Service of SURF
© 2025 SURF
The Steenbreek program is a private Dutch program which aims to involve citizens, municipalities and other stakeholders in replacing pavement with vegetation in private gardens. The Dutch approach is characterized by minimal governmental incentives or policy, which leaves a niche for private initiatives like Steenbreek, that mainly work on behavioural change. The aim of this paper is to build a model based on theory that can be used to improve and better evaluate depaving actions that are based on behavioural change. We tested this garden greening behaviour model in the Steenbreek program. The main result is that the model provides an understanding of the ‘how and why’ of the Steenbreek initiatives. Based on this we are able to provide recommendations for the improvement of future initiatives. Steenbreek covers a wide range of projects that together, in very different ways, take into account elements of the theoretical framework; either more on information factors, or on supporting factors, sometimes taking all elements together in a single action. This focus is sometimes understandable when just one element is needed (e.g., support), sometimes more elements could be taken into account to be more effective. If a certain element of the framework is lacking, the change of behaviour will not (or will only partly) take place. The model also gives insight into a more specific approach aimed at the people most susceptible to changing their behaviour, which would make actions more effective.
MULTIFILE
Gastredacteur van het themanummer 'Curious Minds - Kunsteducatie' van het tijdschrift Cultuur+Educatie
Mensen wie het vanwege langdurige stress niet lukt om aan een oplossing te werken, kunnen baat hebben bij extra ondersteuning die gericht is op het versterken of tijdelijk vervangen van deze cognitieve capaciteiten. Psycho-educatie is zo ’n vorm van ondersteuning. Het doel van psycho-educatie is om mensen bewust te maken van de invloed die stress op hun leven heeft, zodat ze samen met hun coach op zoek kunnen gaan naar manieren om ondanks de stress te werken aan een oplossing. Deze oplossingen kunnen hele simpele strategieën zijn, zoals herinneringen in je telefoon, zodat je je afspraken niet meer vergeet. Het doel van psycho-educatie is niet in eerste instantie het wegnemen van stress bronnen, maar het beter kunnen omgaan met de stress, zodat men in het hier en nu kan werken aan een lange termijn oplossing. In voorliggende implementatiegids is uitgewerkt hoe psycho-educatie bij financiële problemen kan worden ingezet. Er wordt beschreven uit welke stappen psycho-educatie bestaat, wat de eerste ervaringen zijn van cliënten en professionals en welke tips helpen bij implementatie. Hierbij wordt gebruik gemaakt van een uitgebreidere uitwerking van de principes van psycho-educatie die te vinden is in het boek Stress-sensitief werken (Jungmann, Wesdorp & Madern, 2020).
MULTIFILE
Aanleiding Pedagogisch medewerkers in de kinderdagopvang nemen een actieve, stimulerende en ontwikkelingsgerichte rol in wanneer ze binnen zijn met de kinderen. Maar eenmaal buiten verandert dat in een meer passieve, toezichthoudende rol. Een mogelijke oplossing om het gebruik van de buitenruimte als pedagogische ruimte te verbeteren, is de inzet van 'groene experts'. Dit zijn mensen met een rijke ervaring op het vlak van natuur. Verder hebben zij ervaring met jonge kinderen als ouder of door (vrijwilligers)werk. Doelstelling Het project beoogt het pedagogisch handelen van de pedagogisch medewerkers in de buitenruimte te professionaliseren, door de inzet van getrainde vrijwilligers die als 'groene experts' de pedagogisch medewerkers ondersteunen. De samenwerking met 'groene experts' moet de veranderingen in denken en doen bij pedagogisch medewerkers in kaart brengen ten aanzien van risicovermijding en exploratiemogelijkheden voor kinderen in de buitenruimte. Het project wil bovendien de inzet van 'groene experts' optimaliseren door succeservaringen en knelpunten te identificeren en zo tot een goed werkend format voor kinderdagverblijven komen. Beoogde resultaten Het concrete resultaat van dit project is een handboek voor kinderdagverblijven met daarin een model, praktijkverhalen en aanbevelingen. Verder levert het project voor de kinderdagverblijven kennis, inzicht en handelingsbekwaamheid op. Voor het lectoraat Natuur & Ontwikkeling Kind van Hogeschool Leiden en het Instituut voor Ecologische Pedagogiek van Hogeschool Utrecht biedt het project wetenschappelijke en beroepsmatige kennisontwikkeling. Er worden vier voorbeeldlocaties ingericht die worden beschreven in een vakpublicatie en zijn te bezoeken door professionals in de kinderdagopvang. Het traject levert minimaal één wetenschappelijke publicatie en/of presentatie op.
