Dienst van SURF
© 2025 SURF
In het kader van het Actieprogramma Sociale Vitaliteit (WLP Eemsdelta leeft!) hebben sociaalwerkers van twee welzijnsorganisaties (ASWA - Appingedam en SW&D, Delfzijl) bewonersgroepen in drie gemeenten (Delfzijl, Appingedam en Loppersum) ondersteund voor de ontwikkeling van hun organisatiekracht ten behoeve van initiatieven voor leefbaarheid in het dorp, de buurt of de straat. De focus lag op de bewoners - hoe ontwikkelen zij zich, de sociaalwerkers - hoe sluiten zij aan bij de bewoners en de gemeentelijke contactpersonen - hoe faciliterend zijn zij? Uit het begeleidende onderzoek dat een activerend karakter had bleek vooral dat de bewoners hun organisatiekracht hoog inschatten, terwijl in de praktijk bleek dat de groepen (deels) uiteen vielen of hun doelen niet bereikten. Sociaalwerkers moeten dan ook meer aandacht besteden aan bronnen en oorzaken voor conflicten om de continuiteit in de groep te waarborgen. Gemeentelijke medewerkers bleken voor bewonersgroepen vaak onbereikbaar of onvoldoende behulpzaam. In de periode van het activerend onderzoek zijn de verbeterpunten ter harte genomen, in die zin heeft het activerend onderzoek gewerkt. De vragenlijst waarmee de organisatiekracht van bewoners is onderzocht is beschikbaar en als bijlage aan het rapport toegevoegd.
In het kader van het Woon- en Leefbaarheidsplan van de DEAL - gemeenten (Delfzijl, Eemsmond, Appingedam en Loppersum) is door het Kenniscentrum NoorderRuimte en Stichting Welzijn & Dienstverlening een aanpak beschreven om de organisatiekracht van inwoners te vergroten. Centraal staat het begrip 'organisatiekracht', gedefinieerd als "de bereidheid en de capaciteit van een groep bewoners die op basis van onderlinge betrokkenheid en gedeelde overtuigingen doelgericht voor het algemene belang aan de slag zijn". Voorgestaan wordt om op straat-, buurt- of wijkniveau inwoners actief burgerschap te stimuleren. De rol van de faciliterende overheid wordt in de aanpak meegenomen. Dit voorstel is besproken in diverse overleggen van het WLP en heeft geleid tot een aangepaste aanpak voor de uitvoering.
In het kader van het programma Sociale Vitaliteit (Woon- en Leefbaarheidsplan Eemsdelta Leeft) heb ik onderzoek gedaan naar de organisatiekracht van bewonersgroepen en hoe deze zich ontwikkelt mede door ondersteuning van sociaal werkers en door medewerking vanuit de gemeentelijke organisatie. De gebruikte vragenlijst is na afloop van het onderzoek herzien en bestaat nu uit 40 items waarmee periodiek met de bewonersgroep geevalueerd kan worden hoe zij hun eigen bijdrage en die van andere betrokkenen zien. De vragenlijst is openbaar en gebruikt worden voor vervolgonderzoek. Het onderzoeksrapport is eveneens openbaar gepubliceerd (Rozema, et al (2017).
In Nederland is in snel tempo een nieuwe decentrale energiesector aan het ontstaan, bestaande uit nieuwe en jonge Decentrale Energie Bedrijven (DEB) en hun netwerk van toeleverende bedrijven. Deze nieuwe groep van MKB-bedrijven wil met dit onderzoeksproject grotere technologische innovaties op het gebied van lokale duurzame energie succesvol realiseren. Het gaat hierbij om kapitaalintensieve en complexe technologische innovatie op het gebied van lokale energie zoals een warmtenet, biovergister, windturbines, waterkrachtcentrale of zonneveld, en de integratie daarvan in het lokale energie systeem. Voor DEB is schaalvergroting belangrijk; toename van het aantal participanten en klanten maakt een toename in productie van lokale energie noodzakelijk, en ook het aantrekken van meer kapitaal en andere resources is daarbij van belang. Tegelijkertijd ziet een groep meer gevestigde MKB toeleveranciers een nieuwe markt op het gebied van lokale energie ontstaan. Samen willen deze bedrijven innovatieve technologische projecten van grotere omvang realiseren. Betrokken MKB-bedrijven: Decentrale Energie Bedrijven (DEB) samen met toeleverend MKB. Doelstelling: Deze bedrijven hebben de behoefte om overzicht te krijgen op de succes- en faalfactoren voor grote, complexe technologische projecten op het gebied van lokale duurzame energie. Welke aspecten, factoren en actoren spelen hierbij een rol? Wat zijn hierbij voor aanbevelingen te geven om deze projecten tot een succes te maken? Met deze vragen hebben zij het Kenniscentrum NoorderRuimte benaderd. Resultaat van dit project: is enerzijds een overzicht van de factoren en actoren die een rol spelen bij het realiseren van grote, complexe technologische projecten op het gebied van lokale duurzame energie. Er worden aanbevelingen op een rij gezet op basis van de ervaringen uit eerdere grote complexe projecten in Nederland en Duitsland. Anderzijds gaan bedrijven en onderzoekers samen aan de slag in vier concrete, grote, complexe technologische projecten op het gebied van lokale duurzame energie. Hierin kunnen we de verzamelde factoren, actoren en aanbevelingen toetsen en verder uitwerken. De vier cases zijn: 1. Project Noorderplantsoen (Groningen) energieneutraal (Grunneger Power); 2. Project Duurzame Energie via lokale initiatieven (NLD); 3. Project Molenstroom (Reggestroom); 4. Project Zonnestroom voor verschillende doelgroepen (Trynergie). De opgedane inzichten worden op een toegankelijke wijze beschikbaar gesteld voor DEB in geheel Nederland en voor een ieder die geïnteresseerd is in de bottom-up beweging op het gebied van lokale energie transitie.