Service of SURF
© 2025 SURF
Cliëntgecentreerde zorg vormt binnen de Nederlandse gezondheidszorg een belangrijk thema, dat in de praktijk niet eenvoudig uit te voeren blijkt. Ook het multidisciplinaire pijnteam van Adelante te Hoensbroek wil cliëntgecentreerde zorg verder vorm geven in de dagelijkse praktijk. Bij cliëntgecentreerde zorg bepalen niet de zorgverlener en het beschikbare aanbod de inhoud van de zorg, maar wordt in samenspraak met de cliënt gekeken naar wat de cliënt in zijn situatie en met zijn mogelijkheden nodig heeft. Uit onderzoek in de thuiszorg is naar voren gekomen dat de professionals voor cliëntgecentreerde zorg over een aantal specifieke competenties moeten beschikken, namelijk het zorgproces uitvoeren in dialoog, bevorderen cliëntparticipatie en omgaan met spanningsvelden. Bij de competentie ‘Zorgproces in dialoog’ is samenwerking met de cliënt en gezamenlijke besluitvorming van belang; bij het ‘Bevorderen van cliëntparticipatie’ ondersteunt en motiveert de zorgverlener de cliënt om deel te nemen aan het zorgproces en bij het ‘Omgaan met spanningsvelden’, ten slotte, kan de professional omgaan met organisatorische en persoonlijke grenzen en met ethische dilemma’s.
In samenwerking met het werkveld en Saxion is een hulpmiddel ontwikkeld die cliënten ondersteuning moet bieden bij het structureren van de dag. De dagstructuur is hiervoor gedigitaliseerd en zichtbaar gemaakt met behulp van een planbord. Deze presentatie biedt een overzicht van de onderzoeksactiviteiten die gedaan zijn binnen diverse pilots, met als doel het planbord te optimaliseren en te implementeren binnen het zorgproces.
MULTIFILE
Voor zorgprofessionals die met kinderen met overgewicht werken, zoals kinderdiëtisten en -fysiotherapeuten, is het moeilijk om optimale ondersteuning te bieden aan deze kinderen en hun ouders. Dit heeft te maken met de multifactoriële aard van overgewicht, de beperkte vergoede behandeltijd en de benodigde tijd die leefstijlverandering vraagt. Een waardevolle toevoeging voor de huidige zorgpraktijk zou een mHealth-applicatie zijn die zowel voor kinderen en ouders als de professionals ondersteunend werkt bij het ontwikkelen en adopteren van een duurzaam gezondere levensstijl door kinderen. Door deze ‘blended care’ aanpak te ontwikkelen wil De Haagse Hogeschool, DIO Agency, Lijfstijl Diëtisten en TiM Fysiotherapie bijdragen aan het stabiliseren of reduceren van overgewicht van kinderen. Dergelijke leefstijlinterventie-ondersteunende applicaties bestaan al voor volwassenen, maar nog niet voor kinderen in de basisschoolleeftijd. Er bestaan wel enkele stand-alone applicaties voor deze doelgroep. De Supereters app van DIO Agency is hier een voorbeeld van. Deze app is de afgelopen jaren, in samenwerking met studenten Voeding & Diëtetiek van HHS, gevuld met evidence-based leefstijl informatie. Zorgprofessionals hebben deze app positief geëvalueerd voor integratie in gecombineerde leefstijlinterventies. In dit project willen we gezamenlijk onderzoeken hoe de reguliere zorgaanpak door digitale ondersteuning verrijkt kan worden tot een blended care aanpak. Dit doen wij door in een iteratief cocreatie proces met kinderen, ouders en zorgprofessionals informatie over de wensen, behoeften en leefwereld van de verschillende gebruikers, inhoudelijke kennis over leefstijl en gedragsverandering en technische en ethische randvoorwaarden, te integreren in de Supereters app en blended care aanpak. Hiermee leggen we een goede basis voor het implementeren van de applicatie in de zorgpraktijk en het evalueren van de effecten daarvan in een opvolgend project. Daarnaast krijgt een toekomstige generatie ontwerp- en zorgprofessionals hands-on ervaring met het cocreëren van eHealth oplossingen door te participeren in dit project.