Achtergrond: Pleinen in kwetsbare wijken die zowel speel/beweeg/ontmoetingsvriendelijk als klimaatadaptief zijn, dragen bij aan het verkleinen van gezondheidsverschillen. Gemeenten worstelen echter met hoe zij pleinen op deze manier kunnen inrichten en hoe gemeentelijke professionals uit het fysieke en sociale domein hierbij met elkaar en met andere partijen kunnen samenwerken. Vraagarticulatie: Gemeentelijke en andere publieke professionals hebben behoefte aan: a. Inzicht in speel/beweeg/ontmoetingsvriendelijkheid en klimaatadaptief vermogen van pleinen en een eenvoudige manier om deze in kaart te brengen b. Inzicht in het functioneren van geïmplementeerde klimaatadaptieve maatregelen op het gebied van zowel speel/beweeg/ontmoetingsvriendelijkheid als klimaatadaptatie c. Richtlijnen voor een integrale en participatieve aanpak, waarbij gemeentelijke professionals uit het fysieke en sociale domein gedurende het hele proces met elkaar en met andere organisaties en wijkbewoners samenwerken. d. Toetsbare ontwerprichtlijnen voor een speel/beweeg/ontmoetingsvriendelijke en klimaatadaptieve (her)inrichting van pleinen Hoofdvraag: Hoe kunnen gemeentelijke professionals uit het fysieke en sociale domein samen met alle betrokken partijen (scholen, woningcorporaties, wijkbewoners etc.) pleinen in kwetsbare wijken zowel speel/beweeg/ontmoetingsvriendelijk als klimaatadaptief maken? Aanpak: Op 6 pleinen in Groningen, Assen en Rotterdam wordt samen met de betrokken partijen onderzoek gedaan. Hiertoe wordt gebruik gemaakt van de doorontwikkelde ClimateHealthCafé-methode, een participatieve methodiek voor het in kaart brengen van zowel klimaatadaptatief vermogen als speel/beweeg/ontmoetingsvriendelijkheid. Resultaten: 1) pleinscorecard om speel/beweeg/ontmoetingsvriendelijkheid en klimaatadaptatief vermogen op een eenvoudige manier te scoren; 2) (doorontwikkelde) database ClimateScan met meetgegevens op het gebied van spelen/bewegen/ontmoeten en klimaatadaptatie; 3) concrete richtlijnen voor een integrale en participatieve aanpak; 4) toetsbare ontwerprichtlijnen; 5) (doorontwikkelde) ClimateHealthCafé-methode met hoge participatie van Quadruple Helix-partners. Consortium: Hanzehogeschool Groningen, Hogeschool Rotterdam, gemeente Groningen, gemeente Assen, gemeente Rotterdam, GGD Groningen, GGD Rotterdam-Rijnmond, woningcorporaties Lefier, De Huismeesters, Actium en Woonstad, basisscholen het Karrepad, St. Fransiscusschool en de Blijvliet, Floreshuis, Buurt- en Speeltuinwerk Rotterdam, Vereniging van Groninger Gemeenten, Waterschap Hollandse Delta, IVN Natuureducatie, Donker Groep en PolyCiviel.
Contextrijke schoolomgevingen bieden talrijke mogelijkheden voor sociale interactie, direct fysiek contact met de omgeving, en natuurlijke voorwerpen om te onderzoeken. SBO Arcadia is onlangs begonnen met de herinrichting van de openbare ruimte rondom de school met de aanleg van een moestuin (permacultuur). De school wil verder investeren in vergroening door de aanleg van een Tiny Forest en daarbij een tweeledige verdiepingsslag maken. Leerkrachten willen educatie in, met en over de natuur op basis van de ‘Harmony principes’ vakoverstijgend inbouwen in hun onderwijs. Het met leerkrachten ontwikkelen van een leerproces dat gebaseerd is op een diepgaand begrip van, en verbondenheid met de natuurlijke wereld zal leerlingen uitrusten met vaardigheden die ze nodig hebben om duurzamer te leven. Daarnaast wil de school de betrokkenheid van buurtbewoners vergroten door hun expertise in te zetten in vernieuwing van het onderwijsprogramma richting een community school en het onderhouden van het groen. Het team van SBO Arcadia wil hun innovatievermogen vergroten en heeft de volgende vraag bij Zuyd Hogeschool neergelegd: “Hoe kunnen de contextrijke schoolomgeving en de expertise van buurtbewoners optimaal ingezet worden voor natuur-gebaseerd leren in een Collaborative Community Education Model (CCEM), waarbij aantoonbaar aan de leerdoelen van het onderwijsprogramma wordt bijgedragen en het innovatievermogen van leerkrachten vergroot wordt?” Deze KIEM-aanvraag draagt bij aan een innovatief onderwijsmodel (CCEM) waarbij de context-specifieke implementatie van natuur-gerelateerd basisonderwijs en het vergroten van het innovatievermogen van leerkrachten centraal staat. Het bestaande samenwerkingsverband tussen Zuyd Hogeschool, SBO Arcadia, Taco Blom permacultuur en W.E. Projects wordt vernieuwd, verstevigd en uitgebreid met GeoActive BV, Moestuinman en buurtbewoners om vernieuwend onderwijs vorm te geven, leeropbrengsten te expliciteren en de openbare ruimte te onderhouden. Zowel leerkrachten (professionals) als betrokken partners zullen belangrijke gebruikers van het eindresultaat zijn waarbij onze aanpak als voorbeeldmethode dient voor andere scholen.