Dienst van SURF
© 2025 SURF
Analyse van de input (financiele middelen), throughput (activiteiten) en output (prestaties, successen) van het topsportbeleid in Nederland.
Allereerst valt op dat het topsportklimaat en het topsportsucces van Nederland grosso modo zijn verbeterd terwijl de in topsport geïnvesteerde middelen min of meer gelijk zijn gebleven. Op basis daarvan kan worden gesteld dat de efficiëntie van het beleid is toegenomen. Het is goed mogelijk dat dit mede het gevolg is van het focusbeleid dat NOC*NSF sinds 2013 heeft gevoerd: de beschikbare middelen zijn vanaf dat jaar ingezet in topsportprogramma’s metde grootste kans op sportief succes. Als gevolg van dit focusbeleid hebben sommige bonden hun topsportbudget zien toenemen, terwijl andere sportbonden de inkomsten voor hun topsportprogramma hebben zien teruglopen of zelfs opdrogen. De prestatieontwikkeling van Nederlandse topsporters in de Olympische en Paralympische disciplines geeft reden te veronderstellen dat dit focusbeleid per saldo een positieve uitwerking heeftgehad: met gelijk gebleven uitgaven uit collectieve middelen zijn betere prestaties geleverd. Of het topsportbeleid daarmee ook effectief is geweest, valt niet te bepalen. Daarvoor weten we te weinig over de invloed die de behaalde successen hebben gehad op de maatschappelijke betekenissen en de publieke waarde die met het topsportbeleid worden nagestreefd. De gepresenteerde onderzoeksgegevens laten wel zien dat de waarde die de Nederlandse bevolking toekent aan topsportsucces afneemt en dat de bevolking steeds meer verdeeld raakt over de wenselijkheid van verdere verhoging van de topsportuitgaven.Alle reden dus om te blijven volgen en analyseren hoe de topsportuitgaven zich verder ontwikkelen, of die leiden tot betere prestaties en wat daarvan de eecten zijn op de beoogde maatschappelijke betekenissen en publieke waarde.
In dit jaaroverzicht vindt u inspirerende verhalen en resultaten van het lectoraat Topsport & Onderwijs. Het lectoraat is samen met het lectoraat Kracht van Sport inmiddels onderdeel van een uitgebreid team. Daarin heeft iedereen weliswaar zijn eigen uitdaging en projecten, maar het doel is hetzelfde: de verbinding van sport, onderwijs en onderzoek.
LINK
Het lopen van een marathon wordt steeds populairder. Naast de vele positieve gezondheidseffecten van duurinspanning, kan duurinspanning ook gepaard gaan met maagdarmklachten. Zo’n 30-90% van de hardlopers heeft last van maagdarmklachten tijdens of in de uren na het hardlopen. Het ontstaan van maagdarmklachten heeft waarschijnlijk te maken met de herverdeling van het bloedvolume, resulterend in minder bloedtoevoer naar het spijsverteringskanaal en een minder goed functionerende darmbarrière. Doordat de darmbarrière minder goed functioneert kunnen er ongewenste stoffen (endotoxinen) de bloedbaan intreden en voor ontstekingsreacties zorgen. De vele micro-organismen in onze darm, gezamenlijk onze darmmicrobiota genoemd, zijn van invloed op de voedselvertering, maar ook op het functioneren van de cellen die de darmwand bekleden en de verbindingen tussen deze cellen. Mogelijk hebben hardlopers met maagdarmklachten tijdens duurinspanning te maken met een afwijkende samenstelling van de darmmicrobiota en/of metabolieten ten opzichte van hardlopers zonder klachten, waardoor de darmbarrière minder goed functioneert en er problemen kunnen optreden. Vandaar dat het voornaamste doel van ons onderzoeksproject is om te onderzoeken of er een relatie bestaat tussen de samenstelling van de darmmicrobiota en/of metabolieten en het ontstaan van maagdarmklachten tijdens duurinspanning. De onderzoeksvragen die zullen worden bestudeerd zijn: 1) Verschilt de samenstelling van de darmmicrobiota en/of metabolieten van hardlopers die wel en niet last krijgen van maagdarmklachten tijdens het lopen van een marathon? En zo ja, hoe? 2) Kan de samenstelling van de darmmicrobiota en/of metabolieten van getrainde sporters die maagdarmklachten ervaren tijdens duurinspanning positief beïnvloed worden door probiotica-suppletie, zodat de kans op en/of intensiteit van maagdarmklachten tijdens duurinspanning wordt verminderd en de sportprestatie verbeterd? Het onderzoeksproject richt zich op de identificatie van sporters die last hebben van maagdarmklachten tijdens duurinspanning. We hopen met de beoogde resultaten bij te kunnen dragen aan op de persoon gerichte preventie van maagdarmklachten door het aanpassen van de darmmicrobiota.
