Dienst van SURF
© 2025 SURF
Gezonde School-adviseurs (GSA) van de GGD ondersteunen scholen bij het implementeren van de Gezonde School-aanpak. Omdat iedere school uniek is, is een contextgerichte manier van ondersteunen noodzakelijk. Om GSA’s bewust te maken van en aan te moedigen om te werken met zo’n contextgerichte aanpak is een training ontwikkeld. Wij beschrijven hoe deze training door middel van cocreatie tot stand is gekomen en reflecteren op dit proces. Het ontwikkelproces bestond uit drie fasen: 1) inventarisatie van taken en behoeften van GSA, 2) ontwikkeling van de training, en 3) een pilottest van de training. Alle fasen hebben plaatsgevonden in cocreatie tussen onderzoekers, GSA’s uit de praktijk en het landelijke programmateam Gezonde School. Evaluatie van de twee gehouden pilots laat zien dat de ontwikkelde training goed wordt ontvangen (algemeen rapportcijfer: respectievelijk 7,4 en 8,4). Een reflectie op het ontwikkelingsproces laat zien hoe groot het belang is van cocreatie gedurende het gehele proces. Hierdoor kon continu rekening worden gehouden met de dagelijkse praktijk van de GSA’s en hun wensen en behoeften. Ook kon er zo voor gezorgd worden dat de training goed aansluit bij het huidige landelijke deskundigheidsbevorderingsaanbod voor GSA’s en de Gezonde School-aanpak in het algemeen.
Recensie van Heijne, R. (2000) Het proces van probleemgestuurd leren
Forensisch sociale professionals werken met cliënten die verdacht worden van of veroordeeld zijn voor een delict. Geboden hulp of zorg vindt plaats binnen een strafrechtelijk kader. Het is van belang kennis te hebben van het strafproces en de verschillende juridische modaliteiten waarin gewerkt kan worden. Dit strafrechtelijk kader is van invloed op de bewegingsruimte van cliënten maar stelt ook eisen aan het handelen van professionals. In dit hoofdstuk beschrijven we het straf(proces)recht op hoofdlijnen, zonder steeds te verwijzen naar concrete wetsartikelen.
Uit de resultaten wordt duidelijk dat - alhoewel verduurzaming een koppelkans was van restauratie en groot onderhoud - verduurzaming een positief effect heeft op duurzame instandhouding. Door de verbetering van de energieprestatie, het verhoogd thermisch comfort en verlaagde energiekosten (in bijna alle gevallen) is het voor eigenaren interessanter en/ of gemakkelijker geworden om deze gebouwen te gebruiken en zich in te zetten voor onderhoud. In bijna alle gevallen was sprake van een positieve impact op de milieubelasting voor de komende 30 jaar, met de kanttekening dat niet alle milieuimpact is meegenomen (vermoed wordt dat de impact nog positiever is). In één geval was de milieuimpact negatief, de oorzaak is dat het energieverbruik al zeer laag was dus de materiele impact in verhouding erg groot is en in dit geval tot een negatief resultaat leidt. Samengevat wordt geconcludeerd dat erfgoedwaarden deels verloren gaan, maar in het brede perspectief op instandhouding op de lange termijn acceptabel is. En dus een positief effect heeft op de energieprestatie (één keer meer dan de landelijke ambities) en de milieubelasting. Verduurzaming is dus goed voor het gebruik en mileu, maar doet soms wel een beetje pijn. Op welke manier verduurzamen particuliere eigenaren hun rijksmonumenten? En wat zijn effecten op erfgoedwaarden, energieprestatie en milieubelasting? Deze vragen zijn in samenhang onderzocht in dit project en geven inzicht in het maatwerkproces: welke opgaven speelden er, wie waren er betrokken en waarom werden deze oplossingen gekozen. Daarnaast is de impact in kaart gebracht.
Veel MKB-organisaties worstelen met het omschakelen naar duurzame businessmodels. Deze duurzame businessmodellen zijn een essentieel onderdeel bij het adresseren van complexe maatschappelijke uitdagingen. Vanuit verschillende disciplines is een groeiende vraag ontstaan naar specifieke instrumenten en praktische kennis om organisaties te ondersteunen bij deze transitie. Intermediairs spelen een belangrijke rol in dit verduurzamingsproces waarbij diverse tools ingezet worden om de complexiteit te beheersen. Taal en context hebben grote invloed op het effectief werken met deze businessmodeltools en daarmee ook op het behalen van de duurzaamheidsdoelstellingen. Dit project onderzoekt daarom de invloed van taal en context op het gebruik van duurzame businessmodeltools door intermediairs. Specifiek richt dit project zich op het verbeteren van de adviseringsprocessen en het toolinggebruik bij twee changemakers, Eshuis Accountants en Adviseurs en De Betekenisfabriek, met als doel om de opgedane kennis en kunde breed te delen en de duurzame transitie te versnellen. Advanced datasciencetechnieken als Natural Language Processing (NLP) en Machine Learning worden ingezet om nieuwe inzichten te verkrijgen over de rol van taal en context bij het inzetten van duurzame businessmodeltools. De resultaten van het onderzoek worden gebruikt om een datagedreven interdisciplinaire toolkit te ontwikkelen voor zowel adviseurs als MKB’s. De resultaten dragen bij aan het ontwikkelen van trainingsmateriaal waarmee organisaties ondersteund kunnen worden in hun duurzaamheidstransities. Deze taal-en contextsensitieve toolkit zal breed gedeeld worden binnen onze Impact Ondernemen Collegetour Community waar ongeveer 80 organisaties aan meedoen. Daarnaast geeft dit project via de beoogde toolkit de aanzet voor het verkennen van de veranderende rol van organisatieadviseurs door datagedreven werken te combineren met duurzaamheidsopgaven. De overkoepelende projectdoelstelling is een praktische bijdrage te leveren aan het ondersteunen van organisaties in hun duurzaamheidstransitie en de onderlinge samenwerking te bevorderen, waarmee dit project bijdraagt aan zowel structurele maatschappelijke transities als marktcreatie.