Service of SURF
© 2025 SURF
Het doel van het dit onderzoek is om inzicht te krijgen in het gedrag van burgers in NoordNederland met betrekking tot het omgaan met ongebruikte medicijnen. Deze inzichten kunnen worden gebruikt om media-gedragsinterventies te ontwerpen die burgers stimuleren om ongebruikte medicijnen in te leveren bij een apotheek of de milieustraat. Het onderzoek is uitgevoerd door het lectoraat Transformational Media van NHL Stenden Hogeschool en maakt deel uit van het door SNN-gesubsidieerde project "Medicijnresten uit Water", een samenwerkingsproject van het Netwerk Medicijnresten uit water Noord-Nederland. Dit is een brede samenwerking van 20 partners uit de zorg-, water- en kennissector, geleid door het HANNN (Healthy Ageing Network Noord-Nederland), met als doelstelling om medicijnresten in het water te verminderen door een Mcross-sectorale samenwerking.
BackgroundTackling challenges related to health, environmental sustainability and equity requires many sectors to work together. This “intersectoral co-operation” can pose a challenge on its own. Research commonly focuses on one field or is conducted within one region or country. The aim of this study was to investigate facilitators and barriers regarding intersectoral co-operative behaviour as experienced in twelve distinct case studies in ten European countries. The COM-B behavioural system was applied to investigate which capabilities, opportunities and motivational elements appear necessary for co-operative behaviour.MethodTwelve focus groups were conducted between October 2018 and March 2019, with a total of 76 participants (policymakers, case study coordinators, governmental institutes and/or non-governmental organisations representing citizens or citizens). Focus groups were organised locally and held in the native language using a common protocol and handbook. One central organisation coordinated the focus groups and analysed the results. Translated data were analysed using deductive thematic analysis, applying previous intersectoral co-operation frameworks and the COM-B behavioural system.ResultsAmongst the main facilitators experienced were having highly motivated partners who find common goals and see mutual benefits, with good personal relationships and trust (Motivation). In addition, having supportive environments that provide opportunities to co-operate in terms of support and resources facilitated co-operation (Opportunity), along with motivated co-operation partners who have long-term visions, create good external visibility and who have clear agreements and clarity on roles from early on (Capability). Barriers included not having necessary and/or structural resources or enough time, and negative attitudes from specific stakeholders.ConclusionsThis study on facilitators and barriers to intersectoral co-operation in ten European countries confirms findings of earlier studies. This study also demonstrates that the COM-B model can serve as a relatively simple tool to understand co-operative behaviour in terms of the capability, opportunity and motivation required amongst co-operation partners from different sectors. Results can support co-operators’ and policymakers’ understanding of necessary elements of intersectoral co-operation. It can help them in developing more successful intersectoral co-operation when dealing with challenges of health, environmental sustainability and equity.
