Dienst van SURF
© 2025 SURF
In de BMS Studies 34 tot en met 37 wordt uitgebreid gerapporteerd over de resultaten van de derde wave van het Vlaamse Sportclub Panel (VSP3.0). Gezien de grote hoeveelheid aan resultaten werd besloten om de rapportering op te splitsen in vier delen en dit te bundelen onder BMS-reeks 'Barometer van de sportclubs in Vlaanderen'. Meer bepaald komen in de vier betreffende BMS Studies de volgende thema's aan bod: - Een stand van zaken en een terugblik (BMS 34) - Clubprofiel, sportaanbod en gezondheidspromotie (BMS 35) - Ledenprofiel, medewerkersprofiel en financiële situatie (BMS 36) - Diversiteit, sociale inclusie, beleid en samenwerking (BMS 37)
LINK
In de BMS Studies 34 tot en met 37 wordt uitgebreid gerapporteerd over de resultaten van de derde wave van het Vlaamse Sportclub Panel (VSP3.0). Gezien de grote hoeveelheid aan resultaten werd besloten om de rapportering op te splitsen in vier delen en dit te bundelen onder BMS-reeks 'Barometer van de sportclubs in Vlaanderen'. Meer bepaald komen in de vier betreffende BMS Studies de volgende thema's aan bod: - Een stand van zaken en een terugblik (BMS 34) - Clubprofiel, sportaanbod en gezondheidspromotie (BMS 35) - Ledenprofiel, medewerkersprofiel en financiële situatie (BMS 36) - Diversiteit, sociale inclusie, beleid en samenwerking (BMS 37)
LINK
In de BMS Studies 34 tot en met 37 wordt uitgebreid gerapporteerd over de resultaten van de derde wave van het Vlaamse Sportclub Panel (VSP3.0). Gezien de grote hoeveelheid aan resultaten werd besloten om de rapportering op te splitsen in vier delen en dit te bundelen onder BMS-reeks 'Barometer van de sportclubs in Vlaanderen'. Meer bepaald komen in de vier betreffende BMS Studies de volgende thema's aan bod: - Een stand van zaken en een terugblik (BMS 34) - Clubprofiel, sportaanbod en gezondheidspromotie (BMS 35) - Ledenprofiel, medewerkersprofiel en financiële situatie (BMS 36) - Diversiteit, sociale inclusie, beleid en samenwerking (BMS 37)
LINK
Sportclubs hebben door de coronamaatregelen een stuk lagere omzet omdat hun stadion maar rond de voor 23% kan worden bezet. Sports Alliance heeft een oplossing ontwikkeld waarmee automatisch een optimalere stadionbezetting kan worden bepaald, maar om hiermee daadwerkelijk een optimale bezetting te halen in de praktijk is up-to-date informatie van de individuele bezoekers nodig. Een onhandelbare situatie wanneer het gaat om duizenden bezoekers per wedstrijd. Dit is alleen te realiseren d.m.v. een conversational agent die automatisch gesprekken afhandelt, gecombineerd met herkenning van "actionable results" en automatische afhandeling in de betrokken systemen, zoals ticketing. Een dergelijk systeem dat om kan gaan met ad-hoc wijzigingen biedt ook buiten de huidige situatie meerwaarde voor de clubs, bijv. rond de standaard 10-15% no-shows. In dit project doen we het nodige vooronderzoek en ontwikkelen we een eerste proof-of-concept van een dergelijk systeem. Ook ontwikkelen we de vervolgaanvraag incl. verdere uitbreiding van het consortium.
