Dienst van SURF
© 2025 SURF
Deel 1, waarin wordt ingegaan op het belang het personeelsbeleid van een school op maat te maken voor vier te onderscheiden levensfasen. Daarmee wordt bereikt dat het personeelsbeleid een veel duurzamer karakter krijgt. In het artikel wordt ook ingegaan op de hedendaagse wijze waarop mensen (werkgevers en werknemers) arbeidsrelaties met elkaar aangegaan en waarin dat verschilt van de wijze waarop dat voorheen gebeurde.
Deel 2, waarin wordt ingegaan op het belang het personeelsbeleid van een school op maat te maken voor vier te onderscheiden levensfasen. Daarmee wordt bereikt dat het personeelsbeleid een veel duurzamer karakter krijgt. In het artikel wordt ook ingegaan op de hedendaagse wijze waarop mensen (werkgevers en werknemers) arbeidsrelaties met elkaar aangegaan en waarin dat verschilt van de wijze waarop dat voorheen gebeurde.
In het artikel wordt ingegaan op het belang om het personeelsbeleid in organisaties veel meer op maat te maken van vier te onderscheiden levensfasen. Daarmee krijgt dat beleid een veel duurzamer karakter. Ook wordt het onderscheid weergegeven tussen tevreden en betrokken medewerkers, waarbij gepleit wordt om meer te sturen op betrokkenheid. Tenslotte wordt aandacht besteed aan het gewijzigde psychologisch contract tussen werkgever en werknemer: een verschuiving van een focus die gericht was op 'lifetime employment' naar een focus die zich richt op 'lifetime employability'.
De postdoc kandidaat, Tanja Moerdijk, zal op structurele wijze de reeds door haar gemaakte verbinding tussen het lectoraat Marine Biobased Specialties (MBBS) en de opleiding Chemie van HZ University of Applied Sciences verder uitbouwen en bestendigen. Streven is dat het MBBS Bioprospecten onderzoek zichtbaar is in alle studiejaren van de opleiding Chemie en praktijkcasuïstiek structureel ingebracht wordt in het curriculum. De postdoc is daarom betrokken bij alle studiejaren van de opleiding. Zij zal de ontwikkeling van een geïntegreerde onderzoeksleerlijn in het Chemie curriculum coördineren, welke gevoed wordt vanuit het MBBS onderzoeksprogramma waardoor inbedding van onderzoek in de opleiding wordt geborgd. Verdieping, overdracht en deling van kennis met betrekking tot het chemische smaak- en textuurprofiel van zeewier zal uitgevoerd worden door zowel postdoc als studenten door te participeren in het uitvoeren van praktijkgericht onderzoek aan (polymeer)moleculen uit zeewier in samenwerking met de zeewierproducenten. Deze kennis zal uiteindelijk bijdragen aan een duurzame productie en verwerking van zeewier tot eindproducten voor de consument. Omdat het onderwerp breed en maatschappelijke relevant is, creëert het bovendien de mogelijkheid voor andere opleidingen en onderzoeksgroepen om de verbinding eenvoudig te kunnen oppakken. De postdoc gaat de daadwerkelijke verbinding maken tussen onderzoekers, docenten en studenten. De postdoc ontwikkelt tevens projectleiderschapsvaardigheden door het volgen van een training en door lopende projecten binnen het MBBS onderzoek te benutten om samenwerking met (inter)nationale kennisinstellingen en bedrijven uit te bouwen. De postdoc zal begeleid en ondersteund worden in de uitvoering van haar activiteiten door lector en opleidingscoördinator (olc) (onder andere on the job en formele planningsafspraken), Centre of Expertise Biobased Economy (CoE BBE) alsmede het HZ kernteam CoE BBE (uitbouwen netwerk). Het personeelsbeleid en functiereeks onderwijs en onderzoek van de HZ voorzien in de ontwikkelingsmogelijkheid van de postdoc.
HZ University of Applied Sciences (HZ) profileert zich met praktijkgericht onderzoek en onderwijs op het thema Water. HZ is ver in de ontwikkeling van 2 Applied Research Centers als instrument om het praktijkgericht onderzoek structuur te geven en de kwaliteit te bewaken. Het praktijkgericht onderzoek van het HZ Applied Research Center Technology Water Environment (ARC TWE ) is zeer sterk gegroeid en draagt zo functioneel bij aan de kennisontwikkeling en innovatiekracht van de regio alsmede de kwaliteit van het HZ onderwijs. In termen van de Sprong-ontwikkelfasen heeft het ARC TWE op de meeste criteria de status van krachtige SPRONG-groep bereikt. HZ zet impulsmiddelen in om de onderzoeksgroepen te verstreken op de onderwerpen ‘professionaliteit & personeelsbeleid’ en ‘netwerk’. Werkpakket I Professionaliteit & personeelsbeleid I.1 Inzet ondersteunend onderzoeksmedewerker subsidieadviseur. I.2 Inzet ondersteunend onderzoeksmedewerker juridisch adviseur. I.3 Inzet ondersteunend onderzoeksmedewerker communicatie online/media. Werkpakket II Netwerken (via Delta Platform) II.1 Strategische Netwerkvorming hogescholen organiseren II.2 Strategisch Netwerkvorming water-speelveld activeren II.3 Netwerkvorming regionale stakeholders onderhouden en uitbouwen II.4 Visievorming en -realisatie; Deze Impuls 2020 sluit aan op HZ, regionale en landelijke speerpunten en beleid: HZ : In het Instellingsplan 2018-2021 kiest HZ voor de profilering van onderwijs en onderzoek Duurzame in de Dynamische Delta met als expertisedomeinen water, energie en voedsel. Regio: Binnen de Zeeuwse thema’s: water, energie en voedsel lopen diverse initiatieven waarbinnen overheid, onderwijsinstellingen en bedrijfsleven samenwerken. MMIP : Water gerelateerde vraagstukken uit de KIA Landbouw, Water en Voedsel vormen de inhoudelijke kaders voor Delta Platform en het Lectorenplatform Water waar HZ penvoerder van is en de HZ lectoren van ARC TWE actief zijn. SPRONG: Een Sprong-aanvraag wordt opgesteld conform afspraak met CEW, SIA en Topsector Water & Maritiem om samen op te trekken om het HBO een structurele positie te geven binnen de kennisketen Water.
