Service of SURF
© 2025 SURF
Andries Baart ontwikkelde de presentietheorie vanuit onderzoek naar de werkzaamheid van het oude-wijkenpastoraat. Op zoek naar de essentie van het werk van de pastores ontdekte hij dat hij ‘met verkeerde ogen’ keek; hij zocht naar problemen die door de pastores opgelost werden, hij keek of ze wel volgens een bepaald plan werkten en volgens effectief gebleken methoden. In zijn bijna duizend bladzijden tellende boek toont hij duidelijk aan dat het werk van de pastores, hoe zinvol ook, in geen enkele theorie lijkt te passen. Baart zette zich om die reden aan het ontwerpen van een nieuwe theorie: een theorie van de presentie. Baart heeft een theorie willen ontwerpen die vaststelt wat de betekenis is van ‘er te zijn’ voor iemand (Baart 2001).
Baarts presentiebenadering is even inspirerend voor de professionele beroepspraktijk als problematisch in haar theoretische grondslagen. In deze benadering bestaat een fundamentele morele spanning tussen gebroken waardigheid als het kernprobleem van armoede en het goede leven als de overkoepelende oplossing hiervoor. In deze spanning interfereren drie verschillende culturele onderstromen: een optimistisch Griekse, een radicaal christelijke en een gematigd humanistische onderstroom. Terwijl Baart in zijn magnum opus nadrukkelijk stelt dat presentiebeoefenaars het goede oftewel het gelukkige leven centraal behoren te stellen, poneert dit artikel dat de praktijken en paradoxen van de presentiebeoefening beter kunnen worden begrepen als het herstellen van waardigheid.