Dienst van SURF
© 2025 SURF
From the pubisher's website: This paper aims to chart the (moral) values from a robotic industry's perspective regarding the introduction of robots in education. To our knowledge, no studies thus far have addressed this perspective in considering the moral values within this robotic domain. However, their values could conflict with the values upheld by other relevant stakeholders, such as the values of teachers, parents or children. Hence, it is crucial to take the various perspectives of relevant stakeholder's moral values into account. For this study, multiple focus group sessions (n=3) were conducted in The Netherlands with representatives (n=13) of robotic companies on their views of robots in primary education. Their perceptions in terms of opportunities and concerns, were then linked to business values reported in the extant literature. Results show that out of 26 business values, mainly six business values appeared relevant for robot tutors: 1) profitability, 2) productivity, 3 & 4) innovation and creativity, 5) competitiveness, and 6) risk orientation organization. https://doi.org/10.1109/DEVLRN.2019.8850726
Abstract: Background: There has been a rapid increase in the population of senior citizens in many countries. The shortage of caregivers is becoming a pressing concern. Robots are being deployed in an attempt to fill this gap and reduce the workload of caregivers. This study explores how healthcare robots are perceived by trainee care professionals. Methods: A total of 2365 students at different vocational levels completed a questionnaire, rating ethical statements regarding beneficence, maleficence, justice, autonomy, utility, and use intentions with regard to three different types of robots (assistive, monitoring, and companion) along with six control variables: gender, age, school year, technical skills, interest in technology, and enjoying working with computers.
Aanleiding Nieuwsuitgeverijen bevinden zich in zwaar weer. Economische malaise en toegenomen concurrentie in het pluriforme medialandschap dwingen uitgeverijen om enerzijds kosten te besparen en tegelijkertijd te investeren in innovatie. De verdere automatisering van de nieuwsredactie vormt hierbij een uitdaging. Buiten de branche ontstaan technieken die uitgeverijen hierbij zouden kunnen gebruiken. Deze zijn nog niet 'vertaald' naar gebruiksvriendelijke systemen voor redactieprocessen. De deelnemers aan het project formuleren voor dit braakliggend terrein een praktijkgericht onderzoek. Doelstelling Dit onderzoek wil antwoord geven op de vraag: Hoe kunnen bewezen en nieuw te ontwikkelen technieken uit het domein van 'natural language processing' een bijdrage leveren aan de automatisering van een nieuwsredactie en het journalistieke product? 'Natural language processing' - het automatisch genereren van taal - is het onderwerp van het onderzoek. In het werkveld staat deze ontwikkeling bekend als 'automated journalism' of 'robotjournalistiek'. Het onderzoek richt zich enerzijds op ontwikkeling van algoritmes ('robots') en anderzijds op de impact van deze technologische ontwikkelingen op het nieuwsveld. De impact wordt onderzocht uit zowel het perspectief van de journalist als de nieuwsconsument. De projectdeelnemers ontwikkelen binnen dit onderzoek twee prototypes die samen het automated-journalismsysteem vormen. Dit systeem gaat tijdens en na het project gebruikt worden door onderzoekers, journalisten, docenten en studenten. Beoogde resultaten Het concrete resultaat van het project is een prototype van een geautomatiseerd redactiesysteem. Verder levert het project inzicht op in de verankering van dit soort systemen binnen een nieuwsredactie. Het onderzoek biedt een nieuw perspectief op de manier waarop de nieuwsconsument de ontwikkeling van 'automated journalism' in Nederland waardeert. Het projectteam deelt de onderzoekresultaten door middel van presentaties voor de uitgeverijbranche, presentaties op wetenschappelijke conferenties, publicaties in (vak)tijdschriften, reflectiebijeenkomsten met collega-opleidingen en een samenvattende white paper.
