Dienst van SURF
© 2025 SURF
Onderwijs op maat. Elke leerling telt. Het zijn mooie woorden en we noteren ze makkelijk in een beleidsplan. Maar wat betekent het werkelijk als je het onderwijs en de leerlingenzorg zo wilt inrichten dat je recht doet aan elke leerling? Het antwoord op deze vraag komt voor een belangrijk deel van de scholen zelf. De vmbo-scholen weten als geen ander dat de gemiddelde leerling niet bestaat. Met name in het vmbo veranderde het onderwijs de afgelopen jaren ingrijpend om de leerlingen beter voor te bereiden op een vervolgopleiding en hun rol in de samenleving. In de schoolpraktijk worden de beste oplossingen bedacht. We kunnen veel leren van elkaar; leerlingen, docenten en schoolleiders. Maar het is ook goed om expertise van buiten in te roepen om het werk in het onderwijs in een breder kader te plaatsen en te leren van ervaringen en opvattingen die elders leven. In het afgelopen schooljaar werkten ISIS/Q5 en het project Kwaliteit van de leerlingenzorg in het vmbo en praktijkonderwijs samen aan een reeks masterclasses, waarin experts hun kennis en ervaring deelden met schoolleiders. De deelnemende schoolleiders toonden zich achteraf tevreden. Ze gaven aan het prettig te vinden om op deze manier hun kennis te kunnen delen en te verdiepen. Na de succesvolle bijeenkomsten van vorig schooljaar bieden we een vijftal nieuwe masterclasses aan met experts, die hun kennis graag willen delen met schoolleiders in het vmbo en praktijkonderwijs.
In het nieuwste nummer van de Nieuwe Meso, het vakblad voor bestuurders en schoolleiders in het basis, voortgezet en middelbaar beroepsonderwijs is het Focus-deel dit keer gewijd aan het opleiden van leraren. De gastredactie bestaande uit HvA-lector Marco Snoek, Fontys-lector Quinta Kools en de DNM-redacteuren Pieter Leenheer en Gerritjan van Luin belichten het thema vanuit verschillende invalshoeken: de initiële lerarenopleidingen, ervaringen van startende leraren, en de wijze waarop de initiële lerarenopleiding en professionalisering van ervaren leraren kan samenkomen in professionele leergemeenschappen en in lesson studies. Daarbij gaan de verschillende artikelen in op de rol van schoolleiders en besturen bij het opleiden van nieuwe leraren en het ondersteuning van professionaliseren van ervaren leraren.Het focusdeel bevat bijdragen van verschillende HvA medewerkers: Marco Snoek, Evelien van Geffen, Tom van Eijck en Ed van den Berg.
Meer dan ooit staat de schoolleider in de belangstelling. Enerzijds wordt van scholen steeds meer verwacht. Vaak is de schoolleider de belangrijkste adressant van die verwachtingen en ziet men de schoolleider als degene die men in staat acht om in belangrijke mate invloed uit te oefenen op het verbeteren van het onderwijs. Anderzijds is er een groeiend tekort aan schoolleiders. In deze tijden van toenemende verwachtingen aan scholen, van een toenemende druk om zich als school te verantwoorden en van een toenemend tekort aan schoolleiders wordt het een belangrijke opdracht om voldoende kandidaten voor te bereiden op een leidinggevende taak in het primair onderwijs. De uitdagingen waar schoolleiders in de komende decennia voor staan, vragen om een urgente bezinning op de professionalisering van schoolleiders. Dit thema staat centraal. Bij het ontwikkelen van professionaliseringsactiviteiten voor (toekomstige) schoolleiders spelen vier belangrijke vragen die als een rode draad doorheen deze tekst lopen: - wat zijn succesvolle praktijken van schoolleiders? - over welke capaciteiten dienen schoolleiders te beschikken om succesvol te kunnen handelen? - welke processen bevorderen de ontwikkeling van die capaciteiten? - welke professionaliseringsstrategieën stimuleren de ontwikkeling van die processen?
