Service of SURF
© 2025 SURF
Ethiek is een wezenlijk aspect van supervisieprocessen. Dit artikel bespreekt hoe morele vragen in supervisie methodisch bewerkt kunnen worden, op basis van drie vormen van morele positiebepaling. Belangrijk daarbij is het morele referentiekader van de supervisor. Vraag is of de supervisor zich daarvan bewust is en van de werking daarvan. De auteur bepleit openheid hierover naar de supervisant.
Economie en ethiek zijn onlosmakelijk aan elkaar verbonden, bedrijven en professionals hebben niet alleen een onderlinge morele verantwoordelijkheid, maar hebben ook een verantwoordelijkheid naar de wereld om zich heen. Toch stroken individuele belangen niet altijd met belangen op bedrijfsniveau en komen deze belangen weer niet per definitie overeen met wereldwijde belangen. Ethiek en economie plaatst ethiek in de context van het internationale bedrijfsleven. Daarbij is enerzijds aandacht voor ethische stromingen en wordt anderzijds ingegaan op ethiek op individueel niveau, op bedrijfsniveau en op globale schaal. In ieder hoofdstuk zijn relevante ethische thema’s methodologisch en theoretisch onderbouwd en zijn uiteenlopende opvattingen tegenover elkaar gezet. Aan het eind van ieder hoofdstuk vinden studenten een puntsgewijze samenvatting waarin de belangrijkste begrippen nog eens opgesomd worden. Deze herziene, derde editie bevat nieuwe voorbeelden en casussen die de meest recente ontwikkelingen rondom (internationale) economie, handel en ethiek aangaan, waaronder de Covid-19-pandemie, de oorlog in Oekraïne en de steeds zichtbaar wordende problematiek rondom klimaatverandering. Daarnaast heeft het boek een overzichtelijkere en verbeterde opbouw gekregen, en ligt er een grotere nadruk op de wetenschappelijke onderbouwing van toegepaste psychologie binnen het verklaren van ethisch handelen.
LINK
Het boek geeft een systematische inleiding in de ethiek van sportorganisaties en de disciplines die daarin een belangrijke rol spelen zoals sportmarketing, sportmarketingcommunicatie, sportsponsoring en sportmedia. De methode is ontwikkeld met het oog op de competenties die samenhangen met de beroepsprofielen van bachelors en masters die opleiden voor functies binnen sportorganisaties: sportmarketeers, sportmanagers, sporteventmanagers, sportcommunicatiedeskundigen en sportbeleidsmedewerkers. Inhoud: H1 Wat is ethiek? H2 Wat is sportbusinessethiek? H3 Wat mogen we van een sportorganisatie verlangen op ethisch gebied? H4 Strategische sportmarketing en ethiek H5 Tactische sportmarketing en ethiek H6 Sportmarketingcommunicatie en ethiek H7 Sportsponsoring en ethiek H8 Media, sport en ethiek H9 Stappenplan ethiek en sportbusiness H10 Debatteren over sportbusiness In Sportbusiness en ethiek worden tientallen spraakmakende cases behandeld zoals FC Barcelona en Unicef, de OMO Buitenspeelbond, de Heineken Luidsprekerhoed, Feyenoord en een grote geldschieter, SuperKicks, Nike en Maatschappelijk Verantwoord Ondernemen, het RABO Wielerplan, de Nijmeegse Wandelvierdaagse van 2006, Joey Cheek en Right To Play, Richard Krajicek en het ABN AMRO World Tennis Toernooi, etc. Auteur van deze uitgave is Jan de Leeuw, secretaris van de Businessclub Vrienden Van SPECO (BVVS) en hogeschooldocent voor ethiek aan de opleiding SPECO van FEHT. Aan deze uitgave werd meegewerkt door Mohammed Allach (MaroquiStars en VVV Venlo), Marcel Beerthuizen (TBWArand Experience Company), Sven van den Berg (Fontys SPECO), Maarten van Bottenburg (W.J.H. Mulierinstituut en Fontys SPECO), Paula Etman (Right To Play), Huub Evers (Fontys Hogeschool Journalistiek), Ronald Jeurissen (Nijenrode Business Universiteit), Jacinta Kannekens (TDL), Thijs Kemmeren (Fontys SPECO), Tessa Kocken (NCDO-Sport), Bert Nederlof (Voetbal International), Fred Peters (Nederlandse Culturele Sportbond), Marcel Sturkenboom (NOC*NSF), Carole Thate (Johan Cruyff Foundation), Wim de Vries (Fontys Economische Hogeschool Tilburg), Hans Westerbeek (La Trobe University Melbourne) en Raf Willems (Stichting 'Meer dan Voetbal') Ook SPECO-afgestudeerden waren betrokken bij de totstandkoming van dit boek: Arjen de Ruyter (20Knots), Femke Tack (Life Fitness) Wouter Takes (FC Klap), Edgar de Veer (Global Sports Communication) en Barbra Wegkamp (WP Sports Media, VI).
