Dienst van SURF
© 2025 SURF
Dit rapport is tot stand gekomen door een samenwerking tussen het lectoraatTalentontwikkeling in het Hoger Onderwijs en Samenleving met hetHanze Honours College. De inhoud uit het evaluatierapport vormt een toelichting op de infographics uit het jaar 2023 en over de studiejaren 2021 t/m 2023.
Een motiverende leeromgeving binnen het vakgebied LO staat misschien wel op gespannen voet met het geven van cijfers. In een promotieproject wordt momenteel onderzocht wat de invloed is van beoordeling bij LO op de motivatie van leerlingen.
Unhealthy eating behaviors and low levels of physical activity are major problems in adolescents and young adults in vocational education. To develop effective intervention programs, more research is needed to understand how different types of motivation contribute to health behaviors. In the present study, Self-Determination Theory is used to examine how motivation contributes to dietary and physical activity behaviors in vocational students. This cross-sectional study included 809 students (mean age 17.8 ± 1.9 years) attending vocational education in the Netherlands. Linear multilevel regression analyses were used to investigate the association between types of motivation and dietary and physical activity behaviors. Amotivation was negatively associated with breakfast frequency and positively associated with diet soda consumption and high-calorie between-meal snacks. A positive association was found between autonomous motivation and water intake, breakfast frequency, fruit intake, and moderate-to-vigorous physical activity. Autonomous motivation was negatively associated with the consumption of unhealthy products. Controlled motivation was not associated with physical activity or dietary behaviors. Different types of motivation seem to explain either healthy or unhealthy dietary behaviors in vocational students. Autonomous motivation, in particular, was shown to be associated with healthy behaviors and could therefore be a valuable intervention target.
Naar schatting circa 250.000 jongeren en jongvolwassenen in Nederland met een licht verstandelijke beperking (12-30 jaar, IQ 50-85) denken en leven anders dan Nederlanders met een gemiddelde intelligentie. In een samenleving waarin concreet maken of verbouwen nauwelijks meer voorkomt, maar gericht is op diensten zijn ze in het nadeel. Ze hebben vaker een historie van falen op veel levensdomeinen en hebben in een steeds ingewikkelder wordende samenleving vaak hun leven lang zorg en begeleiding nodig. De huidige methodieken die door de hulpverlening worden gebruikt zijn volgens de beroepspraktijk ontoereikend. Ook HBO instellingen weten vooralsnog onvoldoende hoe zij studenten kunnen opleiden en voorbereiden om te werken met deze doelgroep. Hulpverleners en leerkrachten die deze jongeren en jongvolwassenen begeleiden en behandelen in de zorg en het onderwijs worden mede daarom vaak geconfronteerd met zeer ernstige agressie en crimineel gedrag. Dit leidt binnen instellingen en scholen vaak tot veel inzet van middelen en maatregelen en soms verwijdering van jongeren en cliënten. Deze aanvraag is erop gericht een nieuwe evidence-based vorm van begeleiding en behandeling voor jeugdigen en jong-volwassenen met een LVB in instellingen en binnen het speciaal onderwijs te ontwikkelen. Deze methodiek is gericht op het voorkomen van overschatten en overvragen en het verminderen agressie en crimineel gedrag, teneinde de ontwikkeling van levensvaardigheden en toekomstige integratie en participatie in de samenleving te verbeteren. Met drie hogescholen, twee universiteiten, beide Landelijke Kenniscentra LVB- en de Borg en met inzet van een groot aantal professionals, cliënten uit drie instellingen en scholen voor voortgezet speciaal onderwijs, alsmede drie HBO-instellingen willen we met dit onderzoek, dat voortborduurt op voortschrijdend inzicht van vijf succesvolle Raak Publiek-projecten, een volgende stap zetten. Die stap moet ook in de toekomst alle Nederlandse kenniscentra, scholen en instellingen die zorg dragen voor kinderen en jongvolwassenen met LVB en het HBO met elkaar verbinden.