Big data spelen een steeds grotere rol in de (semi)professionele sport. De hoeveelheid gegevens die opgeslagen wordt, groeit exponentieel. Sportbegeleiders (coaches, inspanningsfysiologen, sportfysiotherapeuten en sportartsen) maken steeds vaker gebruik van sensoren om sporters te monitoren. Tijdens trainingen en wedstrijden worden de hartslagen, afgelegde afstanden, snelheden en versnellingen van sporters gemeten. Het analyseren van deze data vormt een grote uitdaging voor het begeleidingsteam van de sporters. Sportbegeleiders willen big data graag inzetten om meer grip te krijgen op sportblessures. Blessures kunnen namelijk desastreuze gevolgen hebben voor teamprestaties en de carrière van (semi)professionele sporters. In totaal stopt maar liefst 33% van de topsporters door blessures met hun sportloopbaan. Daarnaast is uitval door blessures een belangrijke oorzaak van stagnatie van talentontwikkeling. Het lectoraat Sportzorg van de Hogeschool van Amsterdam heeft veel expertise op het gebied van blessurepreventie in de sport. Sportbegeleiders hebben het lectoraat Sportzorg benaderd om antwoord te krijgen op de onderzoeksvraag: Wat zijn op data gebaseerde indicatoren om sportblessures te voorspellen? Deze onderzoeksvraagstelling is opgesplitst in de volgende deelvragen: 1. Hoe kan met sensoren relevante data van sporters verzameld worden om de sportbelasting in kaart te brengen? 2. Welke parameters kunnen blessures voorspellen? 3. Hoe kunnen deze parameters op betekenisvolle en eenvoudige wijze naar sportbegeleiders en sporters teruggekoppeld worden? Het project resulteert in de volgende projectresultaten: - Een overzicht van nauwkeurige en gebruiksvriendelijke sensoren om sportbelasting in kaart te brengen - Een overzicht van relevante parameters die blessures kunnen voorspellen - Een online tool dat per sporter aangeeft of de sporter wel of niet training- of wedstrijdfit is Bij dit project zijn de volgende organisaties betrokken: Hogeschool van Amsterdam, Universiteit Leiden, VUmc, Rijksuniversiteit Groningen (RuG), Amsterdam Institute of Sport Science (AISS), Johan Sports, Centrum voor Topsport en Onderwijs (CTO) Amsterdam, Koninklijke Nederlandse Voetbalbond (KNVB), de Nederlandse Vereniging voor Fysiotherapie in de Sport (NVFS), VV Noordwijk (voetbalclub) en Black Eagles (basketbalclub).
Overall gezien kan er gesproken worden van een succesvol evenement, met TeamNL voor het eerst in de geschiedenis van de MXoN als wereldkampioen. Ook Live Like a Pro kan gezien worden als een succes. Het programma heeft wellicht niet de omvang gehad die aanvankelijk gedacht was, de uitgevoerde deelprojecten hebben wel effect gehad en uit de reacties van de deelnemers kan worden afgeleid dat zij op zijn minst bewust(er) zijn geworden van de inhoudelijke thema’s. Live Like a Pro is deels gebaseerd op reeds bestaande projecten (Academy, Techniek is Teamsport en DC Fit) maar deze projecten werden wel anders uitgevoerd dan normaal en kregen het ‘sausje’ van de MXoN. Compleet nieuwe activiteiten, waarin partijen samen werken die dat nog niet eerder gedaan hebben, blijken toch veel doorlooptijd te kosten. Vroeg beginnen is essentieel. De uitvoering van Live Like a Pro is grotendeels goed verlopen (zie de succesfactoren) en heeft er toe geleid dat een lastig te bereiken doelgroep is gebruikt. Motorcross als sport en de MXoN als evenement zijn een geschikt middel geweest om de doelgroep te bereiken. Om bij de MBO-scholieren uiteindelijk ook gedragsverandering te realiseren, of het carrièreperspectief te verbeteren, is continuering van het programma noodzakelijk. Live Like a Pro heeft veel potentie om gecontinueerd te worden. De meeste stakeholders zijn enthousiast over het programma, en de rollen en taken in de uitvoering zijn per organisatie duidelijk geworden het afgelopen jaar. De stakeholders benadrukken echter ook dat aanvullende middelen nodig zijn. Middelen die in het kader van de MXoN wel aanwezig waren ontbreken na afloop van het evenement. Tevens wordt de connectie met een (race)evenement zeer relevant gevonden. Een onderzoek naar het maatschappelijke activatieprogramma van de Motocross of Nations.