Dienst van SURF
© 2025 SURF
Het project "CompEfficient" onderzoekt het verbeteren van energie-efficiëntie in de productie van composietmaterialen, gebruikt in transport en bouw, zoals vliegtuigen, auto’s, treinen, en windturbines. Composieten zijn gunstig door hun lichtgewicht en sterke mechanische eigenschappen die bijdragen aan lagere CO2-emissies. Dit onderzoek focust op zowel biobased als hoogwaardige thermoplastische composieten, waarbij traditionele fabricagemethoden veel energie vereisen, resulterend in relatief hoge CO2-uitstoot. Geleid door Hogeschool Inholland, met industriële partners Eve Reverse en Cato Composites, streeft dit eenjarige project ernaar energie-efficiëntie te verhogen door het persproces - waarbij materialen worden verwarmd en gevormd - te optimaliseren. Dit omvat het verminderen van energieverlies bij het verwarmen en het drukzetten van materialen. Het project zal bestaande pers- en verwarmingsmethoden evalueren en nieuwe technologieën evalueren en testen in een labomgeving, met als doel het energieverbruik te minimaliseren terwijl de productkwaliteit gehandhaafd blijft. De verwachte uitkomsten zullen bredere implicaties hebben voor de industrie door bij te dragen aan duurzamere productieprocessen en het verminderen van de milieu-impact van de composietproductie. Deze innovaties zullen niet alleen van belang zijn voor de betrokken bedrijven maar kunnen ook internationaal worden toegepast, gezien de groeiende vraag naar energie-efficiënte en milieuvriendelijke productiemethoden. Dit project biedt een kans om de voetafdruk van de composietindustrie aanzienlijk te verminderen en ondersteunt de overgang naar meer duurzame industriële processen.
In treinstellen die Nedtrain onderhoudt, bevinden zich onderdelen bestaand uit thermohardend glasvezel bevattend composiet. Dit materiaal laat zich niet meer opsmelten en is als zodanig dus lastig te recyclen. Recent is er echter door het lectoraat Kunststoftechnologie van de hogeschool Windesheim een methode ontwikkeld waarbij dergelijk materiaal van boten of windmolens eerst tot langwerpige vlokken wordt verwerkt waarna het ingezet kan worden als verstevigingsmateriaal in nieuw composiet. Door het inbedden van deze langwerpige elementen in nieuw composiet kunnen de goede eigenschappen die het oude composiet nog steeds heeft, zoals mechanische sterkte en corrosiebestendigheid, opnieuw worden benut en hoeft in het nieuwe composiet dus minder nieuwe (‘virgin’) materiaal gebruikt te worden. In het onderhavige project wordt beoogd om het composiet materiaal uit oude treinstellen opnieuw in te zetten als grondstof in betonproducten voor de railinfrastructuur. Er zal onderzoek gedaan worden naar het exacte type gebruikte thermohardende hars, de lange duureffecten van de hoge pH waarde van beton op het composiet afval en er zal gevarieerd worden met de beton formulering. De partner Delta Concrete Consults BV is kennisdrager op het gebied van de chemie achter betonformuleringen en hun lange duurgedrag. Tevens hebben zij kennis van een nieuwe generatie beton op basis van geo-polymeren, dat een gunstig milieu-impact heeft ten opzichte van traditioneel cement. De projectpartner Zeus BV is producent van betonproducten voor de railinfrastructuur en toeleverancier van ProRail wiens betonformuleringen gebruikt zullen worden. Bij het lectoraat Kunststoftechnologie van de hogeschool Windesheim is veel kennis aanwezig van de materiaal combinatie kunststof en composiet met beton in de civiele techniek, en ook op de glasvezelversterking en de chemie van de thermohardende harsen. Daarnaast zal de kennis ingebracht worden van de nieuwe methode van hergebruik van composiet.