Er ontstaan in Nederland veel blessures als gevolg van overbelasting in alle lagen van de sport. Hoe kunnen deze blessures worden voorkomen? Insteek van dit project is het gebruik van (sensor)technologie en big data analyse voor het vroegtijdig detecteren van signalen van overbelasting en daarmee het voorkomen van blessures. Een grote hoeveelheid technologie wordt momenteel al gebruikt voor het meten aan sporters (quantified self). Professionele sportclubs investeren in dure systemen. Diepte-interviews tonen echter aan dat er twee grote problemen zijn: ten eerste de grote hoeveelheid data en ten tweede de kennis voor een juiste interpretatie van de data benodigd voor een omzetting naar een trainingsadvies. Computermodellen opgebouwd uit systematische data-analyse van de enorme hoeveelheden trainingsdata en aangevuld met domeinkennis kunnen deze problemen oplossen. Er is behoefte aan een systeem waarin informatie uit verschillende bronnen in één systeem wordt opgeslagen en toegankelijk gemaakt om vervolgens geïntegreerd geanalyseerd te kunnen worden. Individuele profielen moeten gebouwd worden uit de data voor een snelle, automatische interpretatie. Hiermee kan grensbewaking voor overbelasting plaatsvinden en kunnen trainingsaanpassingen gedaan worden waar nodig. Vanuit deze behoefte richt het project zich op de praktijkvraag “Hoe kunnen we een praktisch toepasbaar gereedschap ontwikkelen dat valide de externe en interne trainingsbelasting kan meten, de (para)medische staf en/of fysiek trainer helpt bij het detecteren van (potentiële) overbelasting en daarmee helpt bij het plegen van de juiste interventies voor het voorkomen van blessures?”. Het principe van een dergelijke ‘belastingmonitor’ is al aangetoond. Voor een volwaardig prototype zal echter zowel het computermodel als de gebruikersapplicatie technisch gezien moeten worden doorontwikkeld, geoptimaliseerd, uitgebreid en vooral getest. Daar richten de onderzoeksvragen van dit project zich op. De focus ligt in eerste instantie op het (betaalde) voetbal, maar kan ook naar andere teamsporten en de breedtesport vertaald worden.
De Gemeente Groningen stimuleert kinderen binnen de Gemeente Groningen tot een actieve en gezonde leefstijl door middel van het sportieve leefstijlproject, BSLIM. BSLIM vormt de paraplu waaronder interventies en een uitgebreid activiteitenaanbod voor met name basisschoolleerlingen i.s.m. scholen, kennisinstellingen en andere organisaties wordt vormgegeven. Met BSLIM wil de Gemeente Groningen kinderen de mogelijkheid bieden hun sportieve talenten te ontdekken en ontwikkelen. De gemeente heeft daarbij als primair doel de structurele sportdeelname van alle kinderen positief te beïnvloeden. Bijzondere aandacht gaat daarbij uit naar kinderen die (nog) niet structureel sporten en naar de mogelijke talenten. Een goede bewegingsvaardigheid, passend sport(ief)gedrag en plezierige bewegingservaringen zijn van grote invloed op de mate waarin kinderen nu en later structureel deelnemen aan sport en voldoende blijven bewegen. De gemeente Groningen stimuleert daarom samen met schoolbesturen de ontwikkeling van een goede bewegingsvaardigheid van kinderen middels kwalitatief hoogwaardig bewegingsonderwijs door brede vakdocenten in de BSLIM-wijken.Onderzoeksthema’s 1. BewegingsonderwijsDe kwaliteit van het bewegingsonderwijs in de Bslim wijken wordt onderzocht.a. Het Leerlingvolgsysteem (LVS) dat in 2015-2016 is geïmplementeerd wordt gebruikt om de vaardigheid van leerlingen in de Bslim wijken in kaart te brengen en waar mogelijk te vergelijken met landelijke normenb. Effectiviteit van interventies gericht op de vaardigheid, de beleving en/of het gedrag van leerlingen, waarbij met name oog is voor de (uit zichzelf) minder actieve leerlingenc. Effectiviteit van interventies die gebruik maken van expliciet en impliciet leren binnen bewegingsonderwijs en/of MRT-praktijken2. Tussen gymzaal en sportvereniginga. Monitoring sportdeelname en motieven om wel/niet te sporten en bewegen + analyse van trends en ontwikkelingen in de sportdeelname in de onderzoekswijken. Hierbij wordt een ruim pallet in acht genomen: Van bewegingsonderwijs tot buiten spelen, en van Bslim- en Schoolsportclub activiteiten tot sportdeelnameb. Onderzoek naar de effectiviteit van interventies gericht op actieve pauzes, waarbij met name oog is voor de (uit zichzelf) minder actieve leerlingen c. Onderzoek naar de effectiviteit van interventies gericht op het voor- tussen en naschools aanbod mbt leefstijl en belevingd. Onderzoek naar de effectiviteit van Bslim activiteiten en Schoolsportclub op de sportbelevinge. Uitvoeren van een Pilot mbt de stimulatie van de motivatie voor bewegen van vmbo leerlingen binnen en buiten de gymles3. Structurele sportdeelnamea. Effectiviteit van een interventie gericht op trainers om motivatie van kinderen te stimuleren en daarmee uitval te beperken b. Ontwikkelen en uitvoeren van een toolkit waarmee de koppeling tussen kind en sport optimaal gemaakt wordt en mogelijke talenten geïdentificeerd worden