NL samenvatting: In dit verkennend onderzoek werden social engineering-aanvallen bestudeerd, vooral de aanvallen die mislukten, om organisaties te helpen weerbaarder te worden. Fysieke, telefonische en digitale aanvallen werden uitgevoerd met behulp van een script volgens de 'social engineering-cyclus'. We gebruikten het COM-B model van gedragsverandering, verfijnd door het Theoretical Domains Framework, om door middel van een enquête te onderzoeken hoe Capability, Motivational en vooral Opportunity factoren helpen om de weerbaarheid van organisaties tegen social engineering-aanvallen te vergroten. Binnen Opportunity leek sociale invloed van extra belang. Werknemers die in kleine ondernemingen werken (<50 werknemers) waren succesvoller in het weerstaan van digitale social engineering-aanvallen dan werknemers die in grotere organisaties werken. Een verklaring hiervoor zou een grotere mate van sociale controle kunnen zijn; deze medewerkers werken dicht bij elkaar, waardoor ze in staat zijn om onregelmatigheden te controleren of elkaar te waarschuwen. Ook het installeren van een gespreksprotocol over hoe om te gaan met buitenstaanders was een maatregel die door alle organisaties werd genomen waar telefonische aanvallen faalden. Daarom is het moeilijker voor een buitenstaander om toegang te krijgen tot de organisatie door middel van social engineering. Dit artikel eindigt met een discussie en enkele aanbevelingen voor organisaties, bijvoorbeeld met betrekking tot het ontwerp van de werkomgeving, om hun weerbaarheid tegen social engineering-aanvallen te vergroten. ENG abstract: In this explorative research social engineering attacks were studied, especially the ones that failed, in order to help organisations to become more resilient. Physical, phone and digital attacks were carried out using a script following the ‘social engineering cycle’. We used the COM-B model of behaviour change, refined by the Theoretical Domains Framework, to examine by means of a survey how Capability, Motivational and foremost Opportunity factors help to increase resilience of organisations against social engineering attacks. Within Opportunity, social influence seemed of extra importance. Employees who work in small sized enterprises (<50 employees) were more successful in withstanding digital social engineering attacks than employees who work in larger organisations. An explanation for this could be a greater amount of social control; these employees work in close proximity to one another, so they are able to check irregularities or warn each other. Also, having a conversation protocol installed on how to interact with outsiders, was a measure taken by all organisations where attacks by telephone failed. Therefore, it is more difficult for an outsider to get access to the organisation by means of social engineering. This paper ends with a discussion and some recommendations for organisations, e.g. the design of the work environment, to help increase their resilience against social engineering attacks. https://openaccess.cms-conferences.org/publications/book/978-1-958651-29-2/article/978-1-958651-29-2_8 DOI: 10.54941/ahfe1002203
De opkomst van True Pricing als een alternatieve benadering voor prijsstelling en kostenanalyse weerspiegelt de groeiende aandacht voor duurzaamheid en maatschappelijk verantwoord ondernemen. True Pricing integreert externe kosten, zoals milieuvervuiling en sociale impact, voor een nauwkeuriger beeld van de totale kosten van producten en diensten. Traditionele economische modellen negeren vaak deze kosten, wat de impact van de keuzes van besluitvormers en consumenten beperkt. True Pricing stimuleert eerlijker en duurzamer economisch ondernemen, wat zowel voordelen oplevert voor het milieu en de samenleving als kansen biedt voor innovatie en verbeterde besluitvorming. Consumentengedrag begrijpen is cruciaal voor het succes van True Pricing. Factoren zoals acceptatie, prijsperceptie en gedragsverandering spelen hierbij een rol. Effectieve communicatie is essentieel om consumentenbewustzijn te vergroten en bereidheid om de echte kosten van producten te betalen te stimuleren. Dit KIEM-project draagt bij aan gedragsverandering en systeemverandering door met het COM-B gedragsmodel, consumentengedrag in reactie op communicatie over True Pricing te analyseren. Door consumenten daarbij aan te moedigen bewustere keuzes te maken, wordt de weg vrijgemaakt voor een algehele systeemverandering voor prijsstelling en kostenanalyse. De focus ligt op de voedselindustrie met expertise in True Price berekeningen en een dringende vraag naar effectieve communicatie. Om deze reden zijn True Price, Source Ops, en de HvA samengekomen om praktijkgericht onderzoek te doen naar consumentengedrag en communicatiestrategieën om de overgang naar True Pricing te binnen de catering te bevorderen. Hierbij beschikken deze praktijkpartners over specifieke expertise omtrent True Pricing, communicatiestrategieën, en catering. Het onderzoek richt zich op het in kaart brengen van externe kosten, het vertalen ervan naar consumenten via verschillende communicatiemiddelen- en content, en het testen van communicatie bij aankoop van voedsel. De centrale vraag is ‘welke communicatiemiddelen- en content motiveren consumenten om de True Price van voedsel te betalen en om duurzamere koopbeslissingen te nemen?’