Lector Janine Stubbe moest vanwege een schouderblessure haar professionele tenniscarrière opgeven. Dit is voor haar de drijfveer geweest om bewegingswetenschappen te gaan studeren en vervolgens haar onderzoekscarrière te wijden aan het voorkomen van gezondheidsklachten bij podiumkunstenaars (danser, musici en circusartiesten), sporters, studenten en patiënten. Janine verdient de Deltapremie, omdat ze een enorme verandering teweegbrengt in de beroepspraktijk, het onderwijs en haar onderzoeksdomein. 1. Impact beroepspraktijk Janine heeft in 2017 een SPRONG-subsidie ontvangen van 1,7 miljoen euro en heeft daarmee een landelijke onderzoeks- en kennisinfrastructuur voor de podiumkunstgeneeskunde opgezet. Aan dit netwerk zijn 37 organisaties verbonden, waardoor onderzoekers samenwerken met de beroepspraktijk (coaches, medische staf, docenten, artistieke leiding en podiumkunstenaars). Daarmee is de stap gezet van ad-hoc, top-down naar structureel, bottom-up onderzoek, waarbij het werkveld nauw betrokken is bij het opstellen en uitvoeren van onderzoeksprojecten. Dit heeft onder andere geresulteerd in een gezondheidsmonitor die door ruim 2.000 podiumkunstenaars wordt gebruikt en waarmee podiumkunstorganisaties inzicht krijgen in de omvang, aard en risicofactoren van blessures en mentale klachten. Met deze gegevens passen zij de jaarplanning aan en worden gezondheidsklachten voorkomen. Janine creëert ook impact binnen andere beroepspraktijken. Ze heeft haar applicatiekennis gebruikt om een innovatief elektronisch patiëntendossier voor fysiotherapeuten te ontwikkelen. Hierdoor is de administratietijd voor fysiotherapeuten gehalveerd en kunnen zij voor het eerst informatie van bijna 16.000 patiënten gebruiken om hun zorg te verbeteren. Op verzoek van fysiotherapeuten heeft Janine het bedrijf Smartfile opgericht om het product landelijk aan te bieden. 2. Impact onderwijs Janine heeft het Student Life programma opgezet. Dit onderwijsinitiatief bestaat uit fysieke en mentale screening en monitoring, een health & wellbeing curriculum en (para)medische zorg van het Codarts Health team. Deze drie Student Life programmaonderdelen verbeteren het welzijn van Codarts studenten en bereidt hen voor op hun fysiek en mentaal zware carrière als podiumkunstenaar. Codarts studenten hebben zes keer minder kans om tijdens hun studie geblesseerd te raken dan studenten van andere internationale podiumkunstopleidingen. In 2022 heeft Janine hiervoor de prestigieuze Nederlandse Hoger Onderwijspremie ontvangen en een Comenius Leadership Fellow. Janine is naast lector bij Codarts ook hoofd Onderzoek. Binnen deze functie besteedt zij veel aandacht aan het professionaliseren van onderwijzend personeel. Janine heeft gezorgd dat er bij Codarts interne promotiebeurzen kwamen, waardoor het aantal promovendi bij Codarts is verdubbeld sinds haar aanstelling. Ook heeft ze zich hard gemaakt voor een aanpassing in het Codarts personeelsbeleid, waardoor de functie van onderzoeker nu opgenomen is in het functiehuis. 3. Impact onderzoeksdomein Janine heeft de RAAK-award gewonnen voor haar bijdrage aan het onderzoeksdomein Performing Arts Medicine. Janine beheert namelijk de grootste internationale database op haar vakgebied en heeft 75 internationale artikelen gepubliceerd. Ze behoort wereldwijd tot de top 3 van meest publicerende onderzoekers in haar onderzoeksdomein. Haar onderzoek heeft geleid tot nieuwe wetenschappelijke inzichten, zoals meer aandacht voor mentale klachten en het belang van multidisciplinaire samenwerking met andere vakgebieden. Janine begeleidt op dit moment zeven promovendi als copromotor. Erasmus MC heeft haar aangesteld als universitair hoofddocent en zij is de beoogde hoogleraar voor de nieuwe leerstoel Performing Arts Medicine.