Dienst van SURF
© 2025 SURF
Wat heeft het netwerk van makers, mee-makers en mogelijk-makers uit Drenthe, Friesland en Groningen nodig om verder te gaan met bijzondere initiatieven op het gebied van kunst en ouder worden? Zorg Innovatie Forum (ZIF) zette in oltober 2018 een online enquête uit. Projectleider Saskia van de Ree maakte ter afsluiting van vier jaar Innovatiewerkplaats Healthy Ageing & de Kunsten deze analyse.
Abstract: INTRODUCTION: Resting energy expenditure (REE) is expected to be higher in athletes because of their relatively high fat free mass (FFM). Therefore, REE predictive equation for recreational athletes may be required. The aim of this study was to validate existing REE predictive equations and to develop a new recreational athlete specific equation.
Rationale: Obesity is a risk factor for type 2 diabetes (DM2), however not all obese people develop DM2. We explored differences in energy intake and expenditure between obese older adults with and without DM2. Methods: Baseline data from 2 lifestyle interventions with a total of 202 obese older adults were included in the analyses. Obesity was defined as BMI > 30.0, or >27.0 with waist circumference >88 (women) or >102 cm (men). DM2 was confirmed by use of diabetes medication. Subjects were between 55 and 85 years old and 45% was female. Energy intake (EI) was measured by 3-day food diary and physical activity level (PAL) by 3-day movement diary. Resting energy expenditure (REE) was measured using indirect calorimetry and total energy expenditure (TEE) was calculated as REE x PAL. Between group differences were analysed with independent samples T-tests. Results: The obese group with DM2 (n = 117) had more males (67.5% vs 37.6% p < 0.001) and similar BMI (33.3 vs 33.0 kg/m2) compared to the group without DM2 (n = 85). Analyses of males and females separately showed lower PAL in males with DM2 (vs without DM2; 1.37 vs 1.45, p = 0.015), without differences in EI (2055 vs 1953 kcal/d), REE (1970 vs 1929 kcal/d), and TEE (2699 vs 2830 kcal/d). In females with DM2, both PAL (1.38 vs 1.47, p = 0.014) and EI (1543 vs 1839 kcal/d, p = 0.008) were significantly lower, whereas REE (1592 vs 1598 kcal/d) and TEE (2220 vs 2318 kcal/d) did not differ significantly from obese females without DM2. Conclusion: In both males and females, obese older adults with type 2 diabetes showed similar resting and total energy expenditure but lower physical activity level compared to those without DM2. Females with DM2 showed lower energy intake. On average, subjects seem to have a negative energy balance, which is probably due to a combination of underreporting of intake and over-reporting of activity.
MUSE supports the CIVITAS Community to increase its impact on urban mobility policy making and advance it to a higher level of knowledge, exchange, and sustainability.As the current Coordination and Support Action for the CIVITAS Initiative, MUSE primarily engages in support activities to boost the impact of CIVITAS Community activities on sustainable urban mobility policy. Its main objectives are to:- Act as a destination for knowledge developed by the CIVITAS Community over the past twenty years.- Expand and strengthen relationships between cities and stakeholders at all levels.- Support the enrichment of the wider urban mobility community by providing learning opportunities.Through these goals, the CIVITAS Initiative strives to support the mobility and transport goals of the European Commission, and in turn those in the European Green Deal.Breda University of Applied Sciences is the task leader of Task 7.3: Exploitation of the Mobility Educational Network and Task 7.4: Mobility Powered by Youth Facilitation.
Mensen die moeite hebben met lezen en schrijven (laaggeletterden) zijn ondervertegenwoordigd in onderzoek, waardoor een belangrijke onderzoekspopulatie ontbreekt. Dit is een probleem, omdat zorgbeleid dan onvoldoende op hun behoeften wordt aangepast. Laaggeletterden hebben vaak een lage sociaal economische positie (SEP). Mensen met een lage SEP leven gemiddeld 4 jaar korter en 15 jaar in minder goed ervaren gezondheid vergeleken met mensen met een hoge SEP. Om laaggeletterden te betrekken in onderzoek, is het o.a. nodig om onderzoek toegankelijker te maken. Dit project draagt hieraan bij door de ontwikkeling van een toolbox voor toegankelijke (proefpersonen)informatie (pif) en toestemmingsverklaringen. We ontwikkelen in co-creatie met de doelgroep toegankelijke audiovisuele materialen die breed ingezet kunnen worden door (gezondheids)onderzoekers van (zorggerelateerde) instanties/bedrijven én kennisinstellingen voor de werving voor en informatieverstrekking over onderzoek. In de multidisciplinaire samenwerking met onze partners YURR.studio, Pharos, Stichting ABC, Stichting Crowdience, de HAN-Sterkplaats en de Academische Werkplaats Sterker op eigen benen (AW-SOEB) van Radboudumc stellen we de behoeften van de doelgroep centraal. Middels creatieve sessies en gebruikerservaringen wordt in een iteratief ontwerpende onderzoeksaanpak toegewerkt naar diverse ontwerpen van informatiebrieven en toestemmingsverklaringen, waarbij de visuele communicatie dragend is. Het ontwikkelproces biedt kennisontwikkeling en hands-on praktijkvoorbeelden voor designers en grafisch vormgevers in het toegankelijk maken van informatie. Als laaggeletterden beter bereikt worden d.m.v. de pif-toolbox, kunnen de inzichten van deze groep worden meegenomen. Dit zorgt voor een minder scheef beeld in onderzoek, waardoor (gezondheids)beleid zich beter kan richten op kwetsbare doelgroepen. Hiermee wordt een bijdrage geleverd aan het verkleinen van gezondheidsverschillen.
De alliantie tussen professionals en cliënten in de jeugdzorg is een krachtige algemeen werkzame factor in de hulp aan kinderen en ouders met opvoedproblemen. De alliantie tussen professionals en cliënten bestaat uit de persoonlijke klik, overeenstemming over de doelen waaraan gewerkt wordt en de wijze waarop er samengewerkt wordt aan die doelen. Een positieve alliantie in een vroeg stadium van het hulpverleningstraject is een betrouwbare voorspeller van een positieve uitkomst. Het vroegtijdig zicht krijgen op de kwaliteit van de alliantie geeft de mogelijkheid om breuken en deuken in beeld te brengen en vroegtijdig bespreekbaar te maken en te herstellen. Het ritueel om de alliantie bespreekbaar te maken wordt in de praktijk nog weinig gestalte gegeven. Het vergt van professionals een scherp observatievermogen, goede reflectievaardigheden en de nodige creativiteit om het ritueel in het primair proces te passen. Met de te ontwikkelen experimentele leerlijn waar deze aanvraag op ingaat willen werkveldpartners inzetten op het aanleren van deze vaardigheden.