De vraag: ‘Zal kunstmatige intelligentie (AI) mijn werk vervangen?’ is steeds vaker te horen, specifiek ook onder artsen in ziekenhuizen. AI wordt tegenwoordig ingezet voor allerlei doeleinden in de zorg, variërend van diagnoses stellen tot opereren. De belofte is dat AI de zorg efficiënter en nauwkeuriger maakt, maar er heerst ook onzekerheid onder artsen over de impact op hun werk. Om de vaak gestelde vraag te kunnen beantwoorden of en hoe AI het werk van de arts vervangt, is inzicht nodig in wat dat werk precies inhoudt. Daarvoor introduceren we het woord ‘vakmanschap’. Vakmanschap staat voor bekwaamheid in een vak. We onderzoeken hoe AI het vakmanschap van de arts beïnvloedt en houden rekening met diverse medische specialismen en typen AI. Vervolgens maken we de vertaalslag naar hoe impact van AI op vakmanschap mee te nemen in een verantwoord ontwerp- en implementatieproces van AI. Ons consortium vertegenwoordigt de stem van de arts in ziekenhuizen, het perspectief rondom ‘vakmanschap’ en een veranderende arbeidsmarkt, het perspectief van de AI-ontwikkelaar, de methodische kennis rondom de KEM Ethiek & Verantwoordelijkheid en het mensgericht ontwerpen perspectief. Uiteindelijk beogen we zorg duurzaam te kunnen verlenen met een optimale interactie tussen arts en AI.
Journalisten die veel interactie met hun publiek hebben (zoals consumentenprogramma’s) ontvangen via diverse, vaak besloten, kanalen (Facebook Messenger, WhatsApp, e-mail, fora) een grote stroom tips en/of berichten. Radio Dabanga, bijvoorbeeld, een op Soedan gericht radiostation in Amsterdam en ook een redactie met veel publieksinteractie, krijgt alleen al via WhatsApp 500-3000 berichten per dag. Met een redactie van twee mensen kan niet alles gelezen worden. Maar zelfs als dat kon, dan kan nog niet alles geverifieerd. Het gevolg is dat berichten gemist worden, dat Dabanga-journalisten vooral zoeken naar hun al bekende afzenders, en dat zij permanent het gevoel hebben belangrijke informatie te missen, waardoor zij hun contacten tekort te doen. Dit consortium onderzoekt of data science technieken hierbij kunnen helpen. Natural language processing technieken kunnen helpen de berichtenstroom beter te structureren waardoor tips over laag-frequente onderwerpen niet over het hoofd gezien worden. Recommender systemen kunnen ingezet worden om een betrouwbaarheidsindex te ontwerpen voor tot nog toe onbekende afzenders. Het resultaat is dan minder ondergesneeuwde tips en minder ondergesneeuwde afzenders. De uitkomsten worden getest met journalistenpanels. Bij goede resultaten uit bovenstaande onderzoeken, bouwt het consortium een prototype van de Berichtentemmer: een tool die helpt berichten uit diverse kanalen per onderwerp te structureren. Daardoor kunnen journalisten hun netwerken beter en efficiënter benutten. Bij het bouwen van deze tool hoort ook dat de gebruikte algoritmen transparant moeten zijn voor de journalist en de presentatie van de resultaten niet sturend mag zijn. Het consortium bestaat daarom uit een ‘Data science’-projectgroep voor het ontwerpen en testen van de algoritmen, en uit een ‘Ethiek & design’-projectgroep voor het ontwerpen van richtlijnen over transparantie van de algoritmen en de datavisualisatie. Tenslotte is er een ontwikkelgroep bestaande uit een combinatie van studenten en professional developers. Zij bouwen het prototype.
Dit promotieproject richt zich op Conversational Agents en hun rol in de dienstverlening in het publieke domein. Geautomatiseerde vormen van communicatie komen steeds vaker voor. Dit roept vragen op over het opbouwen van relaties, vertrouwen, vormen van servicegebruik en data-ethiek.