De wens en noodzaak om het onderwijs goed af te stemmen op verschillen tussen leerlingen zijn groter dan ooit. Het afstemmen op verschillen tussen leerlingen vraagt complexe differentiatievaardigheden en kennis van de leraar, naast het omgaan met praktische uitdagingen. Om te differentiëren maken leraren keuzes ten aanzien van leerdoelen, leeractiviteiten en groeperingsvormen op basis van verwachtingen die zij vormen over individuele leerlingen. Meestal vormen leraren accurate verwachtingen van hun leerlingen. Echter, van gestigmatiseerde groepen leerlingen vormen leraren soms onterecht lage verwachtingen. Deze lage verwachtingen kunnen, onbewust en onbedoeld, het handelen van de leraar beïnvloeden. Het is nog onvoldoende duidelijk hoe professionalisering leraren het beste kan helpen bij het afstemmen op diversiteit. De praktijkvraag van de betrokken werkveldpartijen is dan ook: ‘Hoe kunnen leraren door voortgezette professionalisering geholpen worden om beter af te stemmen op diversiteit in hun klas?’ In dit project werken een Hogeschool, een Universiteit en drie werkveldpartners samen om deze vraag te beantwoorden in drie deelstudies. Gestart wordt met een onderzoek naar de huidige praktijk; het handelen, de opvattingen, de dilemma’s van leraren worden in kaart gebracht, naast de manier waarop zij verwachtingen vormen. In deelstudie 2 wordt onderzocht welke inhouden en vormen van voortgezette professionalisering leraren als effectief ervaren voor hun ontwikkeling op het gebied van het afstemmen op diversiteit in de klas. In deelstudie 3 wordt een professionaliseringsinterventie ontwikkeld, geïmplementeerd en geëvalueerd wat betreft de effecten op het handelen, de opvattingen, dilemma’s en de vorming van leerkrachtverwachtingen. Daarnaast wordt het effect van de interventie op de mate van ondersteuning die leerlingen van hun leraar ervaren onderzocht. Op basis van de uitkomsten van de drie deelstudies ontwikkelen we een passend professionaliseringspalet voor leraren ten behoeve van het afstemmen op diversiteit in de klas in de vorm van onder meer een routekaart en inspiratiekaarten voor leraren.
Wat maakt dat onderwijsprofessionals willen blijven werken binnen het onderwijs in Utrecht? Vanuit het Utrecht Leert netwerk wordt hier onderzoek naar gedaan. Dit onderzoek wordt uitgevoerd door academische of masteropgeleide leerkrachten werkzaam op Utrechtse basisscholen, zodat onderzoek en praktijk elkaar direct versterken.Doel De onderzoeksvraag luidt: Wat denken onderwijsprofessionals van de schoolorganisatie nodig te hebben om hun motivatie om in het Utrechtse basisonderwijs te blijven werken te vergroten? De leerkrachten onderzoeken de ondersteunende cultuur en structuur op scholen en de mate waarin in basisbehoeften van leerkrachten en schoolleiders wordt voorzien. Resultaten Een rapportage met beschrijvingen van good practices en overkoepelende inzichten over het behouden van onderwijsprofessionals Kennisdeling met betrokken schoolbesturen via presentaties en een toegankelijk kennisproduct Looptijd 01 februari 2023 - 31 december 2023 Aanpak In een professionele leergemeenschap (PLG) zetten zes academische of masteropgeleide leerkrachten samen het onderzoek op en voeren ze het uit. Ze worden begeleid en gevoed door onderzoekers vanuit de Hogeschool Utrecht en Universiteit Utrecht.
Wat maakt dat onderwijsprofessionals willen blijven werken binnen het onderwijs in Utrecht? Vanuit het Utrecht Leert netwerk wordt hier onderzoek naar gedaan. Dit onderzoek wordt uitgevoerd door academische of masteropgeleide leerkrachten werkzaam op Utrechtse basisscholen, zodat onderzoek en praktijk elkaar direct versterken.