project

Spatial Narratives


Purpose

Met Spatial Narratives ontwikkelt Maarten Overdijk scenario’s voor ruimtelijk ontwerpend onderzoek in Extended Reality. Hij organiseert een ontwerpstudio waarin wordt geëxperimenteerd met XR-tools en verhalende ontwerpmethoden naar aanleiding van ruimtelijke vraagstukken uit het onderwijs en werkveld van HKU Design.


Description

Postdoconderzoek project Spatial Narratives

De praktijk van de ruimtelijk ontwerper is onder invloed van technologische ontwikkelingen sterk aan het veranderen. Op het grensvlak van het fysieke en het virtuele ontstaan nieuwe ruimtelijke vraagstukken en nieuwe mogelijkheden voor ruimtelijk onderzoek en ontwerp.

Denk aan vraagstukken over openbare ruimte en social design, welzijn en interieur, storytelling en navigatie. Ruimtelijk ontwerpers staan voor de uitdaging om hierop te reflecteren en ideeën te ontwikkelen voor de ontworpen omgeving van de toekomst. Het postdoc-onderzoeksproject Spatial Narratives onderzoekt de inzet van Extended Reality (XR) om dit te doen.

In de afgelopen jaren zijn verhalende ontwerpmethoden ontwikkeld die verbeelding en kritische reflectie als uitgangspunt nemen in ruimtelijk ontwerpend onderzoek. Deze methoden stimuleren de verbeelding, helpen de ontwerper om zich in (hypothetische) situaties te verplaatsen en om gebruikers bij het ontwerpproces te betrekken.

Extended Reality biedt ontwerpers hierbij nieuwe kansen: de mogelijkheid om te experimenteren met immersieve interacties en representaties van ruimte maakt XR bij uitstek geschikt om aspecten van de ontworpen omgeving in een ervaarbare vorm te verbeelden en vanuit een directe, lichamelijke ervaring te verkennen.

Met Spatial Narratives ontwikkelt Maarten Overdijk scenario’s voor ruimtelijk ontwerpend onderzoek in Extended Reality. Hij organiseert een ontwerpstudio waarin wordt geëxperimenteerd met XR-tools en verhalende ontwerpmethoden naar aanleiding van ruimtelijke vraagstukken uit het onderwijs en werkveld van HKU Design.

Kennis op het grensvlak van ruimtelijk ontwerp, omgevingspsychologie en game design wordt bij elkaar gebracht in een onderbouwd conceptueel kader. De scenario’s schetsen nieuwe mogelijkheden in het ontwerpproces van de ruimtelijk ontwerper en bieden praktische handvatten voor de ontwerppraktijk.


Ontwerpstudio


Onderwijs en onderzoek zijn in het project op verschillende manieren met elkaar verweven. Centraal in deze verwevenheid staan de activiteiten van de ontwerpstudio. Gedurende het postdocproject worden docenten en studenten uitgenodigd om kennis te maken met de scenario’s-in-ontwikkeling om toepassingen voor de onderwijspraktijk te verkennen.


Casuïstiek vanuit het onderwijs (en werkveld) vormt het vertrekpunt. Hierbij is het belangrijk om een gemeenschappelijke doelstelling en taal te borgen. Het scenario speelt hier een rol als boundary object (Star & Griesemer, 1989): het beschrijft een praktische vorm die kan worden toegepast in het onderwijs en functioneert tegelijkertijd als tool in het onderzoek. Het ondersteunt daarmee dialoog en uitwisseling tussen onderwijs en onderzoek.


Samenwerking

Vanuit de ontwerpstudio legt het project een verbinding van het lectoraat naar het bachelor- en masteronderwijs, en vice versa, en speelt het in op vragen en behoeftes die aan beide kanten leven. De postdoc levert een concrete bijdrage aan de ontwikkeling van het curriculum van de opleidingen Spatial Design (BA) en Interior Architecture (MA).

