Dienst van SURF
© 2025 SURF
De digitale en sociale transformatie die door de coronapandemie is versneld, heeft invloed op het professioneel handelen en het welzijn van medewerkers van de Hogeschool van Amsterdam (HvA). The Work Lab verricht sinds 2020 onderzoek naar de impact van de pandemie op de organisatie en op het werk en welzijn van medewerkers. De resultaten van eerdere onderzoeken zijn hier terug te vinden. In de laatste fase van dit onderzoek interviewden we 45 HvA medewerkers en vroegen hen welke invloed de pandemie had op hun werk, welzijn en welke behoeften zij hebben rondom hybride werken en lesgeven. Hun perspectieven op deze onderwerpen staan centraal in dit verslag.
Huiselijk geweld lijkt sterk toe te nemen tijdens de Covid-19 pandemie. Wat opvalt in de berichtgeving, is dat er stelselmatig wordt uitgegaan van mannelijke daders en vrouwelijke slachtoffers. Is dit wel terecht? In dit artikel beschrijven Vivienne de Vogel en Kasia Uzieblo dat ook vrouwen huiselijk geweld plegen en gaan ze in op de weerstand in de maatschappij om vrouwen als pleger én om mannen als slachtoffer te zien van huiselijk geweld. The prevalence of domestic violence seems to be increasing during the COVID-19 pandemic. In most media coverage and calls for preventive initiatives from professionals and policy, males are consistently portrayed as perpetrators of domestic violence and females and children as victims, also by leading organizations like the WHO. However, research has clearly shown that there are more types of domestic violence, like sibling and elder abuse and that women are also capable of serious violence towards their family. The current article aims to summarize the literature on gender and domestic violence, and to discuss the societal reluctance to acknowledge females as potential perpetrators, and males as potential victims.
Mondkapjes, of mondmaskers, zijn door de SARS-COV-2 pandemie niet meer uit het straatbeeld weg te denken. De kwaliteit en comfort van de pasvorm van medische en niet-medische mondmaskers wordt bepaald door hoe goed het mondmasker overeenkomt met de afmetingen van het gezicht van de drager. Echter is er geen goed overzicht van de antropometrie van het gelaat van de Nederlandse bevolking waardoor de pasvorm van mondmaskers nu vaak niet optimaal is. Er is dus vraag naar een laagdrempelige en veilige manier om gezichtskenmerken in kaart te brengen en betere ontwerprichtlijnen voor mondkapjes. Driedimensionaal (3D) scannen doormiddel van Light Detection and Ranging (LiDaR) technologie in combinatie met slimme algoritmes lijkt wellicht een manier om gezichtskenmerken snel en laagdrempelig vast te leggen bij grote groepen mensen. Daarnaast geeft het 3D scannen van gezichten de mogelijkheid om niet enkel de afmetingen van gezichten te meten, maar ook 3D pasvisualisaties uit te voeren. Hoewel 3D scannen geen nieuwe technologie is, is de LiDaR technologie pas sinds 2020 geïntegreerd in de Ipad en Iphone waardoor het toegankelijk gemaakt is voor consumenten. Doormiddel van een research through design benadering zal onderzocht worden of deze technologie gebruikt kan worden om betrouwbare en valide opnames te maken van gezichten en of er op basis hiervan ontwerprichtlijnen ontwikkeld kunnen worden. In dit KIEM GoCi-project zal daarnaast ingezet worden om een kennisbasis en netwerk op te bouwen voor een vervolg aanvraag over de inzet van 3D technologieën in de mode-industrie.
De COVID-19-pandemie heeft het belang duidelijk gemaakt van continuïteit van zorgverlening binnen de GGZ. Online behandeling is een veelbelovende oplossing daarvoor. Vaktherapie is een vaak ingezette behandeling voor psychiatrische aandoeningen. Vaktherapie is ervaringsgericht en bestaat uit beeldende, dans-, drama-, muziek-, psychomotorische en/of speltherapie. Vaktherapie wordt tot dusverre nog niet online aangeboden. Virtual Reality (VR) is een innovatieve manier om vaktherapie online aan te bieden. Eerder is een innovatieve online vaktherapieruimte ontwikkeld, de VR Health Experience (VRhExp). Hierdoor konden cliënten online vanuit huis aan vaktherapie deelnemen. De VRhExp werd door vaktherapeuten als veelbelovend beschouwd. Tegelijkertijd gaven vaktherapeuten aan specifieke interventies te missen. Het ´ARts and psychomotoR Interventions for Virtual rEality (ARRIVE)´ project stelt zich ten doel om vaktherapeutische VR-interventies te ontwikkelen en te bouwen voor de VRhExp. Vervolgens worden de VR-interventies in pilots onderzocht. Dit wordt gedaan door IT-technici, vaktherapeuten en onderzoekers met behulp van de Design Thinking methode. De VR-interventies worden Open Access beschikbaar gesteld. Door het opnemen van VR-interventies in de VRhExp wordt deze daadwerkelijk bruikbaar voor het aanbieden van online vaktherapie. Dit praktijkonderzoek wordt uitgevoerd door de lectoraten ‘Vaktherapie bij Persoonlijkheidsstoornissen’ en ‘Innovatie in de Care’ van de Hogeschool van Arnhem en Nijmegen in samenwerking met twee vaktherapeutische praktijken (MKB) en GGNet (Centrum voor Geestelijke Gezondheid). De onderzoeksresultaten worden geïmplementeerd in het onderwijs en het werkveld.
In april 2020 is de ontwerp-structuurvisie van het Centraal Innovation District 2040 besproken in de gemeenteraad. Deze structuurvisie is opgesteld vóór de coronauitbraak. Maar de coronauitbraak laat zien dat de wijze waarop we tot voor kort over de inrichting van steden hebben nagedacht, wellicht niet meer van deze tijd is. De ‘1,5 meter samenleving’ leidt er toe dat mensen elkaar minder vaak ontmoeten. Het risico bestaat dan ook dat (sociale) eenzaamheid in steden toeneemt. Uit onderzoek blijkt dat inwoners van Den Haag vaker dan inwoners van andere grote steden gevoelens van eenzaamheid ervaren. Het organiseren van ontmoeting in de openbare ruimte is dan ook van belang in het tegengaan van sociale eenzaamheid. Aangezien de verwachting is dat de huidige pandemie niet de laatste zal zijn, is het belangrijk om na te denken over de vraag hoe pandemieproof de structuurvisie voor het CID is. De focus van de challenge is op de vraag welke aanpassingen in de huidige structuurvisie noodzakelijk zijn, gegeven de fysieke afstand, en hoe de gebouwde omgeving juist nu ontmoeting (op afstand) kan stimuleren. Voor deze challenge zullen studenten vanuit verschillende opleidingen van de Universiteit Leiden, De Haagse Hogeschool en InHolland aan de slag gaan met die vraag, waarbij ze tijdens 4 workshops nadenken over herontwerp van een afgebakend gebied binnen het CID. Ze vertrekken daarbij vanuit het idee van architecture of the commons: hoe gebruikt een individu de ruimte waar hij/zij dagelijks gebruik van maakt? De opzet van de workshops maakt het mogelijk om op afstand te ontwerpen, waarbij studenten met uiteenlopende achtergronden aan de workshops deel zullen nemen. Het project is een voorbereiding op toekomstige (interdisciplinaire) challenges die voor studenten van verschillende kennisinstellingen georganiseerd gaan worden. In deze workshops doen studenten aanbevelingen die vervolgens in een document en via een website worden gevisualiseerd en gepresenteerd.