Het gebruik van technologische toepassingen om zorg op afstand te geven aan patiënten in de GGZ neemt gestaag toe. Behandelaren en patiënten voeren gesprekken via een webcam, patiënten kunnen steeds vaker hun dossier online inkijken en behandelingen kennen online modules die gecombineerd worden met reguliere zorg (blended care). Technologie krijgt hierdoor een toenemende rol in het zorgproces, maar de gevolgen voor de kwaliteit van de patiëntenzorg zijn niet bekend. Zo is er nog weinig onderzoek gedaan naar de effecten van online modules in relatie tot reguliere zorg. Ook hebben zorgprofessionals vragen over de consequenties van het openstellen van het dossier. Voor zorgprofessionals en patiënten is het dan ook nog niet altijd helder hoe zij om willen of moeten gaan met technologie. Het gebruik van technologische toepassingen om zorg op afstand te geven, kan zowel positieve als negatieve effecten hebben op de kwaliteit van zorg. Voor professionals en patiënten is het belangrijk dat de negatieve gevolgen vermeden worden en de positieve gevolgen doelgericht ingezet kunnen worden. In dit project wil een samenwerkingsverband van zorg- en kennisinstellingen o.l.v. Windesheim een langlopende onderzoekslijn van praktijkgericht onderzoek inrichten. We leveren hiervoor drie projectresultaten: een beschrijving van actuele dilemma´s in het kader van de handelingsverlegenheid van professionals bij de implementatie van blended behandeling en het openstellen van dossiers in de dagelijkse GGZ-praktijk (1). Een verkenning van mogelijke oplossingsrichtingen, waarbij bestaande zorgpraktijken, zowel best practices als ervaringen met hindernissen, dienen als leidraad (2). En de aanzet tot vervolgonderzoek, op basis waarvan de genoemde oplossingsrichtingen verder uitgewerkt worden (3). Participatie van alle betrokkenen, zowel patiënten als zorgprofessionals, staat hierbij voorop. In het derde projectresultaat, de aanzet voor het vervolgonderzoek, wordt een methodologisch raamwerk voor de onderzoekslijn ontwikkeld. Participatie komt in de samenstelling van de projectgroep al duidelijk naar voren.
Er is momenteel een enorme groei op het gebied van consumentenproducten om activiteiten en bewegingen te meten; zowel voor de fitnessindustrie (bv. Fitbit, Jawbone) als in de gaming wereld (bv Kinect, Wii). Bedrijven op het gebied van zorgtechnologie vragen zich af of zij producten en diensten kunnen ontwikkelen op basis van deze technologie. In dit project richten we ons specifiek op de vraag van de bedrijven of met deze producten het valrisico van ouderen kan worden ingeschat. De incidentele metingen in een klinische omgeving kunnen dan worden vervangen door continue metingen in het dagelijks leven. Het onderzoek dat wordt uitgevoerd betreft het bepalen van de nauwkeurigheid, robuustheid en acceptatie van technologie om in realistische omgevingen (hier: woonomgeving en ziekenhuisom-geving) de bewegingskenmerken van ouderen te meten. Het onderzoek wordt ingericht rond de onderzoeksvraag: Hoe kunnen technologieën voor bewegingsregistratie die zich hebben bewezen in een labsetting worden ingezet in de woonomgeving en in het ziekenhuis, ten behoeve van het inschatten van val-risico bij ouderen? Het onderzoek zal worden uitgevoerd in twee parallel lopende cases: valrisico meten in de woon-omgeving en valrisico meten in het ziekenhuis. In beide gevallen wordt een living lab aanpak ge-volgd: de technologische oplossingen van de MKB worden op iteratieve wijze, in de praktijk , be-studeerd en verder ontwikkeld. Ook de inbedding van de technologie in het zorgproces wordt in het onderzoek meegenomen. De kennis die wordt opgedaan zal worden gebruikt door de participerende MKB in nieuwe pro-ducten en diensten. Het onderzoek wordt uitgevoerd door een multidisciplinair team bestaande uit de Hogeschool van Amsterdam (Domein Digitale Media en Creatieve Industrie en Domein Gezond-heid), de Vrije Universiteit (Bewegingswetenschappen), het AMC (Geriatrie), zorgaanbieders Cor-daan en Amsta en de participerende MKB. De resultaten zullen worden gepresenteerd op twee publieke seminars, in vakbladen en op we-tenschappelijke conferenties.