Daarnaast draagt de postdoc bij aan ontwikkeling van het onderwijsprogramma van de minoren Spatialisation Design en Extended Reality. Onderzoeksresultaten vloeien op deze manier vanuit de ontwerpstudio terug naar de onderwijspraktijk, waarmee studenten niet alleen worden voorbereid op hun toekomstige beroepspraktijk, maar er ook mede-vormgevers van zijn.


Meer informatie

Wil je meer weten over het postdoc-onderzoeksproject Spatial Narratives? Neem dan contact op met Maarten Overdijk via maarten.overdijk@hku.nl


Products

5
    product

    How to bring a technical artefact into use

    In order to understand how technical artifacts are attuned to, interacted with, and shaped in various and varied classrooms, it is necessary to construct detailed accounts of the use of particular artifacts in particular classrooms. This paper presents a descriptive account of how a shared workspace was brought into use by a student pair in a face-to-face planning task. A micro-developmental perspective was adopted to describe how the pair established a purposeful connection with this unfamiliar artifact over a relatively short time frame. This appropriation was examined against the background of their regular planning practice. We describe how situational resources present in the classroom—norms, practices, and artifact —frame possible action, and how these possibilities are enacted by the pair. Analysis shows that the association of norms and practices with the technical artifact leads to a contradiction that surfaced as resistance experienced from the artifact. This resistance played an important part in the appropriation process of the pair. It signaled tension in the activity, triggered reflection on the interaction with the artifact, and had a coordinative function. The absence of resistance was equally important. It allowed the pair to transpose or depart from regular procedure without reflection.

    PDF

    How to bring a technical artefact into use
    product

    Monuments and Mental Maps

    In 1960 Kevin Lynch analysed the ‘city-image’ in The Image of the City; seven years later American artist Robert Smithson surveyed the suburb of Passaic in ‘A Tour of the Monuments of Passaic, New Jersey’. Both approaches use narrativity as an instrument to connect urban space with the lived experience of its users. Where Kevin Lynch analyzes the visual perception and mental representation (‘imageability’) of the postwar American metropolis, Robert Smithson explores the temporality of its peripheral terrain vague. Where Kevin Lynch frames his inquiry within then-current conventions of perception and cognition, Robert Smithson rejects these conventions precisely because they do no justice to his experience of the suburb and offer him no method to analyze or describe it. In his analysis, there is no coherent map of the territory, no mental representation to consult. How does Smithson’s practice relate to the paradigm of ‘imageability’? What is being narrated, and how does narrativity operate? By juxtaposing the two approaches this text reflects on some ideas and issues that surround a narrative analysis of urban landscape.

    PDF

    Monuments and Mental Maps
    product

    De verkenners van creatief vermogen

    Je kan eenvoudig vaststellen: creativiteit is hot. Overal om ons heen zien we initiatieven en projecten om creativiteit in het basisonderwijs te stimuleren. Soms vanuit een breed opgezet samenwerkingsverband, soms als het initiatief van een individuele leerkracht.Toch krijgt onderwijs gericht op het stimuleren van creativiteit in de praktijk nog relatief weinig uitwerking. Leerkrachten zien weliswaar veelal het belang ervan, maar ze ervaren binnen hun programma’s nog niet altijd voldoende ruimte en gelegenheid om er iets mee te doen. De leerlingen, op hun beurt, zijn er vaak nog niet aan gewend om hun creativiteit op school in te zetten.In dit essay geven we een stem aan een aantal verkenners van creatief vermogen - leerkrachten in de onderbouw, de middenbouw en de bovenbouw. Samen met hen zijn we de klas ingegaan om ter plekke van hun aanpak te leren. Welke werkvormen gebruiken zij? Welke leermiddelen worden er ingezet? Hoe geven zij invulling aan hun rol als leerkracht? Kortom, hoe pakken zij het aan?

    PDF

    De verkenners van creatief vermogen


Project status

Finished

Start date

End date

Region

Not known