprekken wordt omgegaan met verschillende perspectieven op een vraagstuk, in hun beleving bijdraagt aan het vinden van oplossingen en draagvlak hiervoor.
De dataverzamelingsmethodiek ‘verhalen vangen’ (afgeleid is van de methodiek storytelling) die voor het project “Samenwerken met ouders: hoe doe je dat?” is gekozen, is in de praktijk een deel van de oplossing voor de soms moeizame samenwerking tussen ouders en leerkrachten. De verhalen van leerkrachten en ouders zeggen veel over de individuele beleving van de samenwerking. Analyse van de verhalen geeft inzicht in de werkzame factoren en de competenties die een leerkracht nodig heeft om met ouders samen te werken. Maar, de impact van de verhalen is groter. Door aan dit project deel te nemen hebben leerkrachten (en ouders) leren luisteren. Iets wat op het oog vanzelfsprekend en eenvoudig lijkt, bleek in de praktijk verrassend lastig. Het oprecht luisteren naar ouders bleek voor veel leerkrachten een nieuwe en leerzame ervaring. Deze aanpak heeft veel scholen aangesproken. Deze laagdrempelige manier van data verzamelen bleek voor veel schooldirecteuren, leerkrachten en ouders een eye opener. Wij merken dat de methodiek relatief arbeidsintensief en dus duur is omdat alle gesprekken tot nu toe worden opgenomen en getranscribeerd. Uit deze transcripten worden de verhalen van ouders, leerkrachten en kinderen gedestilleerd. Om te kunnen voldoen aan de vraag van scholen om getraind te worden in ‘verhalen vangen’ en dus beter luisteren, willen wij de methodiek minder arbeidsintensief maken. We willen verkennen welke mogelijkheden er zowel inhoudelijk als technisch zijn om de methodiek, met behoud van alle waardevolle gesprekstechnieken, efficiënter te kunnen aanbieden.
De mondgezondheid van veel jonge kinderen in Nederland is slecht. Vooral kinderen uit gezinnen met een lagere sociaaleconomische positie (SEP) hebben last van tandbederf (cariës) en worden onvoldoende bereikt voor preventieve mondzorg. Ouders van deze kinderen hebben vaak te weinig baat bij huidige voorlichtingsmethoden om adviezen omtrent mondverzorging, fluoridegebruik en voeding in praktijk te brengen. Ook mondzorgverleners geven aan sterk behoefte te hebben aan kennis en handvatten om het mondgezondheidsgedrag van ouders en kinderen te kunnen veranderen. In 2017 is de Uitblinkers-interventie ontwikkeld om de mondgezondheid van jonge kinderen te verbeteren. Uitblinkers is een gespreksmethodiek die ingrijpt op de onderliggende opvoeding- en gezinsfactoren die een drempel vormen voor een goede mondverzorging bij het kind. Hierbij worden wetenschappelijk-gefundeerde gesprekstechnieken toegepast en componenten gebruikt uit pedagogische interventies die effectief zijn gebleken voor de preventie van overgewicht bij kinderen. Uitblinkers is met veel enthousiasme door het mondzorgveld ontvangen en pilotonderzoek laat veelbelovende resultaten zien. Aanhoudende vragen uit het werkveld zijn of de Uitblinkers-interventie daadwerkelijk effectief is in het verbeteren van mondgezondheidsgedrag, vooral bij kinderen met lage SEP, en wat er nodig is om de interventie te kunnen uitvoeren in de praktijk. Daarnaast spraken mondzorgverleners de behoefte uit voor dezelfde interventie voor het verbeteren van voedingsgedrag. Deze aanvraag is daarom gericht op de effectevaluatie, toepassing en doorontwikkeling van de Uitblinkers-interventie. In 20 mondzorgpraktijken wordt een niet-gerandomiseerde, gecontroleerde trial uitgevoerd naar het effect van de interventie op poetsgedrag. Voorafgaand en gedurende de trial worden kwalitatieve gegevens verzameld over implementatiefactoren die de uitvoering van de interventie belemmeren of bevorderen. Daarnaast wordt co-design toegepast met ouders, mondzorgverleners en jeugdverpleegkundigen voor de doorontwikkeling van de Uitblinkers-interventie op voedingsgedrag, voor toepassing op het consultatiebureau. De vergaarde kennis is zeer relevant voor het werkveld en onderwijs om de kloof in mondgezondheid tussen verschillende SEP groepen terug te kunnen dringen.
Schizofrenie is een zeer ernstige psychiatrische aandoening (EPA). Vaak worden mensen met schizofrenie onbegrepen en vallen ze buiten de boot op maatschappelijk/sociaal gebied. Naasten worden in dit proces onherroepelijk meegenomen. De onmacht en druk die ze ervaren is vaak zeer hoog, maar mogelijkheden om hier iets aan te kunnen doen zijn er nauwelijks. Het project ‘een waan-zinnige route’ onderzoekt d.m.v. de ‘LEAP-methode’ en ‘verbindende gesprekstechnieken’ hoe gamification van deze principes (serious games) ertoe kan leiden dat naasten hun dierbare beter kunnen begrijpen en helpen. M.b.v. een haalbaarheidsonderzoek beogen we het resulterende dialoogspel ‘een waan-zinnige route’ op de markt te brengen.