Dienst van SURF
© 2025 SURF
A book for those who want to tackle professional writing, focusing on literary writing at all levels and in all genres. Writing in the Raw has proven to be a controversial book since its publication in 2003 due to its numerous unconventional thoughts about writing and unorthodox theories , tips and exercises - all of which undermine the myth of authorship. The book is widely used by writers and in writing courses.
Voor de International Conference on Artistic Research in Den Haag van de SAR schreven het artikel 'Writing as Research as Writing' als bijdrage aan het programmaboek.
This conversation between Geert Lovink and Nikita Lin reflects upon our inner experiences within the global networked digital cultures. It explores the tactics, aesthetic and political, in response to the breakdowns brought by digital platforms and the possibility of creating new beginnings through persistent engagement in writing and publishing. Since 2004 Lovink is heading the Institute of Network Cultures at the Amsterdam University of Applied Sciences and is Art and Network Cultures Professor of Art and Network Cultures at University of Amsterdam’s Art History Department. The conversation takes as point of departure Lovink’s three recent books: Sad by Design: On Platform Nihilism, Stuck on the Platform: Reclaiming the Internet, and Extinction Internet: Our Inconvenient Truth Moment. Over the past 30 years, Lovink has been experimenting with the networks and the internet in his writing by developing a distinct style that dig into essays, interviews, aphorisms, sloganisms, and memes. This includes critical concepts that he has developed-such as ‘tactical media,’ ‘net criticism,' ‘sad by design,’ and ‘internet extinction’ – that people recognize, find useful and ready to apply to their own activities. For Geert Lovink, the fascinating question with writing is how to capture fast-changing real-time phenomena which means not only documenting but also leaving room for anticipation.
Aanleiding Nieuwsuitgeverijen bevinden zich in zwaar weer. Economische malaise en toegenomen concurrentie in het pluriforme medialandschap dwingen uitgeverijen om enerzijds kosten te besparen en tegelijkertijd te investeren in innovatie. De verdere automatisering van de nieuwsredactie vormt hierbij een uitdaging. Buiten de branche ontstaan technieken die uitgeverijen hierbij zouden kunnen gebruiken. Deze zijn nog niet 'vertaald' naar gebruiksvriendelijke systemen voor redactieprocessen. De deelnemers aan het project formuleren voor dit braakliggend terrein een praktijkgericht onderzoek. Doelstelling Dit onderzoek wil antwoord geven op de vraag: Hoe kunnen bewezen en nieuw te ontwikkelen technieken uit het domein van 'natural language processing' een bijdrage leveren aan de automatisering van een nieuwsredactie en het journalistieke product? 'Natural language processing' - het automatisch genereren van taal - is het onderwerp van het onderzoek. In het werkveld staat deze ontwikkeling bekend als 'automated journalism' of 'robotjournalistiek'. Het onderzoek richt zich enerzijds op ontwikkeling van algoritmes ('robots') en anderzijds op de impact van deze technologische ontwikkelingen op het nieuwsveld. De impact wordt onderzocht uit zowel het perspectief van de journalist als de nieuwsconsument. De projectdeelnemers ontwikkelen binnen dit onderzoek twee prototypes die samen het automated-journalismsysteem vormen. Dit systeem gaat tijdens en na het project gebruikt worden door onderzoekers, journalisten, docenten en studenten. Beoogde resultaten Het concrete resultaat van het project is een prototype van een geautomatiseerd redactiesysteem. Verder levert het project inzicht op in de verankering van dit soort systemen binnen een nieuwsredactie. Het onderzoek biedt een nieuw perspectief op de manier waarop de nieuwsconsument de ontwikkeling van 'automated journalism' in Nederland waardeert. Het projectteam deelt de onderzoekresultaten door middel van presentaties voor de uitgeverijbranche, presentaties op wetenschappelijke conferenties, publicaties in (vak)tijdschriften, reflectiebijeenkomsten met collega-opleidingen en een samenvattende white paper.
Management policy for protected species is currently often based on literature reviews and expert judgement, even though it requires tailor-made species knowledge on a local level. While wildlife management should preferably be evidence based, tailor-made field data is seldom used in current practices, because it is hardly available, difficult to collect and expensive. Recent development of digital technology is changing the field of wildlife management with “more, better, faster and cheaper” ways of data collection. Especially automated collection of field data with different types of sensors is promising, whereas miniaturization and low cost mass-production increase availability and use of these sensors. For collection of field data about predator-prey interactions, there is a need to develop wireless sensor networks that automatically identify different species in a community, while they record their spatially explicit data and their behaviour. Therefore, we will put together a consortium of partners that will develop a EU LIFE programme proposal, with the focus to develop a sensor network necessary to automatically monitor multiple species (i.e., species communities) for species conservation management. The consortium will consist of Van Hall Larenstein, Sovon Dutch Centre for Field Ornithology, the Dutch Mammal Society, Sensing Clues and DIKW intelligence. It will bring together a strong mix of expert knowledge on applied species conservation and wildlife management, ecological field research, wildlife intelligence, and handling and analysis of big data. This project matches the Top sector High-tech Systems & Materials, and revolves around 4 distinct phases: selection of potential consortium partners, exploration of the problem, working towards a common action perspective and writing a EU LIFE programme proposal. We will use knowledge co-creation techniques to explore the first three project phases.