Betekenisvolle interactie van zorgverleners met oudere mensen met dementie heeft een positief effect op het welzijn van deze mensen. In de praktijk blijkt er echter weinig gelegenheid voor zorgverleners om op een betekenisvolle manier het gesprek aan te gaan. Uit eerdere verkenningen is gebleken dat ook een sociale robot door middel van verhalen op een betekenisvolle manier interactie kan hebben met mensen met dementie. In dit project ontwikkelen zorgpartners, kunstpartners en robotexperts samen de narratieve en de robot-vaardigheden ten behoeve van een betekenisvolle interactie tussen de robot en mensen met dementie. We onderzoeken hoe deze interactie kan worden bevorderd door strategieën die zich richten op narrativiteit, en op het persoonlijke verhaal van de gesprekspartner. Samen met onze zorgpartners zijn situaties geïdentificeerd waarin sociale robots kunnen bijdragen aan het welzijn van mensen met dementie; als assistent van zorgmedewerkers in dagbesteding, of als verhalenverteller tussen cliënten en familie die op bezoek komt. De kunsten, met name de literatuur en het theater, bezitten veel belichaamde kennis over het tot stand brengen van betekenisvolle interactie. Daarbij is het, onder invloed van technologische ontwikkelingen, nieuwe media en digitale vertelvormen voor onze kunstpartners zaak om nieuwe schrijfstrategieën te ontwikkelen op het vlak van het creëren van meerstemmige teksten, van samenwerken en schrijven in collectief, en van het bijdragen aan de impact van het vertellen van verhalen. We onderzoeken de totstandkoming van betekenisvolle interactie van de sociale robot met mensen met dementie in transdisciplinaire co-creatieve labs. Het praktijkonderzoek naar creatie- en ontwerpprocessen staat centraal, naast een meer technisch onderzoek naar nieuwe tools voor het vormgeven van de interactie. De narratieve expertise van schrijvers wordt gecombineerd met sociale robotica-expertise om gepersonaliseerde interactieve verhalen verteld door robots betekenis te geven in de zorgcontext. Theaterconcepten zullen worden toegepast om de suggestie van een binnenwereld van de robot te creëren.
Dit projectvoorstel richt zich op de mogelijkheden om met humanoïde service robots klanten in winkels op persoonlijk wijze te bedienen. De twee mkb-retailers Modehuis Blok en Berden Mode & Wonen hebben bij ons de vraag neergelegd of wij willen uitzoeken hoe service robots zouden kunnen worden ingezet om gepersonaliseerde service robot-klant interacties mogelijk te maken. Dankzij hun kunstmatige intelligentie hebben service robots de potentie om op autonome wijze met klanten te interacteren, data te verzamelen en te analyseren, te leren, en zich aan te passen. Dit biedt nieuwe kansen om persoonlijk met klanten om te gaan en om service business modellen te innoveren. Toegepaste kennis op dit gebied ontbreekt echter vooralsnog. Dit project zorgt op dit gebied voor een bijdrage door een antwoord te geven op de volgende centrale onderzoeksvraag: Welke klanten maken met wat voor beweegredenen gebruik van een service robot in de winkel die ze persoonlijk bedient, wat zijn de vereisten om dergelijke service robot-klant interacties mogelijk te maken, en hoe vertalen de klantbehoeften en vereisten zich in richtlijnen voor een ontwerp van gepersonaliseerde service robot-klant interacties? Het Centre for Market Insights van de Hogeschool van Amsterdam, de Social AI Group van de Vrije Universiteit Amsterdam, en TMO Fashion Business School willen deze vraag samen met de twee retailers beantwoorden. Daartoe zetten zij een combinatie van scenario onderzoek, personas onderzoek, mock-up onderzoek, en een Restricted Wizzard-of-Oz studie in. De opgedane kennis is van waarde voor de retail en fungeert voor het consortium tegelijkertijd als een eerste stap van een langdurig onderzoeksprogramma. Het project leidt tot de volgende uitkomsten: richtlijnen voor het ontwerp van gepersonaliseerde service robot-klant interacties, twee vakpublicaties, een methodieksectie van een academische publicatie, eindpresentatie aan modewinkeliers en studenten, en een eerste opzet voor een RAAK-mkb aanvraag.