Dienst van SURF
© 2025 SURF
Deze lectorale rede gaat over een recente ontwikkeling die haar intrede heeft gedaan in het basisonderwijs: het opbrengstgericht werken. In de rede wordt eerst gekeken naar de methodiek van opbrengstgericht werken op schoolniveau en op klassenniveau. Als een school opbrengstgericht gaat werken, heeft dat ook gevolgen voor de leraar en de klas. In het tweede deel van de lectorale rede wordt dan ook ingegaan op de kwaliteit van de leraar die nodig is voor het goed opbrengstgericht kunnen werken en wordt een werkmodel gepresenteerd om de kwaliteit van de leraar te bestuderen. Tot slot wordt aandacht besteed aan de wijze waarop het lectoraat Leren en Innoveren een bijdrage levert aan de kwaliteit van leraren in opleiding en leraren die reeds werkzaam zijn in het basisonderwijs.
Zoals veel opleidingen is ook de pabo van de Christelijke Hogeschool Ede (CHE-Pabo) een proces ingegaan van bezinning op de onderwijsvisie: waar staan we voor en hoe willen we dat bereiken? Ter ondersteuning van dit proces is een onderzoek gestart naar onderwijsvisies. In een eerder gepubliceerd literatuuronderzoek kwamen we tot de omschrijving van twee actuele onderwijsvisies: in de ene visie staat opbrengstgericht werken voorop, in de andere visie ontplooiingsgericht werken. In het hier gepresenteerde vervolgonderzoek zochten we voor deze indeling empirische ondersteuning. Docenten van de CHE-pabo vulden een ‘vragenlijst onderwijsvisies’ in. De resultaten bevestigen de indeling op een aantal aspecten. Ook geven de resultaten aanleiding de term ontplooiingsgericht te vervangen door talentgericht. Op basis van de resultaten wordt gepleit voor contextueel onderwijs: onderwijs waarin plaats is voor de dynamiek van het talent van de leerkracht, de onderwijsbehoefte van de leerling en de vragen vanuit de samenleving.
In het onderwijs lijkt sprake te zijn van een ‘cognitieve switch’: hernieuwde aandacht voor een goede beheersing van taal- en rekenvaardigheden en meer algemeen voor inhoud en kennis. Deze trend roept zowel instemmende reacties op, bijvoorbeeld bij critici van het 'nieuwe leren', als afwijzende reacties, bijvoorbeeld vanuit de kunst- en cultuursector. Beide reacties worden in kaart gebracht onder de noemers opbrengstgericht en ontplooiingsgericht werken. Er wordt voor gepleit bij de keuze voor een onderwijsvisie rekening te houden met ‘afwijkende talenten’.